Bod Philips op VLSI
loopt vertraging op
Van onze correspondent - NEW YORK, vrijdag
De Amerikaanse chipfabrikant VLSI Technology zal pas
op 23 maart reageren op het overnamebod van ruim 1,8 miljard gulden dat
Philips vorige week uitbracht. Het in San José, California
gevestigde bedrijf verklaarde gisteren dat de termijn van vier
werkdagen die Philips stelde te kort is voor een zorgvuldige afweging
van het bod. Het bod is overigens ook niet afgewezen.
Volgens bestuursvoorzitter Alfred Stein staat VLSI nog
wel volledig open voor het bod van Philips, ook al dreigt nu een
vijandige overname omdat VLSI niet binnen de gestelde termijn heeft
gereageerd. VLSI heeft de zakenbanken Morgan Stanley Dean Witter en
Hambrecht & Quist in de arm genomen voor een analyse van het bod.
VLSI schijnt ook nog niet van plan te zijn een beschermingsconstructie
op te geven.
De aandelenkoers van VLSI (2200 werknemers) steeg
gisteren op de effectenbeurs in New York tot boven het Philips-bod van
17 dollar per aandeel. Het bod lag vorige week nog zestig procent boven
de beurskoers van de chipmaker, die door Philips zou worden toegevoegd
aan de eigen halfgeleidersdivisie Philips Semiconductors.
Een woordvoerder van VLSI weigerde gisteren in te gaan
op geruchten dat er kapers op de kust zouden zijn die wellicht met een
hoger overnamebod willen komen. Zo zouden Intel en ST Micro-electronics
intussen interesse hebben getoond voor het inlijven van VLSI.
Philips overlegde gisteren met juridische adviseurs
over de situatie. "Een verhoging van het bod is ook onderwerp van
gesprek in New York", aldus een woordvoerder van het concern.
Volgens de Amerikaanse zakenkrant The Wall Street Journal gaat Philips
het hard spelen. Ook het aan de kant zetten van de directie zou tot de
nogelijkheden behoren. "Ook deze optie is onderwerp van
gesprek", aldus de woordvoerder. De VSLI-producten zijn in hoge
mate aanvullend op die van Philips zelf.
|