Alom steun voor Abdallah
door Rob Knijff en Hans Kuitert - AMMAN, dinsdag
Als één man heeft de wereld gisteren,
tijdens een vier uur durende begrafenisplechtigheid, koning Hoessein
bin-Talal ten grave gedragen en zich tegelijkertijd eendrachtig
geschaard achter zijn opvolger, koning Abdallah.
Koning Abdallah nam daarop alle tijd staatshoofden en
regeringsleiders uit naam van zijn vader te bedanken voor de vaak
langdurige en uiterst warme relaties.
Daarmee kon het nieuwe Jordaanse staatshoofd meteen de
betrekkingen die zijn vader in 47 jaar tijd heeft opgebouwd,
persoonlijk voortzetten. De Jordaanse televisie zond al deze
ontmoetingen uitgebreid uit, iets dat de 4,3 miljoen treurende
Jordaniërs een hart onder de riem stak.

Amr, de favoriete witte Arabische hengst van wijlen
koning Hoessein wordt meegeleid in de begrafenisstoet, met de laarzen
van zijn meester achterstevoren in de stijgbeugels. Het paard zal nooit
meer worden bereden. FOTO: JOHANNES DALHUIJSEN
Velen in Jordanië waren bevreesd voor de toekomst,
toen hun koningzondag overleed. "Laat Allah ons helpen",
riepen ze, onzeker over de reacties van de wereld op hun nieuwe koning,
nog maar pas aangewezen als troonopvolger.
Een lint van knalrode legerjeeps bemand door Hoesseins
trouwe bedoeïenen-soldaten, uitgerust met de roodwit geblokte
Jordaanse hoofddoek, kwam soms moeizaam door de mensenmassa. Mannen met
zwarte rouwbanden in het haar namen afscheid van de man die hen vaak
als gelijke zag en hen aansprak met 'sidi', mijn meester.
Diep verdriet
Aangekomen bij het paleizencomplex waar de koning
later in de middag werd bijgezet, kon de menigte haar gevoelens vandiep
verdriet niet meer de baas en werd de stoet bestormd door vele
honderden onderdanen die de baar wilden kussen of aanraken.
Koningin Beatrix was een van de weinige vrouwen die
koning Hoessein begeleidde op weg naar zijn laatste rustplaats. Naar
Arabische traditie vervullen alleen mannen de begrafenisrituelen, maar
voor de Nederlandse vorstin werd een uitzondering gemaakt. Een eer die
slechts een beperkt aantal genodigde vrouwen, onder wie ook koningin
Sylvia van Zweden, ten deel viel.

Koningin Noor, de weduwe van koning Hoessein, legt
troostend de arm om de schouders van haar schoonzuster, Asmira Basma.
Bij de koninklijke woning, het paleis Bab el-Salaam, vanwaar
gisterochtend de begrafenisstoet vertrok, speelden zich emotionele
taferelen af. "Ga in vrede, onze geliefde, ga in vrede",
jammerden toegestroomde vrouwen. FOTO: REUTERS
Zelfs Hoesseins vierde vrouw koningin Noor, zijn
lievelingszuster Basma en zes dochters uit drie van zijn vier
huwelijken, konden door deze Arabische traditie geen afscheid nemen van
hun man, broer en vader. Dat was voorbehouden aan de mannelijke telgen
van de familie, aangevoerd door de nieuw beëdigde vorst Abdallah
II.
Met lege laarzen achterstevoren in de stijgbeugels liep
'Amr', Hoesseins lievelingsvolbloed te midden van de stoet de
grafheuvel op. Volgens de wens van de koning zal de hengst nooit meer
bereden worden.
Aangekomen bij het graf tilden zijn zoons de dode koning
in zijn witte lijkwade uit de kist en vleiden hem in zijn geliefde
Jordaanse aarde. In de tuin van het Raghadan-paleis vuurden soldaten de
laatste saluutschoten af door het over het graf gespannen zeildoek.
Precies op het moment dat het middaggebed uit alle
moskeeën van Amman schalde, smeekten de broers, zonen en
kleinzonen van Hoessein elf keer een traditionele bede af. Zij vroegen
God de overleden koning genade te schenken en hem met de Koran in zijn
rechterhand op te nemen in het hemelse paradijs.
|