AMSTERDAM - Een gevoel van "trots en blijdschap" drukte gisteravond laat bij Bert van Marwijk de boosheid en angst naar de achtergrond. Feyenoord overleefde haast letterlijk de Turkse hel. "Ondanks alles heb ik genoten van de sfeer", zei de oefenmeester na het duel dat door voorzitter Jorien van den Herik werd betiteld als 'de wedstrijd van zeven miljoen'. Immers, dat is het verschil tussen de begroting die hij in gedachten had indien Feyenoord het niet zou halen (49 miljoen euro) en het bedrag dat nu wordt vastgesteld.
|
Bert van Marwijk
|
Over de wedstrijd kon Van Marwijk kort zijn. "De eerste twintig minuten waren onrustig. Daarna werden zij steeds moedelozer. Na de goal van Ono had ik het gevoel dat het niet meer fout kon gaan. Vandaar dat we een stuk rustiger op de bank zaten."
Hoewel de stand daar geen aanleiding voor gaf, veranderde die houding toen het Turkse publiek zich roerde. Van Marwijk kreeg geen rode kaart, maar werd door scheidsrechter Merk wèl weggestuurd. "Het is de eerste keer in mijn carrière. Ik zeg nooit iets tegen een scheidsrechter, maar het publiek gooide van alles en nog wat richting Edwin Zoetebier en naar mij zodra ik opstond uit de dug-out. Er zat zelfs een groot stuk glas bij. De scheidsrechter wilde het echter niet aannemen. Ik wilde hem daar alleen maar op attent maken."
Merk was daar niet van gediend. "Schijnbaar ben ik net iets buiten mijn territorium getreden. Ik moest naar de tribune. 'Ik wil overal zitten, behalve op de tribune', heb ik toen tegen hem gezegd", aldus Van Marwijk, die vervolgens in een politieauto naar een veilige plek aan de andere kant van het stadion werd gebracht, terwijl hij op de hoogte werd gehouden door assistent Mario Been en materiaalman Carlo de Leeuw. Lachend: "Met al die aanstekers kan ik in ieder geval een sigarenzaak beginnen."