De radicale Palestijnse Hamas-beweging heeft gisteren bezworen een aanslag te zullen plegen in Israël uit wraak voor de dood van twee van de leiders van de militaire vleugel Ezzedien al-Kassam, in de nacht van maandag op dinsdag.
Het Israëlische leger ontdekte de schuilplaats van Iyad al-Battat en Nadir al-Massalmah in het nog onder Israëlische militaire controle vallende dorpje Beit Awa bij Hebron op de Westelijke Jordaanoever. Het kwam daarbij tot een schietpartij, waarbij beide Hamas-activisten werden gedood.
In de autonome Palestijnse Gaza-strook zei Hamas-leider Ismail Aboe Sjanab gisteren: "Deze actie zal niet voorbij gaan zonder bestraffing." Het Hamas-dreigement komt Israël, maar ook het Palestijnse Zelfbestuur van PLO-leider Jasser Arafat, slecht uit. Beiden zijn verwikkeld in moeizame, deels vastgelopen onderhandelingen en een eventuele Hamas-terreurdaad kan het vredesproces tussen Israël en de Palestijnen verder in het ongerede brengen.
Met name Arafat is niet geïnteresseerd in nog meer problemen, nu Israël vastbesloten is om zo spoedig mogelijk een vredesakkoord met Syrië te sluiten.
De Israëlische premier Ehoed Barak, die gisteren naar Washington vertrok voor zijn tweedaagse overleg met de Syrische minister van Buitenlandse Zaken Faroek al-Sjara, zal evenwel al zijn energie en overtuigingskracht nodig hebben om het Israëlische volk te overtuigen van het nut van een regeling met Syrië, die teruggave van de in 1967 veroverde Golan-hoogte tot prijs zal kennen.