Voorpagina
Nieuwsarchief
Xtra
El Cheapo
NieuwsFocus
Reiswereld
Vacatures
Auto
Weer
QuickLink
Reageer!
Huizen
NetMail
ChatWeb
Interman
Autovisie
Privé
Mijn TelegraafNet
 &referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT=""> [Nederland]
[Buitenland]
[Telesport]
[De Financiële Telegraaf]
[Nederland]
 

 


zaterdag
23 oktober 1999

 


[Topcarriere]
[Oce]
[Tele2]
[V & L informatica]
[BOL]
[NWI Officiele huizenkrant]

Uitvinders gaan zelf de
boer op voor financiering

door RENÉ LUKASSEN - AMSTERDAM, zaterdag

Een goed idee verkoopt zichzelf. Zegt men. Maar niet voor alle goede ideeën staan investeerders in de rij. Om idee en financiering met elkaar in contact te brengen, wordt op 25 november een bijeenkomst georganiseerd onder de naam Money meets Ideas. Een verhaal over "de paringsdans van kennis en de knikkers".

Money meets Ideas is volgens initiatiefnemer Gerrit van Schouwenburg ontstaan uit een duidelijke noodzaak. Mensen met een goed idee kunnen voor de ontwikkeling en commercialisering ervan niet altijd even makkelijk geldschieters vinden. "Banken weten de waarde van een idee wat dat betreft niet altijd even goed in te schatten", aldus de uitvinder.

Dat voor de commercialisering van een idee niet altijd eenvoudig geldschieters te vinden zijn, ervoer ook Jaques Ruiter. "In 1994 had ik ultra-platte beeldschermen nodig", aldus Ruiter in het Amsterdamse kantoor van Pymwymic, betrokken bij de organisatie van Money meets Ideas. "Toen bleek dat de bestaande fabrikanten de beeldschermen niet konden leveren zoals ik ze wou, dacht ik: we gaan ze gewoon zelf maken."

Het opstellen van de specificaties waaraan de zogenoemde lcd-schermen moesten voldoen, leidde uiteindelijk tot een voorloper van een dergelijk scherm. Ruiter wrong zich naar eigen zeggen vervolgens in allerlei bochten om geld los te krijgen voor de verdere ontwikkeling van het beeldscherm. "In samenspraak met het ministerie van Economische Zaken en de Rabobank kwamen we er bijna uit, maar Rabobank haakte op het laatste moment toch af."

Twee jaar later lukte het wel, met een completer product. In samenwerking met een partner kreeg Ruiter geld los bij het Utrechtse Licentec, dat mensen met een idee probeert te paren aan een bedrijf dat mogelijkheden ziet om het idee commercieel uit te buiten. Licentec investeerde ongeveer ƒ30.000 eigen geld, maar slaagde er vervolgens niet in een bedrijf in Ruiter's beeldscherm te interesseren.

Uiteindelijk slaagde Ruiter via een bijeenkomst zoals Money meets Ideas in november 1997 alsnog. De uitvinder kon in eerste instantie met ƒ600.000 zijn beeldscherm verder ontwikkelen. Later kreeg hij er nog eens ƒ400.000 bij. "Nog twee investeringsrondes en drie jaar verder en dan denk ik de eerste prototypes af te hebben", aldus Ruiter.

Van Schouwenberg heeft een soortgelijk verhaal. In 1983 ontwikkelde hij een proces dat de productietijd van vleeswaren aanzienlijk verkort. Niet eerder dan drie jaar later vond hij in Ahold een partij die wel brood zag in zijn vinding. "Eén investeringsmaatschappij had er ook oren naar, maar die zei: zoek eerst maar eens iemand met verstand van zaken die er ook wat inziet."

Toen die partij met Ahold gevonden was, verdween de investeringsmaatschappij uit beeld. "Ahold zei dat ze de benodigde investering (van uiteindelijk zo'n ƒ12 miljoen) zelf wel op kon hoesten."

Voor de vinding die Van Schouwenburg aan de supermarktketen wist te slijten, is hij dit jaar genomineerd voor de titel uitvinding van het jaar. Inmiddels is hij bezig met een nieuw project, waarvoor hij ook op zoek is naar investeerders. "Hierbij gaat het om een internet-applicatie die patiënten aan moet zetten en motiveren tot het aanpassen van hun levensstijl aan hun ziekte."

Dat banken en investeringsmaatschappijen niet altijd staan te dringen om te investeren in dit soort ideeën vindt Van Schouwenburg overigens wel begrijpelijk. "Het gaan toch om investeringen in projecten met een relatief hoog risico. Dat je daarvoor geen spaargeld van klanten inzet, is logisch."

De investeerders die Money meets ideas dan ook vooral op het oog heeft, zijn vermogende particulieren. Die moeten minimaal goed zijn voor één miljoen, aldus Van Schouwenburg. "Door het hoge risicoprofiel van dit soort projecten, moet je er eigenlijk niet meer dan 10 procent van je vermogen insteken en een ton is een mooi bedrag."

"In één op de tien gevallen wordt een project een knallend succes. Drie van de tien doen het aardig, twee sukkelen en de rest gaat ten onder. Voorzichtigheid is dus op zijn plaats."






[Voorpagina]

[Nederland]

[Buitenland]

[Telesport]

[De Financiële Telegraaf]

[Xtra]




Auteursrechten voorbehouden 1996-1999, © Dagblad De Telegraaf, Amsterdam
De Telegraaf-i wordt het best bekeken met Netscape Navigator, Netscape Communicator of Microsoft Internet Explorer.