Racing for Holland neemt
in Le Mans handschoen
op tegen fabrieksteam
door Coo Dijkman - ZANDVOORT, dinsdag
Het is nog even in het duister tasten met het sympathieke Le
Mans-projekt 'Racing for Holland' waaraan de Nederlandse topcoureurs
Jan Lammers, Peter Kox en Tom Coronel hun zegen hebben gegeven. De drie
generaties gaan op 12 en 13 juni aanstaande aan 's werelds beroemdste
lange-afstandsrace meedoen, maar of zij met hun Lola B98/10 met 3,5
liter Lotus-biturbomotor in de prijzen zullen vallen blijft net zo
onvoorspelbaar als de slijtageslag zelve.
"We kunnen voor donker al weer thuis zijn", zegt ex-Le
Mans-winnaar Lammers realistisch, terwijl Kox grilt bij de gedachte dat
hij al om acht uur 's avonds het bord P28 (28ste plaats) krijgt
voorgeschoteld "om dan nog twintig uur te moeten gaan."
Jan Lammers hoopt in de 24 Uren van Le Mans een woordje mee
te spreken met de Lola-Lotus. Onder grote belangstelling demonstreert
hij op het circuit van Zandvoort het potentieel van deze imposante
sportscar, waarmee ook Peter Kox en Tom Coronel zouden rijden.
Foto: Frits van Eldik
Bij de presentatie gisteren voor eigen publiek toonde Lammers die op
een reis naar Amerika op de gedachte kwam om een puur Nederlandse
equipe te formeren voor de 24 Uren van Le Mans, zich echter ook
gematigd optimistisch. "Het is natuurlijk een gevecht van David
tegen Goliath. Wij bereiden ons voor met een budget van 1,2 tot 1,5
miljoen gulden, maar moeten het opnemen tegen fabrieksteams die zo'n 40
miljoen gulden in deze Le Mans-race steken. Toch zie ik voor ons
mogelijkheden als we de finish weten te halen. Je moet dan niet gek
opkijken als we dan vooraan eindigen. Daarvan ben ik overtuigd",
bekende de senior van het trio, waarvan Coronel een debutant is op het
Circuit de la Sarthe.
Van de presentatie in Zandvoort werd het team niet veel wijzer, omdat
op het grote circuit nog volop werd geasfalteerd en het clubcircuit
gedeeltelijk met pilonnen was afgezet. De rondjes hadden dan ook meer
weg van een demonstratie voor de vele genodigden. De LMP (Le Mans
Prototypes) van de Duitse teambaas/rijder Franz Konrad heeft Lammers
daarentegen wel al in de Verenigde Staten kunnen testen. "We
hebben daar veel geleerd", zei Lammers over de twee races in
Daytona en Sebring waarin de sportscar door resp. te hoge
olietemperatuur en kapotte koppakking voortijdig moest uitvallen.
"Ten eerste is de competitie een stuk steviger dan was verwacht,
zowel kwalitatief als kwantitatief. Vooral BMW en Toyota zijn daar
indrukwekkend begonnen. Puur technisch zijn we een stuk wijzer
geworden. De koelingsproblemen hebben we onder de knie gekregen en qua
motorvermogen zijn we nu op hetzelfde niveau van concurrenten als BMW
en Toyota. Dik 600 pk. Alleen zijn die nog alleen op de testbank
aantoonbaar en niet op de baan. Dat heeft tijd nodig om dat uit te
vinden".
Omdat op 1 en 2 mei al de voorkwalificatie voor de Le Mans-race
plaatsheeft, dringt de tijd. Er borrelt zelfs al wat scepsis op bij
kritikasters die twijfelen aan de Lola-Lotus-combinatie. Lammers
pareert dat cynisme door te stellen: "Ik hou me maar vast aan
mensen die er meer verstand van hebben. Franz Thielert heeft de motor
onder zijn hoede en is geen kleine jongen. Heeft voor Porsche de
GT2-motoren gedaan en is op de achtergrond consultant van Audi. Ik heb
volledig vertrouwen in hem. Op basis van wat we in de korte tijd van
deze nieuwe wagen geleerd hebben, ben ik ook hoopvol. We zijn daarover
allemaal positief. Er is al veel progressie geboekt en we blijven
ontwikkelen."
Dat bevestigde Peter Kox die komend weekeinde zijn eerste race in het
Brits toerwagenkampioenschap rijdt en dat BTTC als prioriteit heeft.
"Ik had wat meer verwacht van deze wagen", zei hij na zijn
eerste test in het Spaanse Albacete, maar gisteren liet hij na de
verkenning op het Zandvoortse clubcircuit blijken: "Wat een
verschil al in motorvermogen. Ik denk dat er zo'n 40 procent progressie
is gemaakt. Dit gaat de goede kant op."
Ook de aanwezige Konrad liet weten dat de wagen zoals die gisteren werd
getoond, niet lang niet af is. De wagen was bijvoorbeeld ten opzichte
van de Amerikaanse races al van een andere luchthapper voorzien, maar
de ervaren Duitser gaat nu op zoek naar meer 'speed', noodzakelijk op
Le Mans met topsnelheden van 340 km/uur. Daartoe krijgt de Lola een
andere, langere achterkant, maar daarbij zal de betrouwbaarheid niet
uit het oog worden verloren. Konrad weet immers als geen ander dat om
als eerste te eindigen, je eerst zult moeten finishen.
Volgend week gaat Lammers cs. testen in Monza, nadien vermoedelijk ook
op Paul Ricard en misschien nog ergens in Spanje. En dan moet 'Racing
for Holland' met startnummer 26 gereed zijn voor de ultieme uitdaging
in de beroemde klassieker die zijn 67ste editie beleeft en waarvoor
niet minder dan 62 equipes zijn geaccepteerd voor de pre-kwalificatie.
Lammers kijkt er naar uit, want zegt hij over dit project: "Bij
ons staat altijd winnen voorop, maar nu heeft meedoen prioriteit. We
zijn ambitieus maar tegelijkertijd ook een beetje idealistisch bezig.
Drie Nederlandse coureurs in één team op Le Mans, dat is
toch hartstikke leuk. Wij zelf beleven er erg veel plezier aan."
|