BASRA - Dagenlang hielden de Britten de naam van hun kandidaat voor het tijdelijk bestuur voor de Zuid-Iraakse stad Basra angstvallig verborgen. Sjeik Muzahim Mustafa Kanan Tameemi, een voormalige brigade-generaal in het leger van Saddam Hussein, trad vrijdag eindelijk in de openbaarheid. Kort na zijn presentatie werd hij al geconfronteerd met opstootjes bij zijn huis.
Eerder deze week zei de Britse militaire woordvoerder Vernon dat de Britten een sjeik op het oog hadden voor het vormen van een tijdelijk bestuur in Basra, de tweede stad van Irak. Vernon stelde dat de sjeik voldoende anti-Saddam was om voor de post van voorlopig bestuurder in aanmerking te komen. Verder zei Vernon dat de sjeik de vrije hand zou krijgen bij het opzetten van een voorlopig bestuur.
Sjeik Muzahim Mustafa Kanan Tameemi presenteerde zich vrijdag in Basra aan zijn landgenoten. De Amerikaanse krant The Washington Post berichtte dat Tameemi dertig lokale leiders in de buitenwijk Zubair in Basra bijeen had geroepen om over een voorlopig bestuur in de stad te praten.
Volgens de krant is de 50-jarige Tameemi een indrukkende gestalte met een keurig getrimde baard. De sjeik gaf vrijdag toe dat hij generaal in het Iraakse leger is geweest en zelfs ooit lid was van de Baath partij van Saddam Hussein. Hij is een sjiiet, maar volgens The Washington Post ook leider van een stam waarin veel soennieten zijn vertegenwoordigd.
Op de bijeenkomst in de buitenwijk Zubair, waar Tameemi woont, probeerde de sjeik zijn gehoor duidelijk te maken dat hij al jaren geleden afstand heeft genomen van het regime van Saddam en dat hij naaste familieleden door toedoen van het onderdrukkingsapparaat van de Iraakse leider heeft verloren.
Een groep sjiitische moslims met contacten met het bewind in Iran liet zich echter niet overtuigen. Ze trokken op naar de woning van Tameemi en bekogelden die met stenen.
Het opstootje liep af met een sisser, maar inwoners van de stad zeiden tegen The New York Times dat nieuwe protesten tegen de benoeming van Tameemi tot voorlopig bestuurder in het verschiet liggen. Chatheer al-Batat, leider van de Batat stam, stapte naar de Britse militaire leiding in Basra om te vertellen dat de inwoners van de stad ervan overtuigd zijn dat de sjeiks in Basra financieel werden gesteund door Saddam. Al-Batat waarschuwde de Britten dat Tameemi daarom geen geschikte kandidaat is voor het opzetten van een interim-bestuur.
Verder liet hij weten dat de Britten veel te snel een kandidaat-bestuurder hebben aangewezen. "We willen dat de Britten voor orde in Basra zorgen", aldus Al-Batat tegen The New York Times. "Als dat is gebeurd komen onze leiders vanzelf bovendrijven."