Vluchten
uit roerig
Oost-Timor
Van onze correspondent - SINGAPORE, vrijdag
De Indonesische regering heeft gisteren verklaard dat
Oost-Timor een eigen politiek systeem mag ontwikkelen, inclusief een
eigen parlement, verkiezingen en een eigen vlag, wanneer de voormalige
Portugese kolonie het aanbod van een speciale autonome status binnen de
republiek aanvaardt.
De minister van Buitenlandse Zaken, Ali Alatas, gaf
daarmee voor het eerst details prijs van het pakket waar Jakarta de
voorkeur aan geeft boven volledige onafhankelijkheid. Maar, zo
verklaarde Indonesië vorige week tot verrassing van de gehele
wereld, het is bereid Oost-Timor volstrekt vrij te laten (lees:
onafhankelijkheid te verlenen) wanneer het een speciale status van de
hand wijst.

Een Indonesische vrouw helpt haar kind aan boord van
een schip om te vertrekken uit Dili, de hoofdstad van Oost-Timor. Door
toenemende spanning tussen voor- en tegenstanders van onafhankelijkheid
vrezen veel Oost-Timorezen voor hun veiligheid. FOTO: REUTERS
In Idi Cut, in het Noord-Sumatraanse Atjeh, opende de
politie gisteren het vuur op mensen, die stonden te luisteren naar een
spreker van de onafhankelijkheidsbeweging 'Vrij Atjeh'. Volgens de
'Legal Aid Foundation', een groepering die zich voor respectering van
de mensenrechten inzet, vielen daarbij minstens 13 doden. De politie
spreekt van slechts twee dodelijke slachtoffers.
In Atjeh werden begin januari ook al elf mensen gedood
toen soldaten een mensenmenigte in Lhokseumawe beschoten die
regeringsgebouwen en een politiebureau in brand staken.
De ontdekking van een zakkenroller uit Noord-Sumatra in
een busstation in Oost-Jakarta leidde gisteren tot een massale
vechtpartij waarbij verschillende etnische groeperingen elkaar te lijf
gingen en tal van huizen en auto's in de omgeving in brand werden
gestoken. Een man werd in de gevechten gedood, meerdere mensen raakten
zwaar gewond.
Elders in Jakarta werd de oudste dochter van de
voormalige president Soeharto verhoord wegens vermeende corruptie. Siti
Hardiyanti Rukmana, bijgenaamd 'Tutut', werd door openbare aanklagers
ondervraagd over haar rol als hoofd van een liefdadigheidsinstelling.
Na het zes uur durende verhoor verklaarde Rukmana niets van corruptie
te weten. "De organisatie gebruikte haar geld alleen voor de hulp
aan slachtoffers van natuurrampen", aldus Rukmana.
|