FBO verkiest Unie boven VVCS
ZEIST, vrijdag
De clubs in het betaalde voetbal hebben de Federatie Betaald Voetbal
Organisaties (FBO) unaniem het mandaat gegeven met vakbond de Unie te
onderhandelen over een voetbal-CAO. De collectieve arbeidsovereenkomst
voor de profvoetballers moet van de clubs op 1 juli gereed zijn.
De Unie en de FBO verwachten dat er snel een akkoord op tafel ligt. De
CAO wordt ter mede-ondertekening aan de spelersvakbond VVCS voorgelegd.
Voorzitter Theo van Seggelen van de VVCS liet in het NOS-radioprogramma
Langs de Lijn weten in geen geval te ondertekenen.
De CAO moet de werking van de flexwet ondervangen. Door de wet, die
sinds 1 januari van kracht is, kunnen spelers na een dienstverband van
drie jaar met een maand opzegtermijn zonder afkoopsom vertrekken naar
een andere club. De Unie en de FBO willen de wet uitschakelen door in
de CAO clubs te verplichten alleen contracten van bepaalde tijd aan te
bieden.
De Unie en de FBO willen in de CAO ook ontslagbescherming voor de
spelers vastleggen. Verder is het plan afspraken over sociale wetgeving
vast te leggen. Clubs nemen verzekeringskosten over die voetballers in
ere- en eerste divisie nu zelf betalen. Spelers gaan er daarom netto op
vooruit.
De FBO onderhandelde de afgelopen maanden met de VVCS over een CAO,
maar zij kwamen niet tot een akkoord. De FBO richt zich nu tot De Unie,
waarbij ProProf is aangesloten. Proprof is onlangs opgericht door vier
voetbalmakelaarskantoren en bij deze organisatie zijn veel voetballers
aangesloten. Bij de VVCS, van oudsher dé vakbond voor spelers,
zijn volgens Van Seggelen duizend voetballers aangesloten.
|