&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

zaterdag 23 december 2000

Toeristen zien Turkije weer zitten

Prijzen-tombola in Bodrum

door Nico van der Zwet Slotenmaker

BODRUM - Hoeveel Turken buiten hun eigen land verblijven, weet ik zelfs niet bij benadering, maar zij die thuis zijn gebleven zitten volgens mij voor negentig procent in de horeca. En waar het de aaneengegroeide kustplaatsen Bodrum en Gumbet in het zuidwesten van het land betreft, moeten het er zo op het eerste gezicht nog meer zijn. Het toerisme heeft een soort goldrush op gang gebracht en iedereen wil er wat aan verdienen.

Als je een pandje op een goed plek hebt, zit je natuurlijk gebeiteld en dan moet het ook tot de laatste centimeter worden uitgebaat. In de achterkamer kan een achternicht nog wel een nerinkje opzetten, het zijzaaltje is prima geschikt voor een aangetrouwde neef, de zolder is voor overgrootvader en in de kelder kan nog een ondergeschoven kind terecht. En allemaal met de bierpomp in de aanslag.

Ik zou me dus in het walhalla moeten wanen. Overdaad schaadt echter en dit is echt een overtreffende trap te ver. Toch toont het straatbeeld in met name Bodrum dat de economie er, hier althans, niet slecht voorstaat en in de havens liggen de meest luxe jachten u uit te nodigen om eens een dagje uit varen te gaan.

Toeristen zijn er zat, al zijn het er volgens de autoriteiten nog lang niet genoeg. Het Nederlandse echtpaar Gerth en Helma Peters die in Gumbet een café-restaurant drijven, zeggen te geloven dat Turkije bij de Nederlandse touroperators een beetje op de zwarte lijst is geplaatst en men veel meer mensen naar het land zou kunnen brengen dan nu het geval is.

Belangstelling

De vaderlandse reiswereld spreekt dat echter tegen. Door de aardbevingen, de kwestie Öcalan en de schendingen van de mensenrechten is de belangstelling voor Turkije als vakantieland op een gegeven moment sterk afgenomen en daar moet je bij het inkopen van vliegtuigstoelen natuurlijk rekening mee houden. Overigens gaat het momenteel weer de goede kant op en zullen in de zomer waarschijnlijk weer meer mensen voor Turkije kiezen.

Horeca en nog eens horeca, achter, naast en op elkaar.

Tenminste... dat zal ook een beetje van de stabiliteit van het land afhangen. Die is momenteel ver te zoeken. De lokale munt, de lira, duikelt iedere dag een stuk naar beneden en dat je straks aan een miljoen lira's niet genoeg zal hebben om een biertje te bestellen, is nu al zeker.

Onoverzichtelijk

Nu is het met de prijzen toch een onoverzichtelijke zaak. Als in de ene tent een kop koffie twee gulden kost, kan het daarnaast in precies zo'n zelfde gelegenheid het dubbele of de helft kosten. Er is absoluut geen peil op te trekken. In een kroeg die een Nederlandse naam draagt, durft men ƒ12 voor een klein flesje Heineken te rekenen, terwijl twee huizen verderop een herbergier je een halve liter voor nog geen twee gulden voorzet.

Taxi's zijn bepaald prijzig en ze staan dan ook voornamelijk stil aan de standplaats. Ze moeten het van de toeristen hebben, maar die hebben al heel snel in de gaten dat je veel beter de dolmus kunt nemen. Dat is een klein busje dat steeds dezelfde route aflegt. Er zijn er honderden, misschien wel duizenden van.

Een ritje per kameel behoort altijd tot de mogelijkheden.

Kinderen gaan er (gratis) mee naar school en van de andere passagiers wordt slechts een kleine bijdrage verwacht. Betalen gaat tijdens het rijden. Je geeft het geld aan de passagier die voor je zit en zo bereikt het ten slotte de chauffeur, die het wisselgeld via dezelfde weg terugsluist. Een kwestie van vertrouwen die door niemand wordt beschaamd. Als je het een peer keer hebt gedaan, vind je uit dat het niet raadzaam is vlak achter de wagenvoerder plaats te nemen, omdat je dan als doorgeefluik een lamme arm op kan lopen. Vaak is het trouwens niet eens mogelijk een zitplaats te veroveren, want hoeveel busjes er ook rijden, ze zitten allemaal stampvol.

Vol is het ook op de weg en dan speciaal met tankautoverkeer. Zo snel zijn de badplaatsjes de grond uitgestampt dat er voor het leggen van een waterleiding geen tijd kon worden gevonden en het kostbare vocht moet iedere dag worden aangevoerd. Grote hotels hebben eigen vrachtwagens ter beschikking die geen ogenblik stil lijken te staan. Mijn hotel heeft er een paar op de weg en dat moet ook wel, want het complex heeft meerdere zwembaden die naar mijn smaak wat te warm zijn, zodat ik in dit opzicht een matig gebruiker ben.

Vooral in het weekeinde is het er stampvol, want van heinde en verre komen dan de Turken om zelf ook eens kopje onder te gaan en voor je rust en ontspanning hoef je er dan niet te wezen, vooral omdat de muziek wordt aangepast en op megahoogte de dienst uitmaakt. Maar het is uiteraard hun land en wij komen alleen maar even kijken, al kan je natuurlijk wel de vraag stellen of je nog eens in zo'n entourage terug zou willen komen.

Voor dit soort zwemparadijzen is veel water nodig en dat moet per tankwagen worden aangevoerd, want een waterleiding is er niet.

Toch kent Turkije veel vaste klantjes en groeit het aantal Nederlanders dat er onderkomen koopt nog steeds. Het land wil zich ook graag aanprijzen als ideale locatie om te overwinteren. Veel hotels beschikken echter niet over centrale verwarming en hoewel je dat overdag niet zou zeggen, kan het er behoorlijk kil worden als de zon verdwijnt.

Verder is er nogal wat stuk in de hotels. Kapotte lampen, die niet worden vervangen, en tegels die uit de badkamerwand zijn verdwenen. Voor sommige badkamerwanden is er weinig hoop, omdat de vereiste spullen gewoon niet meer beschikbaar zijn. En ik moet denken aan verschillende plaatsen in Oost-Europa waar ik vroeger wel eens een voetbalwedstrijdje moest verslaan en je zes of zeven jaar later nog precies dezelfde mankementen aan de lift of de verlichting kon constateren. Een langzaam verval.

Daar zal Turkije voor moeten waken, want de meeste toeristen die er komen, zijn al eens eerder, naar bijvoorbeeld Spanje, met vakantie geweest en kunnen steeds beter vergelijken.

 

EIGEN FOTO'S