Ontwikkelingsgeld voor
miljard verspild
Van onze parlementaire redactie - DEN HAAG, vrijdag
De vijf miljard gulden die de Nederlandse ministers
van Ontwikkelingssamenwerking de afgelopen twintig jaar hebben uitgeven
aan projecten van de Wereldbank in de Derde Wereld blijken gedeeltelijk
weggegooid geld.
Uit een onderzoek van de inspectie van het ministerie
van Buitenlandse Zaken blijkt dat de doelmatigheid van deze
'co-financiering' ernstig tekort schiet.
Het gebrek aan effectiviteit, waardoor tussen 1975 en
1996 bijna een miljard van de vijf miljard gulden niet is gebruikt of
verspild, wordt zowel door het ministerie van Buitenlandse Zaken als
door de Wereldbank veroorzaakt.
Op het ministerie van Buitenlandse Zaken, waar ook de
minister van Ontwikkelingssamenwerking kantoor houdt, schort het
volgens de inspectie aan onvoldoende specialisten op het gebied van
ontwikkelingshulprojecten en economie.
Ook is de coördinatie van de projecten onvoldoende.
De Wereldbank, de voormalige werkgever van de huidige minister
Herfkens, faalt volgens het onderzoeksrapport in het geven van goede
informatie en het maken van betrouwbare schattingen.
De financiering via de Wereldbank van
ontwikkelingsprojecten is de laatste jaren een steeds belangrijker deel
gaan uitmaken van de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking. Ging er
tussen 1975 en 1984 nog 66 miljoen per jaar naar projecten van de
Wereldbank, in de jaren negentig werd dat 380 miljoen op een begroting
van circa 8 miljard gulden.
De inspectie beveelt minister Herfkens onder andere aan
om de coördinatie van de Wereldbank-projecten op haar departement
te verbeteren. Datzelfde geldt voor de afstemming met de Wereldbank.
Verder vindt de inspectie dat de rol van het
bedrijfsleven meer moet worden gericht op de bevordering van
investeringen in de ontwikkelingslanden in plaats van op bevordering
van de export.
|