Illegalen krijgen schuld
van moorden in Milaan
door Maarten van Aalderen - MILAAN, donderdag
De sigarenwinkel aan de Via Derna in Milaan is wegens
rouw gesloten. Enkele mensen staan plechtig voor de ijzeren afsluiting
en leggen bloemen neer. De 34-jarige eigenaar, Ottavio Capalbo, is
sinds enkele dagen niet meer. Bandieten schoten hem dood.
Capalbo is de negende die dit jaar in Milaan is
vermoord; het negende slachtoffer op de eerste negen dagen van het
jaar. Als er één stad dit jaar slecht is begonnen, is het
wel Milaan. En de dood van Capalbo is de beruchte druppel die de emmer
doet overlopen.
 De
begrafenis van Ottavio Capalbo, het negende slachtoffer in negen dagen
tijds van een serie moorden in Milaan, werd door tallozen bijgewoond. FOTO: REUTERS
Het geweld in Milaan is anders dan in Zuid-Italiaanse
steden, zoals Palermo, Reggio Calabria en Napels. Daar heerst al
decennia lang geweld van de plaatselijke maffia. De bevolking heeft er
mee leren leven. Daar is de 'omertà', zwijgen tegenover de
politie wat je weet en ziet om je eigen leven te redden.
Immigranten
Maar het geweld in Milaan is
nieuw. Het verband met de golf van Albanezen, Joegoslaven en Marokkanen
is door de Milanezen al gauw gelegd. Eerst de maffia uit
Zuid-Italië, nu de massale en steeds grotere aanwezigheid van de
clandestiene immigranten.
Milaan kent echter geen omertà. De mensen
accepteren het niet meer. De spanning is om te snijden.
Buurtcomité's houden fakkeloptochten, winkeliers sluiten hun
zaken voor een tijd uit protest, massademonstraties zijn aangekondigd
en de politie kan zich beter niet laten zien.
De linkse premier Massimo D'Alema en de minister van
Binnenlandse Zaken, Rosa Ruuso Jervolino, besluiten toch uit Rome te
komen voor een noodvergadering met de prefectuur. Ze worden opgewacht
door ruim honderd fanatieke 'leghisti', aanhangers van de
Noord-Italiaanse partij Lega Nord. De Lega Nord wil onafhankelijkheid
van Noord-Italië, de Napolitaanse minister Jervolino moet volgens
de demonstranten terug naar huis.
"Albanezen"
Over de negen moorden dit
jaar, van wie de meeste nog niet zijn opgelost, hebben de 'leghisti'
geen twijfel. "Het zijn de Albanezen", tettert een vrouw in
mijn oor. Spandoeken spreken duidelijke taal: "Milaan voor de
Milanezen, weg met de Albanezen".
Een voorbijganger, die zegt dat het geen zin heeft om
alleen de Albanezen te beschuldigen, wordt uitgejouwd. De Lega
Nord-krant La Padania wordt in mijn handen geduwd. "Clandestiene
immigranten, dat is het probleem" staat er met grote letters op de
voorpagina.
Aan de overkant van de straat staat een man met een
intens triest gezicht. Hij heeft een groot karton voor zich met twee
foto's van een vriendelijk lachende jongeman. "Wie heeft Maurizio
vermoord?" staat er boven. Het blijkt zijn werkgever te zijn
geweest in Verona. "De politiek interesseert me niet. Ik wil
alleen maar gerechtigheid. De moordenaars van Maurizio zijn nooit
gevonden. Dat kan niet", zegt de man.
Meer macht
Even later legt D'Alema in de
prefectuur uit wat de nieuwe plannen van de regering zijn om de sterk
gestegen criminaliteit in Milaan de kop in te drukken. Een mobiele
verbinding tussen de verschillende politiekorpsen, meer dan 600 extra
politieagenten in Milaan, meer mogelijkheden om illegale immigranten
uit te wijzen, meer macht voor de burgemeesters om zelf orde op zaken
te stellen.
De rechtse burgemeester van Milaan, Gabriele Albertini,
zit er om te springen. Hij wil een keihard 'zero tolerance' beleid
zoals in New York, maar dat kan hij volgens D'Alema vergeten. Als
D'Alema later vertrekt, wordt zijn auto door de Lega Nord-demonstranten
met eieren bekogeld.
Maar de grootste schuld krijgen de 'extra-comunitari',
de buitenlanders die geen deel uitmaken van de Europese Unie: met name
Albanezen, Joegoslaven en Noord-Afrikanen. Burgemeester Albertini
spreekt over een noodtoestand met meer dan 300 nieuwe clandestiene
immigranten per dag.
De winkeliers in Via Buenos Aires, de grootste
winkelstraat in het centrum van Milaan, leggen allemaal een verband
tussen criminaliteit en clandestiene immigratie. "Er zijn er te
veel. Milaan was vroeger rijk en rustig. Alles is veranderd. Het stikt
hier van de buitenlanders", zegt een tabakshandelaar.
Burgerfront
Het gemeenteraadslid Giovanni
de Nicola organiseert later op de avond een bijeenkomst van 'Fronte dei
Cittadini', een burgerfront dat alle Milanese buurtcomité's
overkoepelt en samenbrengt. De taxichauffeur geeft onderweg nog even
zijn mening weer: "Natuurlijk hebben de moorden met de
'extra-comunitari' te maken. Vroeger was alles rustig." In de zaal
komen de buurtcomité's uit verschillende Milanese wijken samen.
"Ons burgerfront bestaat in totaal uit 35
buurtcomité's. We streven allemaal naar een zekere en veiliger
stad. Milaan moet weer leefbaar worden. Eerst noemden velen ons
racisten, maar nu begint eindelijk iedereen te begrijpen dat er een
noodtoestand", zegt De Nicola.
"We moeten terug naar normen en waarden. tussen
mensen die zich in gevaar voelen, groeit solidariteit. De politiek moet
snel ingrijpen, anders gaan we zelf maatregelen nemen. Velen willen
zich gaan bewapenen en de roep om patrouilles wordt steeds groter."
|