AMSTERDAM - De grote Koch is dood.Sinds twintig jaar schreef hij al niet meer in De Telegraaf, maar tienduizenden kennen nog steeds zijn naam. Als roemrucht rechtbankverslaggever, en in die functie vooral chroniqueur van het drama áchter zijn medemensen, heeft Eric G. Koch (81) zijn stempel op de krant gedrukt.
|
Eric G. Koch ...monument...
|
Zijn reportages, vooral brééd uitgemeten, bepaalden mede het gezicht én daarmee de aantrekkingskracht van de dagbladcombinatie. Uit 'Bloed, inkt en tranen', zoals de titel van een van zijn bundels memoires luidt, bouwde hij zichzelf op tot een monument, waaraan menig strafkamerpresident, officier van justitie en advocaat niet zomaar voorbij kon noch wénste gaan.
"Ik móet u zeggen dat ik heb genoten van uw verslag van mijn zitting", heb ik zelf ooit in Den Bosch zo'n magistraat hem horen complimenteren.
Nota bene een van die wat oudere rechters wier opvallendste hebbelijkheid het was dat zij nagenoeg onverstaanbaar waren.
Niet geheel uit te sluiten is dat zo'n man door Kochs altijd prachtig anekdotische weergave, hier en daar wat ironisch, soms zelfs licht badinerend, maar altijd sterk beeldend, pas 's morgens bij het ontbijt plotseling haarscherp voor de geest had gekregen hoe interessant die strafzaak wel was geweest!
In de speels-jaloers collegiale kring van rechtbankverslaggevers werd overigens wel eens de vraag opgeworpen: "Is Eric bij dezelfde zaak geweest als wij?"
Diefstal, inbraak, moord, doodslag, verkrachting en fraude: de soms afgrijselijke verhalen die Koch componeerde, hebben hem nooit tot 'een harde' gemaakt.