WASHINGTON/BAGDAD/ARBIL - Een Amerikaanse generaal, William Wallace, heeft vrijdag in de Amerikaanse media gewaarschuwd dat de vijand in Irak sterker blijkt dan voorgesteld bij oefeningen. De kwetsbare aanvoerlijnen van de aanvallers en de guerrillatactiek van de fel weerstand biedende Iraakse troepen en milities duiden op een langere oorlog dan waar sommige media en politici op hadden gerekend.

Sommige Amerikaanse eenheden in Irak hebben hun voedsel tot een maaltijd per dag gerantsoeneerd, terwijl Iraakse eenheden opdoemen en na schietpartijen weer verdwijnen. Wallace, landmachtbevelhebber in Irak, zei in de Washington Post dat de kansen op een snelle overwinning afnemen.

Wallace' analyse en het ongeduld bij Amerikaanse televisiestations over de uitlopende 'Blitzkrieg' hebben tot irritatie geleid in Washington. President Bush is volgens zegslieden uit het Witte Huis boos omdat hij nooit een bepaald tijdstip voor de overwinning heeft beloofd. Maar de Amerikaanse en Britse troepen zullen de Iraakse president Saddam Hussein uiteindelijk ten val brengen, zo bezweert het Witte Huis. Bush beklemtoonde dat vrijdagavond in een rede. Hij zei dat de strijdkrachten in Irak enorme vooruitgang maken.

De hoogste militair van de VS, generaal Myers, zei vrijdag dat het leger "een briljant plan" volgt en dat de Iraakse president al meer dan 35 procent van zijn land kwijt is. De VS sturen nog eens 100.000 man extra naar het front om de rest te veroveren. Volgens de Iraakse minister van Defensie, Sultan Hashem Ahmed, is dat vergeefs. Hij zei vrijdag dat de aanvallers mogelijk Bagdad al over vijf dagen omsingelen. Maar die stad zal volgens hem het graf van de Amerikanen en Britten worden.

De Amerikanen hebben vandaag onder andere twee van deze enorme zware 'Bunker Busters' afgeworpen boven Bagdad. (Foto: REUTERS)

Vooralsnog zijn de vele slachtoffers in de stad evenwel Irakezen. Amerikaanse bommenwerpers en raketlanceerders blijven onder meer Bagdad zwaar bestoken. Alleen in de hoofdstad vielen er op vrijdag naar schatting zeventig doden en meer dan honderd gewonden. In de avond werd weer een markt getroffen.

De Amerikanen wierpen vroeg op vrijdag onder meer twee enorme bommen van elk meer dan 2300 kilo af. De aanvallen op met name communicatiecentra lijken erop te wijzen dat de aanvallers zich steeds minder bekommeren om de infrastructuur en de burgers. Aanvankelijk zouden die gespaard blijven om zo na de val van het regime de wederopbouw te vergemakkelijken.

De Iraakse minister van Defensie liep mogelijk ver vooruit op de omsingeling van Bagdad. Zijn Amerikaanse collega Rumsfeld liet doorschemeren dat de aanval op Bagdad nog even op zich laat wachten. Rumsfeld ging vrijdag fel te keer tegen buurlanden van Irak. Hij beschuldigde Syrië van militaire steun aan Irak en waarschuwde Iran zich niet met de oorlog te bemoeien.

Ten zuiden van Bagdad zijn de Amerikanen tot op 80 kilometer genaderd. Maar volgens meetrekkende verslaggevers zijn ze uiterst vermoeid en sommige eenheden raken door hun voedsel heen. Iraakse troepen troepen belagen de aanvallers onder meer met 'pick-up' bestelwagens en met Russische antitankwapens. De Amerikaanse commandanten wisten niet dat de Irakezen beschikten over deze wapens, die ook zwaar bepantserde voertuigen kunnen uitschakelen.

Ten noorden van Bagdad is in de Koerdische regio een nieuw front in de maak. Koerdische strijders trokken vrijdag voor het eerst in de oorlog naar Iraakse stellingen die ze kapotgebombardeerd aantroffen. Elders nam Iraakse artillerie Koerdische posities onder vuur. Aan de Iraanse grens is na zware Amerikaanse bombardementen het hoofdkwartier van een extremistische splintergroep, Ansar al-Islam, ingenomen door Koerdische strijders.

Meer Amerikaanse militairen arriveren in Noord-Irak om samen met de Koerden een front op te bouwen. Maar de speciale eenheden en parachutisten in Iraaks Koerdistan vormen slechts een fractie van de geplande 60.000 man die vanuit Turkije Noord-Irak had moeten binnenvallen. De Turkse politiek stak daar begin maart een stokje voor.

In het uiterste zuiden van Irak is vrijdag eindelijk een schip met hulpgoederen aangemeerd. Een Brits schip loste in de haven Umm Qasr hulpgoederen bestemd voor de nog steeds niet ingenomen stad Basra. Desalniettemin zei de Britse bevelhebber generaal Mike Jackson vrijdag dat de toestand in Zuid-Irak onder controle is.

De Britse commandant ter plaatse, Brian Burridge, meent dat de haven van Umm Qasr het beste door de Irakezen zelf kan worden geleid. De Amerikanen menen evenwel dat zij zelf de nieuwe havenautoriteiten in Umm Qasr zijn. Het Amerikaanse bedrijf Stevedoring Services of America heeft daar al een contract voor gekregen. Voorlopig is de haven in handen van Britse militairen. Het is voor het eerst sinds de Tweede-Wereldoorlog dat die een havenbedrijf leiden.

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 28 mrt 2003, 21:55