Drie disco-schutters
minimaal voor
doodslag vervolgd
door Fred Soeteman - GORINCHEM, dinsdag
De man die in Gorinchem de fatale kogels heeft
afgevuurd, zal naar verwachting zeker minimaal van doodslag en
(meervoudige) poging tot doodslag worden beschuldigd, voor zover uit
het onderzoek niet ook nog blijkt van voorbedachte raad om te doden.
Dan wordt het: moord en pogingen daartoe.
In de doodslag-variant kan de maximumstraf van vijftien
jaar dan met eenderde worden verhoogd: twintig jaar. Als moord bewezen
wordt geacht wordt levenslang mogelijk.
Die strafmaxima worden in ons land slechts hoogst
zelden bereikt. De ernst van het feit, de mate van geschoktheid van de
rechtsorde en soms ook het gevaar voor herhaling zijn bepalend. Vaak
worden zij gematigd in het licht van slechts gedeeltelijke
toerekenbaarheid of van andere persoonlijke omstandigheden of
eigenschappen van de dader, zoals diens leeftijd, of het feit dat hij
pas voor de eerste keer voor een feit als dit wordt veroordeeld.
Opzet
Ook al zijn nog lang niet alle gegevens over de
toedracht van de Gorkumer tragedie voorhanden, anders dan bijvoorbeeld
in de zaak-Meindert Tjoelker, ziet het ernaar uit dat het bewijs van
opzet om (willens en wetens) te doden hier nauwelijks op moeilijkheden
behoeft te stuiten.
Ook al zou de schutter aannemelijk weten te maken dat
hij niet de bedoeling heeft gehad dood en verderf te zaaien maar
slechts schrik en ontsteltenis, dan nog kan (voorwaardelijk) opzet
worden aangenomen: iedereen weet, kan en moet weten, dat ook in het
wilde weg afgevuurde kogels mensen dodelijk kunnen treffen. Wie zich zo
gedraagt neemt dat risico dus op de koop toe. Hij is zich bewust van de
kwade kans, wellicht zelfs van de waarschijnlijkheid van het dodelijke
gevolg zeker als 't om de hal van een eivolle (200 personen)
horecagelegenheid gaat.
Dronkenschap kan nooit gelden als excuus, of als
argument dat van opzettelijk handelen geen sprake kan zijn geweest. Wie
dronken is heeft dat aan zichzelf te wijten: de eerste slok nam hij nog
nuchter. En ook het risico van beneveling heeft hij (doorgaans)
vrijwillig, willens en wetens aanvaard.
Moordvariant
Uit de verhoren zal moeten blijken of de moordvariant
ten laste kan worden gelegd. Men zegt wel dat, als niet slechts sprake
is geweest van een pure opwelling, maar als de dader even gelegenheid
heeft gehad zijn daad te overwegen (al was 't maar een paar
ogenblikken), of als hij zich rekenschap heeft gegeven van de gevolgen,
de bewezen verklaring van voorbedachte raad al heel dichtbij komt.
De vervolging wegens doodslag of moord behoeft zich
in gevallen als in Gorinchem niet altijd te beperken tot de
daadwerkelijke schutter. De beide medeverdachten kunnen eventueel op
precies dezelfde wijze worden bestraft, wegens 'medeplegen'. Daaronder
wordt verstaan: volledige en nauwe samenwerking, waarbij het in feite
niet van belang is wie (toevallig?) de trekker heeft overgehaald.
|