Pennings arrogant naar finale
Van onze speciale verslaggevers - SEVILLA, maandag
foto: ANP
In het aparte, enigszins neurotische wereldje van de hoogspringers
bewaarde Wilbert Pennings zijn kalmte. De hoogspringer uit Goirle debuteerde
zaterdagavond in Sevilla op het mondiale platform. Met de arrogantie van
een ervaren topper kwalificeerde hij zich in de georganiseerde chaos èn
extreme hitte voor de finale. De kwalificatie-eis was 2,29 meter, Pennings
sprong daar in zijn tweede poging ruim overheen. "Mijn seizoen kan nu
al niet meer kapot", zei Pennings, die begin deze maand in het Duitse
Eberstadt met een sprong over 2,30 meter eindelijk een streep zette door
het klassieke nationale record van Ruud Wielart uit 1979 (2,28 meter).
Sindsdien bulkt Pennings van het zelfvertrouwen, hetgeen hij in het onlangs geopende Olympisch Stadion van Sevilla, dat zich kandidaat heeft gesteld voor de organisatie van de Spelen van 2008, demonstreerde. Erkende toppers durfden de gok niet aan, maar Pennings sloeg tijdens de kwalificatie de hoogte van 2,23 meter over. "Zinloos. Daar word je alleen maar moe van", verklaarde hij. Pennings vervolgde de competitie toen de lat op 2,26 meter was gelegd. Daar ging hij in zijn tweede poging ruim overheen. Op 2,29 meter kende hij eveneens weinig problemen. "Het lange wachten op mijn beurt was het moeilijkste. Je moet jezelf voortdurend oppeppen. Het grootste gevaar is dat je in slaap valt. Het is me allemaal goed afgegaan."
Een aantal favorieten verging het aanzienlijk minder dan Pennings.
De Britse favoriet Steve Smith, die de wereldranglijst van dit jaar aanvoerde
met een hoogte van 2,36, haakte geblesseerd af. Een aantal andere gevestigde
namen (onder anderen de Griek Papakostas, de Rus Klyugin en het Engelse
talent Ben Challenger) wist niet over 2,29 meter te springen.
Over zijn kansen in de finale (vanavond, 19,25 uur), waaraan slechts elf atleten deelnemen, hield Pennings zich wijselijk op de vlakte. De pupil van trainer Frans Bosch hoopt met een plaats in de top-acht olympische kwalificatie af te dwingen. Met een goede dag kan er echter weleens een verrassing in het vat zitten. Duidelijk is wel dat Pennings nog lang niet aan zijn plafond zit. "Eigenlijk heb ik het gevoel dat ik sinds die sprong over 2,30 meter pas echt met hoogspringen ben begonnen."
Pennings was eigenlijk de enige Nederlandse meevaller tijdens het openingsweekeinde van de wereldtitelstrijd. Gert-Jan Liefers en Marko Koers sneuvelden gisteren beiden vrij kansloos in de halve eindstrijd op de 1500 meter. Liefers had alle pech van de wereld. Hij werd zwaar gehinderd door de valpartij van de Engelsman John Mayock en kwam daardoor zelfs buiten de baan terecht. Liefers probeerde de opgelopen achterstand nog wel ongedaan te maken, maar zag 200 meter voor de finish het kansloze karakter van de onderneming in. Hij stapte uit.
Dat laatste is iets wat eigenlijk niet in het karakter van de pas
20-jarige Apeldoorner past, maar in Sevilla golden verzachtende omstandigheden.
Liefers had een dag eerder veel moeten geven om door de series door te
komen. Direct na die race moest hij de tol betalen voor de in de extreme
hitte (tijdens de race was het nog ruim veertig graden Celsius) geleverde
inspanning. Boven een vuilnisbak leegde hij zijn maaginhoud om vervolgens
minutenlang met holle ogen voor zich uit te staren. Zijn bovenlichaam
gewikkeld in natte handdoeken. De medische begeleiders van de KNAU schitterden
door afwezigheid. Bert Paauw, technisch directeur, noemde dat gisteren
"een vervelend misverstand". Zaterdagnacht deed Liefers geen oog dicht
en duidelijk verzwakt meldde hij zich gisteren bij het stadion. Pas na
de warming-up besloot de atleet te starten. Hij wilde een serieuze poging
wagen. "Met wat meer geluk had het misschien gekund", zei hij.
De eliminatie van Marko Koers, die als een van de tijdsnelsten de eerste ronde was doorgekomen, kwam niet als een verrassing. De Nijmegenaar was met gemengde gevoelens naar Spanje afgereisd. Zijn laatste wedstrijd voor de wereldtitelstrijd liep hij in Keulen. Daar ging Koers op het laatste stuk volledig kapot en eindigde hij uiteindelijk als negende in een voor zijn doen zeer matige tijd (3.39,84). Koers hield een mentale tik aan die race over.
Voor de twee grootste teleurstellingen in het Nederlandse kamp zorgden verspringster Sharon Jaklofsky en discuswerper Pieter van der Kruk. Beiden overleefden de kwalificaties niet. Van der Kruk had wel een opmerkelijke verklaring. "Ik kom altijd pas na drie worpen in de wedstrijd", zei hij. Daarmee gaf hij de de beleidsmakers van de KNAU een uitstekend argument in handen om hem voortaan thuis te laten. Op alle internationale toernooien krijg je immers slechts drie pogingen om kwalificatie voor de finale af te dwingen.
|