De Amerikaanse schadeclaims van beleggers tegen de Nederlandse softwarebouwer Baan Company zijn inmiddels opgelopen tot een bedrag van ƒ12,5 miljoen. In totaal dagen 466 individuele beleggers Baan voor de rechter.

Dit blijkt uit gegevens die de Amerikaanse beurstoezichthouder, de Securities and Exchange Commission (SEC), vorige week heeft vrijgegeven. In oktober 1998 werd duidelijk dat een aantal Amerikaanse beleggers rechtszaken tegen de Nederlandse softwarebouwer aanspanden. Zij waren van mening dat Baan onjuiste informatie had verstrekt over de financiële conditie van het bedrijf. Bovendien beschuldigen de aandeelhouders het softwarehuis van het uitvoeren van ondoorzichtige transacties met dochter- of zusterbedrijven.

In opstand
Van de bijna vijfhonderd gedupeerde beleggers claimen er zeven een schade van meer dan 100.000 dollar te hebben geleden. Eén van hen zou zelfs meer dan een half miljoen dollar verloren zijn, terwijl een tweede klager zegt ruim $300.000 verloren te zijn als gevolg van de vermeend onjuiste berichtgeving en/of de betwiste transacties.

Nadat beleggers in de VS in opstand waren gekomen tegen de informatievoorziening door Baan, heeft ook de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) haar dossier over de onderneming overgedragen aan een advocaat. Dat gebeurde in maart van dit jaar.

Inmiddels heeft de VEB dit dossier in de ijskast gezet. Directeur Peter Paul de Vries: "Dat betekent niet dat we het in de prullenbak hebben gegooid, maar we vinden de zaak niet hard genoeg om er direct mee naar de rechter te stappen. Dat zou kunnen veranderen op het moment dat de Amerikaanse beleggers succes boeken in hun zaak."

Baan bleek gisteren ondanks herhaalde pogingen niet bereikbaar voor commentaar.