&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT=""> [Nederland]
[Buitenland]
[Telesport]
[Financiën]
[Nederland]
 

 


vrijdag
8 januari 1999

 


[ABN AMRO en Ajax]

Postma is zoals hij is

door Luuk Blijboom - HEERENVEEN, vrijdag

Of-ie er niet verstandiger aan doet een comfortabele stoel te pakken, vraagt Henk Gemser in het voorbijgaan bezorgd aan Ids Postma, die al een uur op een barkruk aan de toog van de hotelbar zit. De Europese titelstrijd staat er aan te komen en dan kun je maar beter je ontspanning zoeken, probeert de bondscoach voorzichtig. Een kort schouderophalen is evenwel het antwoord en weg is Gemser. De wereldkampioen allroundschaatsen vindt het wel prima zo. Laat hem maar lekker gaan. Typisch Friese nuchterheid? "Nee hoor, daar kun je je niet altijd achter blijven verschuilen. Ik ben gewoon zoals ik ben."

'Een titel winnen in Nagano en dan kan ik mooi stoppen, pa. Neem ik de boerderij over, ga jij op vakantie.'

Ja, hij weet het nog precies. 1995 was het en de wereld lag aan zijn voeten. 'Heit' vond het wel een goed idee, maar ruim drie jaar later is Postma (25) zelfs nog niet klaar met zijn studie aan de Agrarische Hogeschool. "Zeven jaar ben ik inmiddels bezig, ik moet nog drie modules halen. Vier maandjes heb ik nog nodig, ik denk dat ik me daar na het seizoen eindelijk maar eens op ga storten. Al vind ik er niet zo veel meer aan."

Niets veranderlijker dan de mens, ook al komt die uit Friesland.

Aan de vooravond van het EK is Ids Postma scherp als een mes. "Ik sta er zelf ook van te kijken hoe enorm gemotiveerd ik ben."

"Tja, dat schaatsen hè? 't Blijft leuk." Verbaast hem eigenlijk ook wel een beetje. Hij verontschuldigt zich bijkans als zijn gemoedstoestand ter sprake komt. "Ik sta er zelf ook van te kijken hoe enorm gemotiveerd ik dit seizoen ben. Geen idee hoe dat komt. Gianni Romme en Marianne Timmer hebben het er vaak over gehad hoe moeilijk het voor hen is zich op te laden. Geen enkele last van."

Hij weet het.

"Dat is het risico dat je neemt wanneer je je in een nieuw avontuur stort. Ik heb een tijdje serieus overwogen de overstap naar Sanex te maken toen ik daarvoor aan het einde van het vorig seizoen gepolst werd. Leek me wel een leuk idee, maar het was niet het juiste moment om aan iets nieuws te beginnen. Het vorig seizoen was enorm zwaar, zowel lichamelijk als geestelijk. Na zo'n inspannend jaar leek het me verstandiger relaxed aan een nieuw hoofdstuk te beginnen."

"Ik weet nog goed hoe het ging toen Henk Gemser in 1995 het roer overnam bij de kernploeg. Die overgang verliep voor mij aanvankelijk niet echt gunstig. We moesten aan elkaar wennen, je kent het wel. Het vooruitzicht om bij een andere ploeg in eenzelfde situatie te belanden stond me tegen. Nieuw team, nieuwe trainer, nieuwe structuur, dat kost enorm veel energie. Ik had er geen zin in om weer dat proces door te maken. Op zich ben ik best wel avontuurlijk, hoor, daar niet van. Maar het gaat op dit niveau natuurlijk wel om winnen. Met mijn staat van dienst kan ik het me niet veroorloven risico's te nemen. De situatie binnen de kernploeg is goed zo, lekker vertrouwd. Het concept is bekend en de verdiensten zijn toegenomen. En als alles in orde is, wat is dan het nut om iets anders te zoeken?"

Veel tijd namen de onderhandelingen met de schaatsbond niet in beslag. "Een kwartiertje, meer zal het niet geweest zijn. Toen waren we er wat de financiële kant van de zaak betreft uit." Zich keihard opstellen was er niet bij. "Ik hoefde niet het onderste uit de kan te halen. Al heb ik dat, denk ik zo, wel gekregen."

Met belangstelling, maar vanaf gepaste afstand, volgde hij de schermutselingen tussen de schaatsbond en de VPST, de belangenbehartiger van de commerciële schaatsploegen. Woensdag, toen Rintje Ritsma, Gianni Romme en Martin Hersman de KNSB in niet mis te verstane bewoordingen hekelde, hield hij zich tot ongenoegen van de dissidente trojka nadrukkelijk op de achtergrond.

"Hoewel ik niet tot in de details weet wat de grieven zijn, kan ik wel begrijpen dat de jongens uit de commerciële ploegen voor zichzelf opkomen. Het moet alleen niet overdreven worden. De VPST heeft een ontwikkeling op gang gebracht die ik toejuich. Als het moet, zal ik te zijner tijd zelf ook mijn steentje bijdragen aan de hele discussie die is ontstaan. Het draait namelijk niet alleen om de individuele belangen, om méér, méér, méér. De sponsorbelangen zijn in het geding. Om eerlijk te zijn: ik vraag me af of de KNSB, waar het de kwestie van het starten in het nationale tenue betreft, tja, hoe zal ik het zeggen, niet meer openheid aan de dag had moeten leggen. De commerciële ploegen waren er al, de KNSB wist dat een dergelijke situatie er aan zat te komen. Het was beter geweest van tevoren tot een oplossing te komen, in plaats van rollebollend over straat te gaan."

Het zijn de winters van '85 en '86 die tot de huidige ontwikkelingen in het schaatsen hebben geleid, meent de olympisch kampioen op de kilometer. "Dat de top in Nederland momenteel zo breed is, is de erfenis van Evert van Benthem. Dit is de generatie die naar aanleiding van die twee Elfstedentochten is gaan schaatsen. Als het toen niet zo koud was geweest, hadden we in Nagano nooit zoveel medailles gehaald en zag het schaatsen er waarschijnlijk nog steeds hetzelfde uit als vijf jaar geleden."

De ontwikkeling die de sport momenteel doormaakt heeft in de optiek van Postma evenwel ook een schaduwzijde. "De kernploeg, Unit4, Sanex, SpaarSelect, het is te veel van het goede. Er zijn veel te veel ploegen voor het absolute prestatieniveau in Nederland. Er is plaats voor twee teams. Hooguit. Het is beter om minimaal twee toppers in je ploeg te hebben, zodat die jongens elkaars niveau opkrikken. Wat je nu ziet is dat de kwaliteit ten koste gaat van de kwantiteit."

"Ik juich de komst van nieuwe coaches toe, begrijp me niet verkeerd. Maar buiten de gevestigde orde, mannen als Ab Krook, Leen Pfrommer, Egbert van 't Oever, Henk Gemser, lopen er maar weinig toptrainers in Nederland rond. Misschien zijn ze er in potentie wel, maar ontbreekt het hen gewoonweg aan ervaring om aan de top mee te draaien. En hoeveel routine je als topschaatser ook mag hebben, niemand kan zonder een trainer."

Veel contact met de nieuwkomers heeft hij niet. Hoi, hoe gaat het er mee, daar blijft het meestal bij. Ja, Geert Kuiper, die spreekt hij nog wel eens. "Maar ja, da's ook een veehouder, hè?"

En dat laatste blijft Ids Postma in de eerste plaats. "Ik verdien als schaatser vele malen meer dan wanneer ik op de boerderij zou werken. Maar wanneer ik morgen zou moeten kiezen is de keuze snel gemaakt. Dan kies ik voor mijn toekomst als boer." Ook in het maatschap, dat hij samen met zijn ouders heeft, doet de Deersumer goede zaken. "We hebben dit jaar voor 76 koeien 650.000 melkquota. Zo'n quotum kost vier gulden, daarvoor mag je één liter melk produceren. Om de boerderij bezitten we vijftig hectare grond. In de buurt is onlangs 70.000 gulden voor één hectare betaald, dus reken maar uit wat het complete bedrijf waard is. We draaien moeiteloos een omzet van vijf ton. Als we de hele handel zouden verkopen krijg ik, geloof ik, iets van dertig procent van het totaal. Ik weet niet precies hoe die verhoudingen liggen, ik zit niet elke dag met mijn neus in de boekhouding. Maar ja, wat moet je met dat geld? Het is leuker om te dromen over wat je met een paar miljoen kunt doen, dan het daadwerkelijk in je hand te hebben. Ik wil niet rijk zijn. Ik wil boer zijn."






[Voorpagina]

[Nederland]

[Buitenland]

[Telesport]

[De Financiële Telegraaf]

[Xtra]




Auteursrechten voorbehouden 1996-1999, © Dagblad De Telegraaf, Amsterdam
De Telegraaf-i wordt het best bekeken met Netscape Navigator, Netscape Communicator of Microsoft Internet Explorer.