&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

vrijdag 12 februari 1999

Verkoop van Britse tak redt Otra in rampjaar Van een onzer redacteuren - AMSTERDAM, vrijdag Omvangrijke problemen bij de integratie van bedrijfsonderdelen hebben Otra (elektrotechnische installatiematerialen) in 1998 flink wat blikschade bezorgd. De technische groothandel kampte niet alleen met hogere kosten, ook keerden boze klanten het bedrijf de rug toe. Volgens topman W. Zetteler is het herstel inmiddels ingezet. De winst uit gewone bedrijfsuitoefening daalde het afgelopen jaar met 32% naar ƒ53,8 miljoen bij een licht hogere omzet van ƒ4,05 miljard (1997: ƒ4,04 miljard). De nettowinst steeg met ƒ10 miljoen naar ƒ80,6 miljoen dankzij buitengewone baten van ƒ26,8 miljoen. Dit betreft gelden die eerder als voorziening voor de Britse activiteiten opzij waren gezet het verliesgevende Otra UK werd in 1998 verkocht. De begin vorig jaar aangekondigde structuurwijziging had juist tot doel de sterke winstgroei in eerdere jaren te kunnen voortzetten. Door schaalvergroting zou de concurrentie beter het hoofd kunnen worden geboden. Daartoe werd de organisatie op de kop gezet: in plaats van nationaal opererende bedrijfsonderdelen, ging Otra klanten vanuit drie clusters bedienen: Cluster West (Benelux en Groot-Brittannië), Cluster Midden (Duitsland en Tsjechië), en Cluster Noord (Finland, Estland en Scandinavië). Daaronder werden werkmaatschappijen geplaatst, die zorg moesten dragen voor een efficiënte goederenstroom. Het organisatiemodel leidde evenwel tot grote problemen, vooral in Nederland. "Er waren klanten die maar eens buiten de deur gingen kijken", zo legde Zetteler gisteren bij de presentatie van de jaarcijfers uit. In juli moest een winstwaarschuwing worden afgegeven: de nettowinst voor 1998 zou "sterk lager" uitvallen. Een maand later kondigde Otra aan de Britse markt te verlaten, waar het bedrijf sinds 1991 actief was. De Britse activiteiten waren verliesgevend en Otra bleef steken op een marktaandeel van 2%, waar een aandeel van 10% werd nagestreefd. Door de verkoop kon de winstverwachting weer naar boven worden bijgesteld. Naast organisatorische tegenvallers had Otra last van de aarzelende ontwikkeling van de Duitse bouwsector. Maar daar is, net als in Nederland, het herstel in de tweede helft van 1998 ingezet, aldus Zetteler. De kwaliteit van de dienstverlening is eveneens "aanzienlijk verbeterd". Het integratieproces zal dit jaar worden afgerond. De topman waagde zich niet aan voorspellingen voor dit boekjaar, al vond hij wel dat Otra nu "steviger op de kaart staat dan ooit". De opmerking houdt verband met de rol van branchegenoot Sonepar. Deze Franse grootaandeelhouder breidde het belang in Otra uit van 57% naar 67%. Daarnaast is Zetteler toegetreden tot de directie van Sonepar, terwijl een Fransman de Otra-top is komen versterken. Om de overige aandeelhouders gerust te stellen, is er een comité van twee commissarissen gevormd, dat speciaal over de belangen van de niet-Sonepar-aandeelhouders moet waken. Zetteler ontkende gisteren dat de Franse onderneming het belang nog verder wil uitbreiden.

Auteursrechten voorbehouden 1996-1999, © Dagblad De Telegraaf, Amsterdam De Telegraaf-i wordt het best bekeken met Netscape Navigator, Netscape Communicator of Microsoft Internet Explorer.