Speciale eenheden van zowel het Amerikaanse als het Britse leger trokken het zuiden van Irak in, volgens het Pentagon om voorbereidingen te treffen voor aanvallen. De troepen werden beschoten door het Iraakse leger, maar die beschietingen werden met kracht beantwoord.
Ook elders in Irak waren Amerikaanse en Britse commando's actief. Amerikaanse gevechtsvliegtuigen voerden aanvallen uit op Iraakse luchtafweer in het noorden en zuiden om de geplande luchtaanvallen te vergemakkelijken. In de noordelijke stad Mosul werden vrijdagochtend vroeg explosies gehoord en luchtafweer. Vanaf het Amerikaanse vliegdekschip USS Theodore Roosevelt, dat in de Middellandse Zee ligt, zijn F-14 en F-18 vliegtuigen opgestegen met raketten en bommen aan boord.
|
'Stealth' (Foto: ANP)
|
De oorlog was donderdagochtend vroeg begonnen. Met een gericht bombardement met een veertigtal kruisraketten en geleide bommen van Amerikaanse 'stealth'-bommenwerpers probeerden de Amerikanen Saddam Hussein en andere kopstukken van het Iraakse leiderschap uit te schakelen. Tot het bombardement werd volgens minister van defensie Donald Rumsfeld besloten op grond van "zeer goede informatie" over de plek waar Saddam zich zou ophouden.
Bij de aanval vielen volgens het internationale Rode Kruis één dode en veertien gewonden. Saddam werd klaarblijkelijk niet uitgeschakeld. De Iraakse televisie zond enkele uren na de aanval beelden uit waarin Saddam de "schandelijke misdaad" veroordeelde en het volk opriep "het zwaard op te nemen" tegen de Amerikanen. Volgens de televisie had Saddam de rest van de dag met zijn adviseurs beraadslaagd over "militaire en andere maatregelen tegen de agressie".
Volgens het Iraakse leger zijn donderdag vier Iraakse soldaten gedood en raakten er zes gewond.
De Amerikaanse minister van defensie Rumsfeld zei dat "de dagen van het bewind van Saddam Hussein zijn geteld". Hij riep nogmaals de Iraakse leiders op zich over te geven om een aanval "van ongekende kracht en omvang" te ontlopen.
Hoewel Saddam bij de eerste aanval mogelijk niet is uitgeschakeld, heerste er onder Amerikaanse regeringsvertegenwoordigers groeiend optimisme dat de aanval de communicatielijnen tussen het Iraakse leiderschap en de commandanten te velde heeft verstoord. De zegslieden leidden dat af uit het uitblijven van enige gecoördineerde reactie op de beschietingen. Het antwoord bleef beperkt tot het afschieten van enkele raketten naar de Amerikaanse en Britse eenheden in de Koeweitse woestijn. De raketten, waarvan er een door een Patriot-raket uit de lucht werd geschoten, bleken geen van alle een biologische of chemische lading te hebben.