Lokale lasten voor de burger fors hoger
Van onze correspondent - GRONINGEN, donderdag
Wie in de gemeente Oostburg in Zeeuws-Vlaanderen
woont, zit het goedkoopst wat betreft woonlasten. Oostburg staat
namelijk evenals vorig jaar op nummer één van de laagste
gemeentelijke woonlasten. Inwoners van het Utrechtse Abcoude
daarentegen moeten flink in de buidel tasten en staan op nummer
één in de top tien van de hoogste gemeentelijke
woonlasten.
Dit blijkt uit de jaarlijkse verschijnende Atlas van de
lokale lasten 1999 van het centrum voor Onderzoek van de Economie van
de Lagere Overheden (COELO) van de Rijksuniversiteit in Groningen.
De gemeentelijke woonlasten zijn onder meer de
onroerendzaakbelasting (OZB), rioolrecht en reinigingsheffing. Oostburg
rekent in totaal 689 gulden per jaar, voor Abcoudenaren is dit bedrag
bijna drie keer zo hoog en komt uit op 1840 gulden.
Volgens onderzoeker dr. M.A. Allers liggen de gemiddelde
woonlasten in de 538 Nederlandse gemeenten op bijna 1200 gulden.
"In bijna tachtig procent van de gevallen vallen de lasten tussen
de 1000 en 1400 gulden. Net als vorig jaar zijn er maar weinig
gemeenten waar huishoudens met een minimuminkomen gemeentelijke
belastingen hoeven te betalen", aldus Allers.
Over de hele linie stegen de lokale lasten voor de
burger flink. De meeste lokale heffingen stegen sneller dan de
geldontwaarding.
Het rioolrecht steeg met 10 procent gemiddeld het meest,
maar ook de gemiddelde stijging van de reinigingsheffing en de
onroerende zaakbelasting met respectievelijk zeven en zes procent was
groot. De waterschapsheffingen hielden als enige gelijke tred met de
inflatie.
'Pech gehad'
Opmerkelijke nieuwkomer in de top tien van hoogste
lasten van dit jaar is Deventer, dat op nummer twee staat. Door de
gemeentelijke herindeling kwam het voormalige Diepenveen in de gemeente
Deventer terecht. "De hoogte van de ozb wordt bepaald aan de hand
van de waarde van de woningen. Hoe goedkoper het huis, hoe hoger het
ozb-tarief. In het voormalige Diepenveen staan dure woningen die vorig
jaar dus een laag ozb-tarief kenden. Deze Diepenveense woningbezitters
zijn bij de herindeling bij Deventer beland dus dat betekent een en
hetzelfde tarief, namelijk dat van Deventer en dat is hoger dan in
Diepenveen. Zij hebben gewoon pech gehad", zegt de onderzoeker.
De gemeente Hoogeveen wist gisteren overigens niet wat
ze zag toen ze ontdekte dat hun gemeente op nummer tien staat van de
duurste woonlasten. "De indruk wordt gewekt dat het bij ons duur
wonen is en dat men 1565 gulden per jaar kwijt is. Dat is helemaal niet
zo, wij zitten net iets onder de 1200 gulden", zegt
gemeentewoordvoerder Marcel Hoogland. Volgens hem hebben de
onderzoekers alleen maar naar een dertigtal huizen gekeken die bij de
voormalige gemeente Zuidwolde behoorden en die nu onder de gemeente
Hoogeveen vallen. "Als ze heel Hoogeveen onder de loep hadden
genomen was er niets aan de hand geweest en waren de resultaten gewoon
rond het gemiddelde. We vinden het buitengewoon vervelend dat de
verkeerde indruk wordt gewekt", zegt Hoogland.
Als behalve de gemeentelijke lasten ook de
waterschapslasten worden meegenomen in het onderzoek dan woont men het
goedkoopst in Katwijk. Daar betaalt men 1101 gulden, waarvan bijna 800
gulden naar de gemeente gaat en zo'n 300 naar het waterschap. De op een
na goedkoopste plek in Nederland is het hoogstgelegen deel van de
gemeente Groesbeek (1124 gulden). De duurste is wederom Abcoude waarbij
het voor de waterschapsheffing zelfs nog uit maakt waar men precies
woont. In de duurste stuk liggen de totale lasten dan op 2326 gulden
per jaar.
De onderzoekers kwamen ook tot de conclusie dat bij de
reinigingsheffingen (afvalstoffenheffing en reinigingsrecht) het
principe de vervuiler betaalt in opkomst is. Het aandeel van gemeenten
waar men het zogeheten diftar-systeem hanteert, steeg van zes procent
vorig jaar naar tien procent dit jaar. Door de burger per kilo of zak
te laten betalen, moet het afvalaanbod worden beperkt.
|