Tranen bij herdenking
doden van treinramp
Van onze correspondent - LONDEN, maandag
De Britse regering bereidt noodwetgeving voor om de
huidige beheerder en eigenaar van de Britse spoorweg-infrastructuur,
het bedrijf Railtrack, de bevoegdheden voor het veiligheidsbeleid af te
nemen. De minister van Verkeer, John Prescott, wil een onafhankelijk
toezichtsorgaan instellen naar aanleiding van de treinramp van
afgelopen dinsdag in West-Londen waarbij volgens de laatste
politiegegevens waarschijnlijk veertig mensen zijn omgekomen.
Railtrack is verantwoordelijk voor de
waarschuwingslichten langs de spoorlijnen, de stations en de rails,
maar de treinen zelf worden geëxploiteerd door een twintigtal
verschillende privé-spoorwegmaatschappijen die elk
verantwoordelijk zijn voor hun apparatuur aan boord.
Tot nu toe vonden de betrokken partijen de investering
die nodig is om de Britse spoorwegen met de modernste apparatuur te
beveiligen (3,3 miljard gulden) niet noodzakelijk.
Klagen
De eerste onderzoeken naar de oorzaak van de ramp
tonen aan dat de machinist van de uit het station Paddington
vertrekkende lokale trein twee keer een oranje en een rood signaal
heeft genegeerd. Nu blijkt dat machinisten al jaren lang klagen over de
slechte zichtbaarheid van dit bewuste nummer 109-signaal.
Er zouden plannen hebben bestaan om het signaal in het
jaar 2003 te vervangen. Nummer 109 is ook een doorslaggevende factor
bij een soortgelijke treinramp in 1997 op hetzelfde stuk spoorbaan.
"We zullen ons erbij neerleggen dat de
veiligheidscontrole uit onze handen wordt genomen", aldus
Railtrack-directeur Gerald Corbett. "Wij zijn aanspreekbaar op de
seinen en het spoor. De waarschuwingslichten bij dit ongeluk stonden
echter op rood en werkten goed."
De spoorwegvakbonden juichen het besluit om een
onafhankelijk orgaan in te stellen toe. "Wij zijn er nooit
voorstander van geweest dat Railtrack zowel over de commerciële
exploitatie van de spoorwegen gaat als over het toezicht op de
veiligheid", aldus secretaris-generaal Mick Rix.
Onrust
Terwijl gisteren een herdenkingsdienst voor de
omgekomen passagiers en de twee machinisten vlakbij de plek van de ramp
werd gehouden, ontstond er opnieuw onrust onder het publiek over de
onthulling van Great Western, een van de twee maatschappijen die bij de
ramp betrokken waren, dat drie wagons van de intercity van Cheltenham
naar Londen ook al van de ramptrein van 1997 deel uitmaakten.
De bekendmaking deed bij veel mensen het gevoel ontstaan
dat de maatschappij oud en mogelijk bij de eerdere botsing ontwricht
materiaal had ingezet. De vakbonden eisen hiernaar een onderzoek.
Overlevenden van de ramp van vorige week hebben
geklaagd dat het vrijwel onmogelijk was om na de botsing uit de wagons
te ontsnappen. De deuren zaten muurvast en de ruiten bleken onbreekbaar
met de hamers die voor noodgevallen aan boord zijn.
Een deelneemster aan de herdenkingsdienst gisteren
voor de doden van de treinramp in Londen vorige week kan haar tranen
niet bedwingen. De dienst werd gehouden op een parkeerplaats van een
supermarkt die is gelegen nabij de plek van de ramp. Het parkeerterrein
diende als eerste opvangcentrum voor de zwaargewonden.
FOTO: AP
|