door Dick van den Heuvel
Michel Ocelot vond het verhaal van 'Kirikou en de heks' in Afrika,
waar inmiddels wellicht elk stukje grond van in kaart is gebracht, maar
waar nog altijd verholen rijkdommen zijn in de vorm van mythes,
sprookjes en eeuwenoude vertellingen. Hij maakte een animatiefilm van
deze legende over een jongetje dat nog niet geboren is, maar toch gaat
vechten tegen de heks Karaba. Dat moet hij wel, want het nare mens
heeft er voor gezorgd dat er droogte heerst in het dorpje waar hij
straks ter wereld zal komen.
Een jongetje neemt het op tegen een enge toverkol in 'Kirikou en de heks'. Een Europese tekenfilm kan nooit de
schwung hebben van dat wat men bij Walt Disney, Dreamworks en al die
andere Amerikaanse studio's intussen vermag. Daarvoor is de techniek
aldaar te ver ontwikkeld en domweg ook te kostbaar. Het is mooi dat
Ocelot het daarin dan ook niet zoekt. Hij heeft een zeer simpele stijl
ontwikkeld met een heel eenvoudig bewegingspatroon. De personages
bewegen zich nauwelijks in de diepte, maar gewoon - zoals in het begin
van de tekenfilm - in het platte vlak. Voeg daarbij de primaire
vormen en kleuren, en je weet dat de film de eenvoud uitademt die hoort
bij iets dat zo oud en rijk is als de Afrikaanse cultuur. Opwindend is
de film echter nooit, je moet je als kijker laten meedrijven op de
zwoele bries van dit verhaal. Het is maar de vraag of de kleine
bioscoopbezoeker dat volhoudt. Die zal het daarbij niets zeggen dat
Youssou N'Dour de muziek voor 'Kirikou en de heks' schreef, maar dat is
weer leuk voor de ouders die mee moeten.
|