De Paarse partijen PvdA, VVD en D66 vinden de verstrekkende voorstellen
in het nieuwe belastingplan van de 21e eeuw over de pensioenen en lijfrentepolissen
veel te ingewikkeld en eisen een betere en eenvoudiger regeling.
Dat blijkt uit de uitvoerige reacties op het wetsvoorstel Belastingherziening
2001 van minister Zalm (Financiën) en diens staatssecretaris Vermeend
die de Tweede Kamer vandaag bij de bewindslieden zal indienen.
Kern van de kritiek van PvdA, VVD en D66 is dat in het nieuwe stelsel
grote problemen gaan ontstaan wanneer werknemers straks jaarlijks zelf
uit moeten gaan rekenen of zij een pensioentekort hebben en mogelijk in
aanmerking komen voor de aftrek van een lijftrentepolis, die voor de meeste
mensen wordt afgeschaft.
VVD-Kamerlid De Vries spreekt over 'uiterst complexe plannen', terwijl
PvdA-er Bos vindt dat Vermeend veel te laconiek omspringt met de kritiek
daarop. D66-Kamerlid Giskes wijst vooral op het enorme verschil met het
nog maar kort geleden doorgevoerde pensioenregime in het kader van de
commissie Witteveen.
Eerder bleek al dat in de Kamer behoorlijk wat sympathie is voor het
alternatieve oudedagsvoorstel van de SER, waarbij een kleine basislijfrenteaftrek
van drie à vierduizend gulden gehandhaafd blijft. Vervolgens wordt
op 65-jarige leeftijd gekeken of niet te veel pensioen is gespaard en
eventueel een naheffing opgelegd.
"Het kabinet heeft het SER-advies naast zich neergelegd, maar geeft nergens
goed aan waarom dit gedaan is", zo stelt Bos, die daarin wordt gesteund
door De Vries.
De PvdA lanceerde gisteren een eigen alternatief om de voorstellen van
het kabinet te vereenvoudigen. Daarbij krijgt de Belastingdienst als taak
alle pensioengegevens bij verzekeraars en pensioenfondsen te verzamelen
en de belastingplichtige voor te rekenen of hij of zij gebruik mag maken
van een lijfrente-aftrek, omdat sprake is van een tekort.
"Wij gaan ervan uit dat dit uitvoerbaar moet zijn", aldus Bos. Indien
Zalm en Vermeend het PvdA-alternatief van de hand wijzen willen de sociaal-democraten
alsnog het SER-voorstel doorvoeren een beperkte lijfrenteaftrek handhaven.
Wel mogen dan alleen mensen met een laag of gemiddeld inkomen hier gebruik
van maken.
VVD-Kamerlid De Vries vreest hoge uitvoeringskosten wanneer jaarlijks
moet worden uitgerekend of iemand een pensioengat heeft. "Ik vraag me
ook af of pensioenfondsen klaar zijn om de grote vraag aan gegevens te
leveren."
Evenals de PvdA wil ook De Vries dat Zalm en Vermeend duidelijk maken
waarom de SER-plannen voor hen niet de voorkeur hebben. Zo voelt de liberale
veel voor het voorstel om een deel van de uitkering van een kapitaalverzekering
fiscaal vriendelijk te gebruiken voor het dichten van een pensioengat
en wordt gepleit voor een veel ruimere inhaalaftrek bij een tekort.
D66-er Giskes vindt dat de oudedagsparaplu van het kabinet in de praktijk
een 'vrij klein parasolletje' is geworden. "Zo worden spaar- en beleggingsrekeningen
ten onrechte uitgesloten en verdwijnen de mogelijkheden van de spaarloonregeling."
De democrate wil dat werknemers ook na 2001 spaarloongelden kunnen
gebruiken voor eerder aangegane lijfrenteverplichtingen en wil langere
overgangsregelingen voor dergelijke contracten en kapitaalverzekeringen.
Op het gebied van de pensioenopbouw zijn PvdA, VVD en D66 eensgezind
in hun kritiek op het handhaven van de hoge aow-franchise van ruim 30.000
gulden, die voor velen ten onrechte gebaseerd is op de verwachting dat
men op zijn 65e ongehuwd of alleenstaand zal zijn. Volgens Giskes kan
de franchise zonder probleem omlaag naar ruim 21.000 gulden, zijnde het
aow-pensioen voor een gehuwde of samenwonende.
Naast de kritiek op de pensioenplannen zal de Tweede Kamer Zalm en Vermeend
de komende maanden uiteraard ook houden aan hun toezegging dat de plannen
zullen worden aangepast ten gunste van de middeninkomens, die nu nauwelijks
op een koopkrachtverbetering kunnen rekenen.
Daarnaast erkennen PvdA, VVD en D66 dat de verhoging van het aanmerkelijk-belangtarief
van 25 tot 30 procent wel erg negatief uitpakt voor sommige ondernemers.
Minister Zalm (Financiën) heeft inmiddels aangegeven te willen werken
aan een handhaving van 25 procent, mits dat allemaal financieel inpasbaar
is.