Voorpagina
Nieuwsarchief
Xtra
El Cheapo
NieuwsLink
NieuwsFocus
Vacatures
Auto
Weer
QuickLink
Reageer!
Huizen
NetMail
ChatWeb
Interman
Autovisie
Privé
Mijn TelegraafNet
 &referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT=""> [Nederland]
[Buitenland]
[Telesport]
[De Financiële Telegraaf]
[Nederland]
 
 

zaterdag
10 september 1999
 

[V & L informatica]
[Vacatures]
[Klik hier naar Matra Nortel]
[Cybercard]
[Qxl]

Parels in het doel

AMSTERDAM, zaterdag

De lezers die de komende weken meedoen met de actie 'Oranje van de Eeuw' dienen zich vooral in de denkwijze van Johan Cruyff te verplaatsen. Zijn visie en instelling zijn namelijk bepalend voor de samenstelling van het team, dat op zaterdag 27 november in deze rubriek wordt onthuld. Vandaag geeft de Europees voetballer van de Eeuw, die zichzelf als middenvoor in het Oranje van de Eeuw heeft opgesteld, tekst en uitleg over de vijf doelmannen die door hem genomineerd zijn. Op 24 augustus jl. heeft Johan Cruyff de namen van zijn tien ploeggenoten en de bondscoach in een verzegelde enveloppe afgegeven aan notaris mr. Pieter Klapwijk in Den Haag.

JOHAN CRUYFF: "Het is heel moeilijk om de normen te stellen waaraan de doelman van de 20ste eeuw moet voldoen. Zo is Edwin van der Sar extreem goed met z'n voeten, maar dat is weer niet de kwaliteit die dertig jaar geleden van Eddy Pieters Graafland werd verlangd. Hij mocht nog in het strafschopgebied onder alle omstandigheden de bal in zijn handen nemen. Ik wil er alleen maar mee zeggen, dat de afgelopen 100 jaar voortdurend andere kwaliteiten van de keeper werd verlangd. Daarom ben ik bij mijn keuze van de vijf beste doelmannen ook uitgegaan van hun basiskwaliteiten en die gekoppeld aan de impact die dat op de prestaties van het Nederlands elftal heeft gehad.

De eerste kwaliteit waar een doelman over beschikken moet, is natuurlijk het talent om een bal uit het doel te houden. Of hij dat stijlvol of lelijk doet is niet relevant. Ook gaat het om de manier waarop leiding aan de defensie wordt gegeven en dan bedoel ik niet alleen het schreeuwen tegen medespelers. Het is eigenlijk heel simpel, des te minder werk de doelman te doen heeft, des te beter hij zijn defensie georganiseerd heeft. Het daadwerkelijk stoppen van de bal geldt als allerlaatste redmiddel.

Verder kijk ik altijd hoe een keeper zijn eigen kwaliteiten weet in te schatten. Met andere woorden, dat hij zijn verdediging zo organiseert, dat zijn zwakke punten worden verbloemd en hij zijn sterkste kwaliteiten juist extra kan uitbuiten. Een goede lijnkeeper zal zijn defensie zo neerzetten, dat er nauwelijks tot geen voorzetten worden gegeven. Het blokken van schoten moet daarentegen door zijn medespelers weer tot het minimum worden beperkt. Die bal is voor de keeper en de verdediger moet alleen zorgen, dat hij zijn benen gesloten houdt, om zo te voorkomen dat het schot van richting wordt veranderd. Opnieuw een kwestie van communiceren met zijn medespelers, met wie de doelman duidelijke afspraken moet maken.

Buiten deze basiskwaliteiten gaat het vooral om de 'eigen ik' van de doelman. Zo had FRANS DE MUNCK een fantastische uitstraling. Een knappe vent, die helemaal in het zwart gekleed was en daarom de bijnaam kreeg van 'zwarte panter'. Ik ken hem niet echt, alleen weet ik wel, dat Frans de Munck alle onderdelen van het keepersvak, die dus in zijn tijd relevant waren, goed tot uitstekend beheerste.

Met EDDY PIETERS GRAAFLAND ben ik opgegroeid. Als kleine jongen keek ik bij de trainingen van Ajax altijd ademloos toe, hoe hij de ballen uit het doel hield. Later vertrok hij naar Feyenoord, waar hij als eerste Nederlandse keeper de Europa Cup wist te winnen. Wat ik vooral klasse van Eddy Pieters Graafland heb gevonden, is hoe hij met de ontwikkeling van het voetbal mee is gegaan. Hij is de enige geweest, die vanuit de begin jaren vijftig tot de eerste grote internationale triomf in 1969, de professionalisering van het Nederlandse topvoetbal van A tot Z mee heeft gemaakt en zich tijdens dat proces staande wist te houden.

JAN VAN BEVEREN is absoluut de meest elegante en technisch misschien wel de beste doelman die we ooit hebben gehad. Het was dan ook zonde, dat hij uitgerekend het WK'74 vanwege een blessure moest missen. Had Jan van Beveren toen gespeeld, dan had hij internationaal nog meer erkenning gekregen.

HANS VAN BREUKELEN stond er altijd op de juiste momenten. Hij was niet het grootste talent, maar wel een doelman met een extreem hoog rendement. Wie de geschiedenis erop naslaat, ziet dat hij bij twee historische overwinningen een sleutelrol vervulde. Zowel tijdens de door PSV gewonnen Europa-Cupfinale tegen Benfica als in de EK-finale van 1988 stopte Hans van Breukelen een beslissende strafschop.

EDWIN VAN DER SAR is weliswaar nog actief, maar heeft zijn sporen al ruimschoots verdiend. Terwijl hij op een leeftijd gekomen is, waarop hij als doelman alleen maar nog beter kan worden. Van vrijwel alle specifieke kwaliteiten van de vier andere genomineerden, is iets bij hem terug te vinden. Edwin van der Sar is dan ook heel compleet."






[Voorpagina]

[Nederland]

[Buitenland]

[Telesport]

[De Financiële Telegraaf]

[Xtra]




Auteursrechten voorbehouden 1996-1999, © Dagblad De Telegraaf, Amsterdam
De Telegraaf-i wordt het best bekeken met Netscape Navigator, Netscape Communicator of Microsoft Internet Explorer.