Onderzoekers: adviezen
aandelen weinig zinvol
Van een onzer verslaggevers - AMSTERDAM, vrijdag
De adviezen van banken en commissionairs voor het
kopen (of verkopen) van aandelen, zijn over het algemeen weinig zinvol.
Sterker nog, de meeste aandelen adviezen vallen in een periode waarin
de koersen over het algemeen dalen, verkeerd uit.
Tot die conclusies komen een aantal economisch
onderzoekers. In het nummer van Economisch Statistische Berichten (ESB)
dat vandaag verschijnt, doen zij verslag van hun onderzoeken naar de
waarde van adviezen. De onderzoekers zijn niet alleen cynisch over de
adviezen, ook de beleggingsfondsen van de banken komen slecht uit de
testen.
In één van de onderzoeken zijn vier
financiële instellingen naast elkaar gelegd: Bank Bangert Pontier
(tegenwoordig onderdeel van Friesland Bank), IRIS (onderdeel van de
Rabo / Robeco), Fortis Investments en ING Bank. Volgens de onderzoekers
bakken de vier er niets van als zij het algemene beursklimaat moeten
voorspellen.
Alleen Fortis krijgt een pluim. "De
onderzoeksafdeling daar lijkt als enige te beschikken over het vermogen
het beursklimaat goed te voorspellen." De onderzoekers geven aan
dat directe adviezen over de aankoop of verkoop van aandelen,
belangrijker zijn dan inzicht in het algemeen beursklimaat. Tegelijk
echter wijzen zij erop dat in de periode die het onderzoek betrof (drie
jaar) de drie betrokken partijen fout zaten. "Dat is opmerkelijk;
wie het beursklimaat systematisch fout voorspelt gebruikt informatie
systematisch verkeerd", sneren de onderzoekers.
De econoom dr. Carel Petersen trekt in een tweede
onderzoek waarover ESB publiceert, nog harder van leer. "Achter de
waarde van op analistenrapporten gebaseerde beleggingsadviezen van
banken en commissionairshuizen kan in meerderheid een groot vraagteken
worden gesteld", schrijft Petersen.
De onderzoeker heeft zich vooral gericht op de afgelopen
maanden toen de beurzen wereldwijd flink inzakten. Bijna geen analist
had dit voorzien, stelt Petersen. Over het algemeen waren de analisten
zeer optimistisch, ook toen de beurs op een absoluut hoogtepunt stond
tijdens de zomer. Toen de AEX-index op 1300 stond (een record)
adviseerde 47% van de analisten aandelen te kopen; 44% adviseerde
houden en slechts 9% adviseerde verkopen.
Toen de AEX-index drie maanden lager was ingestort naar
ongeveer 830 punten, waren de adviezen over het algemeen bijna
hetzelfde: 44% adviseerde kopen, 45% adviseerde houden en 11%
adviseerde verkopen. Cynisch noemt Petersen het voorbeeld ABN Amro. Het
aandeel was naar een recordkoers van 52 opgelopen, maar analisten
kwamen achter elkaar met koopadviezen. Als koersdoel werd 65
genoemd, te behalen binnen enkele maanden. De realiteit was 28
binnen enkele maanden.
De adviezen waren zó slecht dat de belegger die
precies omgekeerd werkte, het beste resultaat behaalde. Tijdens de
julimaand (de topmaand van de beurs) werden ING, Oce en Hagemeyer het
meest aangeraden om te kopen. Al deze drie scoorden in de maanden
daarna veel slechter dan de AEX-index. Omgekeerd geldt bijna hetzelfde.
De meest geadviseerde fondsen om te verkopen waren Polygram, Hoogovens
en Koninklijke Olie. Twee hiervan (Polygram en Kon.Olie) zakten minder
dan het beursgemiddelde.
Zeker in een dalende markt scoren de adviezen slecht,
stelt Petersen. De analisten doet hij dan ook af als "mooi
weer-zeilers". Het gekke is dat onafhankelijk van het beursklimaat
90% van de adviezen kopen of houden is en slechts 10% verkopen.
Petersen: "Het lijkt er veel op dat (ook) analisten te lang en
tevens te massaal aan een eenmaal gevormde mening vasthouden."
|