Sociale partners willen
eigen overlegorgaan zorg
door Marjan van Beuningen - AMSTELVEEN, woensdag
De Ziekenfondsraad is per 1 juli officieel omgevormd
tot het College voor Zorgverzekeringen (CvZ). Achter die
naamsverandering gaat een hele reorganisatie schuil, die pas begin 2001
geheel zal zijn voltooid. Daarbij is er geen plaats meer voor sociale
partners en bij de gezondheidszorg betrokken partijen, zoals artsen en
apothekers.
"De politiek
wil op die manier de zeggenschap op de besluitvorming weer terug
krijgen en belangenverstrengeling in de organisatiestructuur
voorkomen," verklaart CvZ-voorzitter L. de Graaf. Maar de
verstotenen leggen zich niet voetstoots neer bij een rol op het tweede
plan. Zij hebben nu plannen om een eigen overlegorgaan in het leven
roepen, dat gevraagd en ongevraagd adviseert over het
gezondheidszorgbeleid.
De taken van de Ziekenfondsraad (toezicht, bestuur,
beheer en toetsing van beleidsuitvoering) worden gescheiden en het
college gaat in sterk afgeslankte vorm verder. De Ziekenfondsraad
bestond uit 42 leden, waarbij werkgevers, werknemers, zorgverzekeraars
en zorgaanbieders ieder zeven leden leverden. Daarnaast waren er zeven
door de kroon benoemde deskundigen en drie vertegenwoordigers van
patiënten. Nog eens vier plaatsen waren gereserveerd voor het
geval de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) ter sprake kwam.
Dit zogeheten participatiemodel is nu vervangen door een
kroonledenmodel. In het nieuwe college is slechts plaats voor de negen
onafhankelijke kroonleden.
Hoewel alle betrokken partijen erkennen dat een andere
opzet van de Ziekenfondsraad nodig was, had iedereen het liever anders
gezien. "Wij hebben gevochten voor handhaving van het
participatiemodel. Het probleem van de belangenverstrengeling had ook
op een andere manier opgelost kunnen worden", aldus De Graaf.
Ondanks de vele protesten zette het kabinet de plannen
door. "Achteraf pratend met Tweede-Kamerleden krijg ik niet de
indruk dat de reorganisatie door iedereen goed overwogen is. Maar het
eerste paarse kabinet had het nu eenmaal besloten en men hield er
gewoon aan vast", aldus de oud-staatssecretaris van Sociale Zaken.
"Nu er geen weg terug meer is, willen we het zien als een
uitdaging."
De andere partijen reageren minder berustend. In de
nieuwe structuur hebben zij geen directe invloed meer. Zij kunnen
hooguit zitting nemen in verschillende commissies, die de kroonleden
adviseren. Maar het blijft aan de kroonleden om te beslissen welk
advies zij uitbrengen aan de minister.
"De politiek heeft het poldermodel in de
gezondheidszorg afgeschaft", aldus een boze werkgeversorganisatie
VNO-NCW. "Organisaties die eerst in de raad waren
vertegenwoordigd, stappen straks op eigen houtje naar het ministerie.
Zo krijg je achterkamertjespolitiek."
Ook de vakcentrale FNV is er niet gelukkig mee en wil
mee kunnen beslissen. "De Ziekenfondswet raakt ten slotte zo'n 10
miljoen Nederlanders, vooral werknemers en hun gezinnen", aldus A.
Regeer van FNV.
De adviserende taak van de Ziekenfondsraad werd 1
januari 1997 al overgedragen aan de Raad voor Volksgezondheid en Zorg.
Maar ook wat overbleef, het bestuur en toezicht, is in tweeën
gesplitst tot het CvZ en een Commissie toezicht uitvoeringsorganisatie,
dat de zorgverzekeraars controleert. De reorganisatie is het gevolg van
de operatie Raad op Maat, die elk departement verplicht te snijden in
het aantal adviesorganen.
"De roep om bestuurlijke vernieuwing van de
Ziekenfondsraad stamt al uit de de jaren tachtig en vloeide voort uit
de kritiek op de sociale partners in andere organen op het terrein van
de sociale verzekeringen. Zo zouden zij samen onder één
hoedje spelen waardoor er te weinig gedaan werd aan het beperken van
het aantal wao-ers", aldus De Graaf.
Eind augustus wordt duidelijk of het eigen overlegorgaan
van de bij de gezondsheidzorg betrokken organisaties wordt opgericht.
"Het moet een soort Stichting van de Arbeid worden, maar dan voor
de gezondheidszorg", legt Regeer uit.
De Graaf maakt het niet uit wat de partijen
beslissen. "Het enige dat wij belangrijk vinden is dat wij
constructief kunnen blijven overleggen met de betrokken organisaties.
Hun advies is nodig om de gezondheidszorg goed te laten
functioneren."
FOTO: THEO TERWIEL
|