Jeltsin blijft op
de been in Amman
Van onze correspondent - MOSKOU, dinsdag
Het Kremlin heeft gisteravond categorisch ontkend dat
president Boris Jeltsin tijdens de begrafenisplechtigheid van de
Jordaanse koning Hoessein in Amman medische hulp nodig zou hebben gehad.
"De president is voortdurend bezig geweest.
Daarbij had hij van niemand hulp nodig", aldus zijn minister van
Buitenlandse Zaken, Ivanov, die Jelstsin vergezelde op zijn reis. Maar
vrijwel direct na de plechtigheid keerde de van een maagzweer
herstellende Jeltsin weer terug naar Moskou om daar verder te
revalideren in een sanatorium.
Bleek en wankel stapte de Russische president in
gezelschap van zijn vrouw Naina gisterochtend in de Jordaanse hoofdstad
de vliegtuigtrap af.
Tot ieders verrassing had de 68-jarige president de
avond daarvoor besloten de staatsbegrafenis bij te wonen, daarbij het
advies van zijn artsen in de wind slaand.
In Amman maakte Jeltsin van de gelegenheid gebruik om
kortstondig te praten met de Amerikaanse president Clinton, de Franse
president Chirac, de Palestijnse leider Arafat en de Italiaanse
president Scalfaro.
Aanvankelijk zou Jeltsins premier, Jevgeni Primakov, de
begrafenisplechtigheid bijwonen. Primakov heeft de afgelopen maanden
zijn politieke macht in Rusland fors verstevigd en koestert volgens
sommige waarnemers geheime presidentiële ambities.
Jeltsin, traditioneel op zijn best wanneer hij door
iedereen al is afgeschreven, heeft het waarschijnlijk niet kunnen
verkroppen dat Primakov opnieuw op het wereldtoneel in de
belangstelling staat. Het bezoek gisteren was Jeltsins eerste
buitenlandse trip sinds hij afgelopen najaar tijdens een rondreis in
Centraal-Azië plotseling onwel werd en vervroegd naar huis moest.
|