Afkomst bepaalt schoolresultaten
Van onze onderwijsredactie - GRONINGEN, woensdag
Eindexamencijfers worden vooral bepaald
door het nest waaruit de leerlingen komen en niet zozeer door het niveau
van de school. Dat stelt promovendus René Veenstra van de Groningse
universiteit.
Achterstanden van leerlingen uit gezinnen die onderaan
de maatschappelijke ladder staan, worden op school nauwelijks weggewerkt.
"Het enige positieve is dat deze leerlingen niet verder achteruit gaan",
zegt de onderwijssocioloog. Alleen extra maatregelen als een verplichte
huiswerkklas of een goede invalregeling bij lesuitval leiden tot betere
prestaties.
Uit een vergelijking van 7000 leerlingen op 150 scholen concludeert Veenstra
dat leerlingen overal evenveel vooruitgaan, namelijk nauwelijks. De basisvorming
levert overal hetzelfde resultaat op: "Scholen met leerlingen uit hoge
milieus kunnen wel een hoger gemiddeld eindcijfer tonen, maar ze brengen
hun leerlingen niet meer bij dan scholen elders." Niet de school, maar
de leerlingen zijn dan beter volgens Veenstra.
Dat de vorderingen van leerlingen zo weinig verschillen
vindt de onderzoeker heel begrijpelijk: "Scholen zelf verschillen nu eenmaal
weinig, omdat ze allemaal dezelfde verplichtingen hebben. Alle scholen
werken toch naar hetzelfde eindexamen toe?"
Gemiddelden
Toch worden eindresultaten door het
ministerie van Onderwijs gebruikt om aan te geven wat middelbare scholen
met hun leerlingen hebben bereikt. De gemiddelden staan vermeld in gidsen
per regio, als ruggensteun voor ouders bij de keuze van een school.
"Het zijn zinloze hitlijsten", sluit Veenstra zich aan bij de kritiek
van de Onderwijsraad. Dit hoogste adviesorgaan van het ministerie van
Onderwijs pleitte ervoor niet de eindresultaten van scholen te vergelijken,
maar de individuele vooruitgang van de leerlingen.
Ook dit blijkt nu geen bruikbare maatstaf om scholen te beoordelen: de
vorderingen zijn volgens het recente promotieonderzoek immers overal gelijk.
Dus stelt Veenstra een nieuwe methode voor, die de hitlijsten flink overhoop
gooit. Hij wil de resultaten van individuele leerlingen naast elkaar zetten.
Hierdoor worden niet de verschillen tussen de scholen duidelijk, maar
juist die binnen de scholen. Pas zo zouden ouders kunnen beoordelen wat
een school werkelijk voor hun kind kan betekenen.
|