Knalfeest voor Feyenoord
door Sieb Oostindie - ROTTERDAM, woensdag
Wonderen bestaan nog. Zo werd een dreigende
nachtmerrie voor het Nederlands voetbal gisteravond in de kolkende Kuip
afgewend en explodeerde het mooiste voetbalstadion van Nederland om
zeven minuten over half elf, toen duidelijk werd dat Feyenoord de
tweede ronde van de Champions League had bereikt. De Rotterdammers
versloegen Rosenborg door een doelpunt van de gouden wissel Somalia,
vijf minuten voor tijd: 1-0. Omdat er ook goed nieuws kwam uit Porto
(Boavista won met 1-0 van Borussia Dortmund), viel er eindelijk eens
iets goed te vieren en dat deed men ook in Rotterdam, waar de ploeg van
Leo Beenhakker er een ouderwetse ereronde tegenaan gooide. Niet alleen
om de mijlpaal op zich te vieren, maar ook om de frustraties van de
afgelopen maanden eens goed van zich af te gooien.
Het feest kan beginnen! Somalia heeft zojuis Feyenoord met een
schitterende knal naar de tweede ronde geschoten.
FOTO: MATTY VAN WIJNBERGEN
En terecht, want eindelijk toonde de ploeg de opleving,
waar ze zo lang maar ook zo moeizaam aan had gewerkt. Wekenlang
probeerde Feyenoord zijn spierballen te laten zien, maar een ommekeer
kon het niet teweeg brengen. Gisteravond klonk er al na 45 minuten weer
eens een geluid in de Kuip, dat ze er lang niet gehoord hadden: een
applaus. Terecht, omdat Feyenoord eindelijk weer ging voetballen, geen
wonder met artiesten in de ploeg als Kalou en Korneev, twee spelers die
een team iets extra's kunnen geven.
De aanzet was vorige week al te zien in Dortmund. Daar
speelde Feyenoord de laatste 20 minuten zonder complexen en leek het
wel bevrijd van de ankers, die het bij bijna eenieder aan de benen
hadden gehangen. "Hoe gek het ook klinkt, daar hadden we de 1-0
achterstand voor nodig. Daardoor gooiden we alle schroom van ons
af," zag Beenhakker daarvan de reden.
Sommige Feyenoorders sloegen letterlijk een kruisje in
de aanloop naar Rosenborg. Alles wat de ploeg zelf kon doen was gaan
voor winst. Dat was in ieder geval een uitgangspunt dat niets aan
duidelijkheid te wensen overliet en misschien wel goed voor de ploeg
ook, meende Kees van Wonderen. "Omdat je dan weet waar je aan toe
bent."
Russische tovenaar
In dat beeld paste de terugkeer van de Russische
tovenaar Igor Korneev. In de aanloop wilde Beenhakker doen geloven, dat
het ging tussen hem en Somalia. "Het is de moeilijkste positie in
het hedendaagse voetbal," zei de coach en toen was eigenlijk al
duidelijk dat deze uiterst slimme Rus eindelijk weer eens van de bank
verlost ging worden.
En terecht! Wat was Igor Korneev de eerste helft weer
geslepen in de laatste groepswedstrijd. De technische staf van de
Rotterdammers had wel gezien, dat het centrale verdedigingsduo van
Rosenborg gewend is achterin te blijven hangen. De Rus kreeg daardoor
enorm veel ruimte als hij wat terugzakte. Omdat er met Kalou, Tomasson
en Samardzic mensen om hem heen stonden die het spelletje wel
begrijpen, kon Feyenoord het publiek eindelijk weer eens verwennen. Het
leverde een stormachtig eerste kwartier op, waarin bovengenoemde
voetballers doelman Jamtfall op zijn kwaliteiten konden testen.
Toen er uit Portugal ook nog eens doorkwam, dat Boavista
gelukkig op 1-0 een voorsprong was gekomen, ontstond er een ouderwetse
Europa Cup-sfeer in de Kuip, waar Rosenborg nauwelijks iets te
vertellen had. Het kon af en toe zijn centrale verdedigers op pad
sturen, omdat Korneev als ingecalculeerd niet beiden kon afstoppen,
maar dat gebeurde aanvankelijk in het besef dat het nauwelijks gevaar
kon opleveren. De beste man aan Noorse kant was nog Jan Derek
Sörensen, die echter ook nauwelijks de stormram Carew aan het werk
kon zetten. De grote man werd nooit bestookt met lange ballen van de
zijkant en kon zodoende nooit de angst in de Rotterdamse gelederen
brengen. Slechts een keer gaf hij een assist met de borst op
Sörensen, die voorlangs schoot.
Dat Noren pure sportmensen zijn, bleek na rust.
Rosenborg, op nationaal niveau uitgespeeld na een loodzwaar seizoen en
in de Champions League al geplaatst voor de tweede ronde, wist nog
eenmaal diep in de reserves te tasten en koos de aanval. Feyenoord
kreeg het er lastig mee en kwam een paar keer goed weg. Vooral bij een
kopbal van Bergdolmo, die van de lijn werd gehaald door Rzasa. De
wissel Paauwe/Van Wonderen was er een voor het fysieke evenwicht,
Somalia mocht het nog een kwartiertje proberen voor de leeggespeelde
Korneev, wiens naam gescandeerd werd door het legioen. Feyenoord, dat
al voor rust wat was teruggevallen na het sterke begin, had het na de
thee zeker een half uur erg lastig met de tegenstander, die zijn
sportieve plicht meer dan nakwam. Gevaarlijk werd de Nederlandse
kampioen niet meer. Totdat Somalia de bal op Samardzic gaf, de
Joegoslaaf niet met rechts uithaalde maar de bal weer retourneerde en
de vorige week woensdag nog zo verguisde Braziliaan van dichtbij
verwoestend uithaalde: 1-0.
Het was weer eens de gouden hand van wisselen van Leo
Beenhakker. En gedenkwaardig waren de woorden, die hij de dag tevoren
nog sprak over de huurling van Belo Horizonte: "Soms doet hij
dingen, die je niet gelooft, soms ook doet hij dingen waarbij de tranen
je in de ogen springen. Hij wordt echter wekelijks beter. En is
levensgevaarlijk als je hem in het strafschopgebied aan het werk kunt
zetten."
Hoe waar bleken die woorden. De onbekende en soms zo
slungelachtig ogende Braziliaan bewees het Nederlandse voetbal er een
enorme dienst mee.
|