Ahold niet besmet met
overnamekoorts Europa
ZAANDAM, vrijdag
Supermarktconcern Ahold laat zich niet opjagen door
de fusie- en overnamekoorts die binnen Europa in de branche is
losgebarsten. "Er moet geen gekte ontstaan waarbij het ene concern
over de ander heenstruikelt", zo waarschuwde topman Cees Van der
Hoeven gisteren bij de presentatie van de halfjaarcijfers. "Als
dat betekent dat we in vergelijking een kleiner bedrijf zijn, dan moet
dat maar."
Sinds de geruchtmakende fusie tussen de Franse ketens
Carrefour en Promodès beide qua grootte vergelijkbaar met Ahold
wordt het Zaanse concern overspoeld met ongevraagde adviezen vanuit de
analistenwereld: Ahold zou haast moeten maken in de nakende Europese
consolidatiegolf. "Bedankt voor alle suggesties in de krant",
grapte Van der Hoeven gisteren. "We zullen ze serieus
bekijken."
De topman greep de gelegenheid aan om te benadrukken dat
er aan de strikte financiële criteria voor acquisities niet zal
worden getornd. "We overwegen overnames alleen als we overtuigd
zijn dat we aanzienlijke waarde kunnen toevoegen die groter is dan de
aankoopprijs. Ik kan u echter verzekeren dat we nog geen enkele van
onze voorkeurskandidaten hebben verloren."
Promodès en Carrefour ("wat aan de grote
kant", aldus Van der Hoeven) stonden dus niet op het lijstje. De
anonieme 'volbloeden' die er wel op staan moeten worden gezocht in de
oostkust van de Verenigde Staten, in Europa en in Latijns Amerika.
Wordt het lijstje niet vanzelf korter als de overnameprijzen stijgen en
Ahold onverkort vasthoudt aan haar eigen strakke criteria? Van der
Hoeven: "Er is een grens aan de aankoopprijs. Dat hebben we laten
zien in het biedingsproces voor het Amerikaanse Hannaford (waar het
Belgische Delhaize er met de buit vandoor ging, red.). In tegenstelling
tot sommige anderen zie ik dit niet als een spelletje, waarbij een
overname de stand op 1-0 brengt."
Ahold kwam gisteren met uitstekende cijfers naar buiten.
In het tweede kwartaal van dit jaar steeg de winst met 40,6% naar
EUR172,9 miljoen (381 miljoen). Per aandeel resulteerde een
toename van 27%, doordat vorig jaar een emissie plaatsvond. Gezien deze
rooskleurige gang van zaken verwacht Ahold voor het gehele jaar een
winstgroei per aandeel van 20%. Eerder werd nog voorzichtiger ingezet
op 15 tot 20%. Over de eerste zes maanden van 1999 steeg het
nettoresultaat met 35,9% naar EUR348 miljoen (777 miljoen).
De activiteiten in de Verenigde Staten, inmiddels goed
voor bijna 60% van de totale omzet (die in het tweede kwartaal met
34,5% groeide tot 17,4 miljard) en 70% van het bedrijfsresultaat,
vormen de grootste pijler onder dit succes. Het bedrijfsresultaat van
de Amerikaanse tak steeg met ruim 45%. Mede door samenwerkingsprojecten
deden alle ketens in de VS het beter, maar de grootste twee (Stop &
Shop en Giant Landover) spanden de kroon.
In de 'oermarkt' Nederland (nog steeds goed voor 25% van
de groepsomzet) bleef de stijging van het bedrijfsresultaat beperkt tot
nog geen 10%. Het marktaandeel van vlaggenschip Albert Heijn staat
"enigszins" onder druk, maar van der Hoeven bezwoer gisteren
dat van een "tijdelijk fenomeen" sprake is.
Opmerkelijk genoeg is de veelbewierookte bonuskaart de
belangrijkste oorzaak achter de relatieve teruggang, naast de sluiting
van kleine winkels die ter zijner tijd worden vervangen door nog in
aanbouw zijnde grotere winkels. "De introductie van een
klantenkaart betekent minder algemene aanbiedingen", aldus Van der
Hoeven. "Totdat iedereen zo'n kaart heeft geeft dat een druk op de
verkopen. Dat herkennen we. Het gebeurde ook bij onze Amerikaanse
dochter Bi-Lo." Volgens de topman duurt het 'bonuskaart-effect'
niet langer dan een jaar. "De kaart werd in het tweede kwartaal
van vorig jaar geïntroduceerd. De tweede helft van dit jaar is dus
het najaar van de waarheid."
Naast de VS liet ook Latijns Amerika (goed voor 9%
van de omzet) een forse winstgroei zien. Vooral door de acquisitie van
het Argentijnse Disco steeg het bedrijfsresultaat met 89,7%. De
activiteiten in Chili (Santa Isabel) zijn nog steeds verliesgevend. Het
zelfde geldt voor Polen (onvoldoende schaalgrootte), Tsjechië
(investeringen in hypermarkten), Spanje (net begonnen) en Azië. In
Tsjechië en Spanje is volgens Ahold al bijna van een break
even-situatie sprake. In het Verre Oosten goed voor een magere 2% van
de omzet is sprake van economisch herstel. Maar het Zaanse concern
denkt dat er "enige reorganisatie" nodig zal zijn om de
doelstelling (eind volgend jaar uit de rode cijfers) te halen.
|