NEW YORK - Iraakse bannelingen in de Verenigde Staten zijn boos op het ministerie van Defensie. Met honderden tegelijk gaven ze zich op om de US Army bij te staan in de strijd tegen Saddam Hussein. Maar slechts een beperkt deel kreeg uiteindelijk een training en nog geen zestig personen zijn momenteel in Irak. Een kardinale fout, zeggen de Irakese achterblijvers.
Op de website van de Amerikaanse zender MSNBC doen Duane Clarridge en Wayne Downing hun beklag over de gang van zaken. De voormalige CIA-agent en de oud-legercommandant stelden voor de Amerikaanse regering een plan op om Iraakse bannelingen te betrekken bij een militaire interventie in Irak. De Irakezen zouden niet zozeer als strijder moeten aanrukken, maar bijvoorbeeld als tolk of als intermediair tussen de Iraakse bevolking en de binnengevallen buitenlandse troepen.
Volgens Clarridge heeft het Pentagon de verkeerde keuze gemaakt. "Onverantwoordelijk", vindt hij zelfs, omdat de huidige, soms vijandige opstelling van de Irakezen tegen de "bevrijders" nu onvoldoende wordt gepareerd met een charme-offensief. Irakezen in dienst van de Amerikaanse krijgsmacht, mensen die de taal spreken en het land kennen, hadden op dit vlak goed werk kunnen doen en leed kunnen voorkomen.
Het plan van Clarridge en Downing werd uiteindelijk afgeschoten, waarschijnlijk omdat de militaire top het te gevaarlijk vond om te veel ongetrainde Irakezen op sleeptouw te nemen. Volgens Clarridge was echter al in 1998 duidelijk dat er zeker zo'n 5000 Irakezen in de VS bereid waren mee te werken aan plannen om Saddam Hussein te wippen. Toen al had het Pentagon een besluit kunnen nemen te groep op te leiden. Ook nu was het nog mogelijk geweest meer Irakezen mee te nemen, aldus Clarridge.