door Dominique Weesie - ROTTERDAM, maandag
Portiers van de populaire Rotterdamse discotheek Baja Beachclub hebben dit weekeinde de verdachte van een dubbele moord ingerekend en overgedragen aan de politie.
De man, de 40-jarige René van R. uit Den Haag, wordt ervan verdacht vorige week in zijn woonplaats zowel zijn 77-jarige schoonmoeder als zijn 70-jarige moeder om het leven te hebben gebracht. De politie vond het stoffelijk overschot de moeder tijdens een klopjacht op de verdachte.
Daarop gaf justitie vrijdagavond een bijzonder politiebericht uit. R. werd, met toestemming van de hoofdofficier van justitie in Den Haag, met naam en foto getoond in een opsporingsbericht via de media. De oproep leverde diezelfde avond nog zestig tips op.
Ondanks de nauwkeurige omschrijving de verdachte zou onder meer op blote voeten lopen slaagde de politie er niet in de man op te sporen. Twee portiers van de discotheek Baja Beachclub merkten de tweevoudig moordenaar echter wel op. "Het viel ons direct op dat de man zeer verward was. Hij liep op blote voeten, maar niemand bleek er echt acht op te slaan. Hij moet toch geruime tijd door het centrum van Rotterdam hebben gelopen", aldus Jean-Pierre Houbein, die de verdachte samen met zijn collega Egbert inrekende.
"Om de man bezig te houden hebben we hem wat te drinken gegeven en een broodje. Hij was zeer verward en had het telkens over Den Haag. Ondertussen heeft een collega de politie gebeld, maar tot onze verbazing kwamen die niet opdagen. Tot twee keer toe reed er een politiebusje gewoon voorbij zonder te stoppen. De derde keer, ruim twintig minuten later, hebben we zelf twee agenten moeten aanhouden. Een rare zaak, zeker als je bedenkt dat ze hier altijd met groot machtsvertoon op de stoep staan wanneer er iemand met een bloedneus voor de deur staat. Want dan kunnen ze weer een portier inrekenen", vervolgt Houbein.
Volgens de Baja Beachclub-medewerker kwam de politie er pas op het bureau achter met wie ze te maken hadden. "De twee agenten aan wie wij de man hebben overgedragen, kwamen ons later nog even bedanken voor de 'grote vis' die was gevangen. Maar iemand van de korpsleiding heeft zich niet laten zien. Dat had ik toch eigenlijk wel netjes gevonden, want wij moeten maar eens af van dat slechte imago. En dat we ook goed kunnen samenwerken, blijkt maar weer eens."