De Staat der Nederlanden geeft volgende week een zilveren millenniumtientje uit met op de ene kant het jaartal 1999 en op de andere kant het jaartal 2000. Het nieuwste geldstuk uit de zogenaamde Beatrix-serie, dat de Koninklijke Nederlandse Munt vóór de invoering van de euro slaat, wordt ditmaal door supermarkten in omloop gebracht in plaats van door de banken. Bij het wettige betaalmiddel ontbreekt het gebruikelijke 'kop of munt', want op beide zijden staat een portretje van onze vorstin afgebeeld.

Het ontwerp van de Amsterdamse kunstenaar is gisteren officieel door koningin Beatrix goedgekeurd. Het eerste exemplaar van het millenniumtientje wordt op 18 november door minister dr. G. Zalm (Financiën) in het gebouw van de Koninklijke Nederlandse Munt in Utrecht geslagen. Al de volgende dag liggen ze in alle vestigingen van zeven supermarktketens te koop. Volgens Munt-directeur E. van Schouwenburg is in overleg met het ministerie van Financiën niet zo lang geleden besloten het magische jaar 2000 met een zilveren tientje te memoreren. De oplage is bepaald op 1 miljoen exemplaren.

"Omdat de banken de verspreiding van zo'n tamelijk gering aantal niet interessant vinden, hebben we de supermarkten ingeschakeld", zegt Van Schouwenburg. De looptijd van dit tientje is ten opzichte van de andere gangbare geldstukken zeldzaam kort. Van Schouwenburg: "Als de euromunten op 1 januari 2002 worden geïntroduceerd, nemen we het millenniumtientje al weer uit de roulatie."

Voor de verzamelaars brengt de munt in een oplage van in totaal 50.000 stuks de met de hand geslagen zogeheten kwaliteiten Fleur de Coin en Proof uit. Ze zijn zeer exclusief verpakt en kosten respectievelijk ƒ29,95 en ƒ44,95.

Het millenniumtientje heeft een doorsnee van 33 millimeter en weegt 15 gram. Op de rand staan de woorden God Zij Met Ons. Op beide zijden heeft de ontwerper onder meer twaalf elliptische ringen afgebeeld. "Zij symboliseren de twaalf maanden van 1999 en 2000. In de tweede ring van de 2000-kant zit een klein gaatje, om aan te geven, dat 2000 een schrikkeljaar is", aldus Van Schouwenburg.