John Cleese ernstige komediant
Britse schrijver/acteur hekelt
geldzucht in 'Fierce Creatures'
door Eric Koch
Alles wat aaibaar is, moet worden vervangen door vervaarlijk grommende roofdieren.
De jacht op hogere bezoek- en winstcijfers houden in 'Fierce Creatures' een Engelse dierentuin in een kolderieke greep, maar voor hoofdrolspeler
en schrijver John Cleese houdt zijn verhaal niet op bij de poorten van Artis.
"De tentakels van de multinationals dringen steeds verder in de maatschappij
door", verwijst hij naar de nieuwe Australische eigenaars van de diergaarde
in zijn film. "Alles wat waardevol is in het leven wordt ondergeschikt gemaakt
aan geld verdienen."
"Een boodschap is meestal de doodsteek voor een komedie", zegt de vermaarde
Britse komediant. "Maar bij Monty Python ontstonden de beste sketches al
op basis van iets serieus. Die combinatie werkt vaak goed. Eerst een lach
en daarna blijft er iets knagen. Bij 'The Life of Brian' namen we een bepaalde
aspecten van godsdienst op de hak en bij 'Fierce Creatures' wordt stelling
genomen tegen ongebreidelde geldzucht. De kille winstmakers en de zorgzame
oppassers leveren voor een grappig contrast op."
John Cleese komt graag in dierentuinen. "Als ik opgewonden ben of nerveus
kom ik daar weer helemaal tot rust. Als je die dieren observeert, hun lucht
ruikt, herinner je je weer even waar je als mens vandaan komt en waar je
onderdeel van uitmaakt. Heel gezond. De stilte geeft je de gelegenheid om
je batterijen weer even op te laten. Tegenwoordig heb je nergens meer rust.
Onderweg van het vliegveld naar hier ben ik vijf keer via de autotelefoon
gebeld. Vroeger kon je tijdens zo'n rit even tot jezelf komen."
Cleese zou Cleese niet zijn als hij tijdens zijn bezoeken aan de gekooide
diersoorten geen humor had ontdekt. "Die oppassers leven voor hun dieren.
Maar ieder van hen denkt dat hun beest het belangrijkst is en begrijpen
in het geheel niet dat hun collega's hetzelfde denken over hún soort."
"Stuk voor stuk stellen ze eer in hun werk. Geld vinden ze maar bijzaak.
Sommige mensen, zoals die tycoon die Kevin Kline speelt, zijn juist alleen
dáárin geïnteresseerd. Geld en macht. Meer en meer. Als ik, zoals de Australische
mediamagnaat Rupert Murdoch, een krant zou hebben zou ik die de beste in
zijn soort willen maken. In plaats van proberen er zo veel mogelijk te bezitten."
Hij lacht. "Ik heb 'ns een t-shirt gekregen met het opschrift: wie bij zijn
dood het meeste geld bezit, heeft gewonnen. Drukt mooi het absurde van die
jacht op geld uit. Een banksaldo op zich is nutteloos. Geld kun je slechts
in iets vertalen: in een goeie fles wijn bijvoorbeeld of een interessante
reis."
Het gaat er niet om welk systeem de mensen aanhangen, maar om hun eigen
geestelijke gezondheid, meldde John Cleese in een van de boeken die hij
samen met psycholoog Robin Skynner schreef. "Van een psychopaat hoef je
geen plezierige versie van het Christendom te verwachten. Werkgevers die
alleen maar in winstcijfers denken, zien hun employees als werktuigen, die
ze kunnen gebruiken of op straat zetten. Dat is in alle opzichten een ongezonde
bedrijfsvoering. Firma's die meer zorg hebben voor hun individuele werknemers
en ze meer persoonlijke verantwoordelijkheid geven, zijn veel productiever.
Kwantiteit is belangrijker geworden dan kwaliteit. Toen ik halverwege de
twintig was, wilde je niet vanwege het salaris bij de BBC werken, maar omdat
daar zulke fantastische programma's werden gemaakt. Als je nu over kwaliteit
praat, begrijpen ze je niet. Ze zenden de ene na de andere spelshow uit.
Alleen kijkcijfers tellen. Als je zo'n leven leidt, ben je emotioneel dood.
Mensen vertrouwen meer op cijfertjes dan op een eigen oordeel. Het is moeilijker
om naar je eigen innerlijke stem te luisteren en emotioneel lastiger beslissingen
te nemen. Bewust leven is niet iets dat onze maatschappij hoog inschat."
Toch gaat ook Cleese soms af op kijk-gegevens. "Komedie maak je niet vanuit
een ivoren toren. Fawlty Towers werd opgenomen met toeschouwers. Hun reacties
waren medebepalend voor de montage van een aflevering. Een film kun je pas
in zijn geheel aan een publiek laten zien. Als ze ergens niet om lachen,
kun je moeilijk volhouden dat het leuk is. En daarom verander je soms een
scene of voeg je iets toe als blijkt dat iets niet begrepen wordt. We hebben
een scene in 'Fierce Creatures' geschrapt die ik zelf hilarisch vond. Maar
kennelijk was ik de enige."
Gelachen tijdens de opnames wordt er nauwelijks, zegt Cleese. "Soms improviseert
iemand iets ter plekke. Kevin Kline kan me soms laten proesten. Maar voor
het overige probeer je bij de opnames te onthouden dat je iets bij het schrijven
leuk vond."
Die eerste fase blijft voor Cleese het belangrijkst. "Ik voel me schrijver,
geen acteur. Jaloers op mooie rollen van anderen ben ik nooit. Wel soms
stiekem even op het werk van auteurs als David Mamet." Cleese kan bepaalde
typetjes spelen, vindt hij. Of iemand als Don Quichot, een rol die hij binnenkort
in een verfilming van het befaamde boek van Cervantes gaat spelen. "Ik ben
lang en benig. Struikelen en klappen in ontvangst nemen gaat me ook goed
af. En zeker, het idealisme van Don Quichot spreekt me aan. Maar ik probeer
realist te blijven. En te blijven lachen."
Publicatie 13 maart 1997
|