De Financiële Consument
door Peter van der Tuin. Bijdrage: Kapé Breukelaar FFP
In de twee vorige afleveringen van deze rubriek hebben wij
stilgestaan bij het belang van een financieel plan. Daarin kwamen onder
andere het financieel overzicht, het budget, de risicoplanning en de
nalatenschapsplanning aan de orde.
Het volgende onderdeel van het financieel plan is de
inkomensplanning, waarin wij kijken naar de mogelijkheden om het
inkomen voor langere periode op een slimme manier vorm te geven.
Financiële planning (III)
Een essentieel onderdeel van de financiële planning is de
inkomensplanning. In uw inkomensplanning analyseert u uw inkomen voor
een periode van meerdere jaren. Hier blijkt ook het belang van het
bijhouden van een maandelijks budget, omdat u op basis van het budget
een inschatting kunt maken van uw inkomensbehoefte voor de toekomst.
Bovendien kunt u bijvoorbeeld de gevolgen van het aankopen van een
duurder huis en de daaraan gekoppelde hogere woonlasten verwerken in uw
toekomstbudget. Allereerst maakt u dus een inschatting van het netto
besteedbaar inkomen dat u in de toekomst verwacht nodig te hebben. Houd
daarbij rekening met alle te verwachten uitgaven. Heeft u bijvoorbeeld
jonge kinderen, dan moet u rekening houden met de studiekosten. Een
studerend kind kost u als ouder ongeveer 10.000 per jaar.
Dergelijke tijdelijke extra kosten kunt Dat wordt dus sparen en/of
beleggen
De volgende stap is het maken van een inschatting van het inkomen dat u
in de toekomst kunt verwachten. Houdt u dan rekening met te verwachten
salarisstijgingen en andere wijzigingen in uw inkomenspositie.
Uiteraard neemt u ook het inkomen van uw partner mee in deze prognose.
Vanaf uw 65e jaar heeft u recht op AOW en meestal ook een aanvullend
oudedagspensioen. Van uw pensioenfonds krijgt u jaarlijks een opgave
van de opgebouwde pensioenrechten en de opbouw van pensioenrechten in
de toekomst. Uiteraard houdt u ook rekening met de pensioenrechten die
u bij eventuele vorige werkgevers heeft opgebouwd. Al deze gegevens
verwerkt u in uw inkomensoverzicht. Daarin houdt u tot slot ook
rekening met koopsompolissen en lijfrenteverzekeringen die tot
uitkering zullen komen en eventuele rente- en dividendinkomsten uit uw
beleggingen.
De kern van de inkomensplanning is het bedrag dat u jaarlijks netto
besteedbaar nodig heeft. Is uw netto inkomen hoger dan uw netto
besteedbare behoefte, dan kunt u per saldo sparen. Met dat spaarsaldo
kunt u vervolgens in de toekomst een tekort in uw besteedbaar inkomen
aanvullen tot het bedrag dat u jaarlijks nodig heeft. Een veelgemaakte
fout is dat men denkt dat het besteedbaar inkomen alleen kan bestaan
uit een salaris, een pensioen- of een lijfrente-uitkering. Bij het
maken van een financieel plan moet u rekening houden met de
mogelijkheid dat u een tekort aan besteedbaar inkomen kunt aanvullen
met geld of vermogen dat u op een andere manier eerder opzij heeft
gezet. U kunt dan denken aan uw spaargeld, beleggingen, de verkoopwinst
op uw woonhuis of de uitkering van een spaarverzekering.
Wilt u bijvoorbeeld eerder stoppen met werken, dan kan gedurende een
aantal jaren een inkomenstekort ontstaan. Bij het maken van een
financieel plan bekijkt u nu al de gevolgen van het eerder stoppen met
werken en zoekt u naar mogelijkheden om het te verwachten
inkomenstekort op te vangen.
Zo kunt u via een lijfrenteverzekering een deel van uw huidige
inkomen afromen. Op termijn kunt u vervolgens het geld uit de
verzekering opnemen als aanvulling op uw inkomen. Daarbij kan een
aardig fiscaal voordeel ontstaan. De premie voor de lijfrente is nu
namelijk aftrekbaar van de top van uw inkomen, terwijl de uitkering te
zijner tijd laag belast zal zijn omdat u bent gestopt met werken en
alleen maar een pensioen heeft. Overigens moet u rekening houden met de
pensioenwetgeving die sinds 1 juni van dit jaar in werking is getreden.
Die nieuwe wetgeving maakt het mogelijk om al vanaf uw 55e jaar uit uw
pensioenpot te gaan genieten. Wel moet u opletten dat dit vervroegde
pensioen waarschijnlijk aan de lage kant zal zijn. Met deze
inkomensplanning is weer een onderdeel van uw financieel plan ingevuld.
Volgende week gaan wij in op de rol van het eigen huis in het
financieel plan.
Een studerend kind kost al gauw 10.000 per jaar.
|