Van den Hoogenband op roze
wolk na zege op idool Popov
door Luuk Blijboom - ISTANBOEL, donderdag
Vier jaar geleden, tijdens de Wereldbekerwedstrijd zwemmen in
Gelsenkirchen, meldde zich een schuchtere, slungelachtige tiener aan de
rand van het Zentral Bad in de Kohlenpot. Na de schroom van zich af te
hebben geworpen en alle moed bijeen te hebben geschraapt durfde de toen
zestienjarige Pieter van den Hoogenband het pas aan aarzelend plaats te
nemen naast de grote zwemmer Alexander Popov om voor het nageslacht te
worden vereeuwigd.
Het contrast is groot tussen de kroonprins en de tsaar. Voor de
tweede keer laat Pieter van den Hoogenband de 'grote' Alexander Popov
in verslagenheid achter. Ditmaal op het koningsnummer, de 100 meter
vrij.
FOTO: ANP
Gisteren, na afloop van de 100 meter vrije slag, ging het tweetal
wederom op de foto. Nu stond evenwel niet een kennis van Van den
Hoogenband, maar de verzamelde wereldpers klaar om het tweetal op de
gevoelige plaat vast te leggen. De jeugdige bewonderaar van toen keek
na afloop van het koningsnummer van de Europese zwemkampioenschappen in
Istanboel voor de eerste maal in zijn leven neer op de Rus. Letterlijk,
wel te verstaan. "Ik beschouw het als een eer dat ik Popov mag
verslaan. Het was alsof ik droomde op het erepodium. Ik vond het alleen
jammer dat het Wilhelmus maar een half minuutje duurde. Ach, misschien
was het maar goed ook. Anders had ik het waarschijnlijk niet droog
gehouden."
In februari 1995 keek de Russische zwemgigant, bijgenaamd De Tsaar,
nors voor zich uit omdat hij zojuist de hoofdprijs in de vorm van een
auto aan zijn neus voorbij had zien gaan. Gisteren stond het gezicht
van Popov (27) wederom op onweer. Ditmaal omdat hij voor het eerst
sinds acht jaar een nederlaag kreeg te slikken op het onderdeel dat hij
tot aan het begin van deze EK als het zijne beschouwde. Hoewel de man
uit Sverdlovsk zijn uiterste best deed de nederlaag te bagatelliseren
('Shit happens'), kwam het verlies bikkelhard aan, concludeerde Van den
Hoogenband. "Ik heb hem na afloop van een race nog nooit zo
chagrijnig gezien."
De 21-jarige student uit Geldrop besefte een uur na afloop van zijn
fabelachtige race nog altijd niet welke historische prestatie hij had
neergezet. "Dat komt pas over een paar uur, denk ik." Zijn
tijd, 48,47, was naast een verbetering van het nationaal record met
0,27 seconden de op één na snelste tijd ooit op de 100
vrij gezwommen. Alleen Popov was tijdens de Mare Nostrum-wedstrijd van
1994 in Monte Carlo met 48,21 sneller geweest.
"Het was alsof ik droomde tijdens de slotfase van mijn race. De
laatste tien meter, toen ineens tot me doordrong dat ik deze wedstrijd
niet meer kon verliezen en ik eindelijk de grootste zwemmer aller
tijden achter me hield, was het alsof het vanzelf ging. Ineens was het,
pats, afgelopen."
"Kriebels"
Bij het betreden van het Olimpik Yüzme Hawzu bespeurde hij een
uurtje daarvoor een gevoel in zijn buik dat hij sinds mensenheugenis
niet meer had gehad. "Kriebels." En dat terwijl hij zo'n
ontspannen dagje achter de rug had. "Ik heb vanochtend heerlijk
uitgeslapen. Om tien over tien werd ik pas wakker, gelukkig werd ik
niet lastig gevallen door de kamermeisjes van het hotel. Toen ik me bij
het ontbijt meldde, merkte ik al dat er een goede spanning op mijn
spieren stond. Op dat moment was ik er eigenlijk al helemaal klaar
voor. De finale kon me niet snel genoeg beginnen."
Onderweg van het hotel naar het zwembad deelde Van den Hoogenband de
taxi met zijn coach Jacco Verhaeren. Die was zojuist begonnen in het
boek De Vertraging van Tim Krabbé en gezellig keuvelend over het
verhaal van een Nederlandse vrouw die in Australië haar vliegtuig
mist, doodde het tweetal de tijd. Ook voor de 30-jarige trainer kwam
het verzetje niet geheel ongelegen. "Voor het eerst in mijn leven
was ik echt gespannen voor een wedstrijd", moest de coach
schoorvoetend toegeven. "Dat mag je natuurlijk alleen niet laten
blijken. Ik kan het tegenover de zwemmers niet maken als een zombie in
de rondte te lopen."
"Het was maar goed dat Jacco erbij was om me een beetje af te
leiden, want ik besefte me dat ik hier écht moest pieken",
herinnerde Van den Hoogenband zich. "Het is natuurlijk leuk en
aardig om al twee gouden plakken op zak te hebben en straks nog meer
medailles te halen. Maar er is natuurlijk maar één
échte afstand en dat is de 100 vrij. Vroeger kon ik er als
aankomend zwemmer gewoon een beetje knallen. Nu moest ik er voor het
eerst in mijn loopbaan écht staan op een moment dat van tevoren
zorgvuldig was uitgekozen."
Dat laatste deed de PSV-zwemmer meer dan voortreffelijk. Met een
reactietijd van 0,84 was hij driehonderdste seconde langzamer dan Popov
en had hij zoals te doen gebruikelijk de langzaamste start van het
gehele deelnemersveld, maar desondanks hield hij zijn hoofd koel. Waar
hij in het verleden vaak de drang voelde voor Popov te keren, werkte
hij zijn slag zorgvuldig af en nam hij genoegen met een tussentijd van
23,60 waar de Rus na 23,40 aantikte. Pas halverwege de tweede baan
plaatste hij de beslissende versnelling die hem urenlang op een roze
wolk deed belanden.
|