&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

Treintoerisme doet het
goed in Nieuw-Zeeland

door Nico van der Zwet Slotenmaker

AUCKLAND - DUNEDIN - Het is op zondagmorgen niet druk op het spoorwegstation van Auckland. Op andere dagen ook niet echt trouwens, maar dat hoor ik pas tien minuten later van de conducteur, die onmiddellijk aantreedt als we ons in beweging hebben gezet. Daar moet een Nederlander even aan wennen. Ik verleen het ijzeren paard best af en toe mijn gunsten en dan zie je zo'n controleur slechts zelden opdoemen. Vooral in de latere avonduren krijg ik de indruk dat hij zich na het wegfluiten gezellig naast de machinist in de stuurcabine nestelt om de jongste cao-voorstellen door te nemen.

Niet echter de functionaris van de Nieuw-Zeelandse Spoorwegen met wie ik kennis maak. Na het doornemen van mijn tickets en het raadplegen van zijn eigen reserveringsboekje vraagt hij bezorgd op de lege plek naast mij wijzend waar mijn partner toch wel gebleven kan zijn. Door de jaren gelouterd weet ik dus meteen dat er ergens op een bureau weer een vergissing is gemaakt en mijn dubbele naam in tweeën is geknipt. Ook in hotels gebeurt dat regelmatig en het voordeel daarvan is of het nadeel, het is maar hoe je het bekijkt dat ik op reis altijd voldoende ruimte in mijn sponde heb.

Nu is dat ook weer zo. Van Auckland naar Roturoa en van Hastings naar Wellington op het Noord-Eiland blijft de plaats naast mij onbezet en hetzelfde gebeurt op het Zuid-Eiland op de trajecten Blentsheim-Christchurch, Christchurch-Greymouth v.v. en Christchurch-Dunedin.

Anders was hij waarschijnlijk ook wel leeg gebleven, want vol is het nergens. Daar had ik het net al met die conducteur over. Hij vertelt dat Auckland-Wellington de drukste lijn is met zelfs een nachtdienst, de enige trouwens van het land. Daarop is sprake van forensenverkeer, mensen die op dit traject en doorgaans slechts een deel ervan van en naar hun werk gaan. Verder lagen de baanvakken er tot voor kort voornamelijk voor het goederenverkeer. Dat begint echter te veranderen. Ook de kaartjesbeambte in "The Geyserlander" op weg naar Rotorua ziet de onmiskenbare opleving van het treintoerisme. Er is nieuw geld in de spoorwegen gepompt en hij verhaalt van een landgenoot van mij die daar een grote rol in heeft gespeeld. Ik weet wie hij bedoelt. Het is dezelfde man die de eigenaar is van Huka Lodge in Taupo, het op twee na beste hotel ter wereld, waar ik later op de reis een paar nachtjes zal logeren.

De Geyserland op weg naar Rotorua waar de hete bronnen wachten.

Zo blijft de wereld klein, zodat je hem nog met spoor kunt bereizen. Vooral door toeristen dus. De reisleiding is daar ook op ingespeeld, zodat je door de luidsprekers op de hoogte wordt gehouden van de hoogtepunten van het landschap en de bijzonderheden van zijn bewoners. In dit dorp is een beroemde bergbeklimmer geboren en in een ander plaats is het record schapenfokken weer verbeterd.

Als u met de boot net van het Noord- naar het Zuid-Eiland bent overgestoken kunt u plaatsnemen in de Costal Pacific die u door een schitterend landschap naar Christchurch voert.

Maar over het algemeen kun je het best het landschap aan het woord laten. Zonder de andere lijntjes ook maar iets tekort te doen blijft de "Tranzalpine" van Christchurch naar Greymouth de topper. De tegenhanger van de Europese trein met dezelfde naam passeert op zijn weg van de Stille Oceaan naar de Tasmanzee een bijzonder indrukwekkend landschap. Over hoge viaducten en door nauwe spelonken en dan de echte bergen natuurlijk die hier net als bij ons Alpen heten. Jaren terug heb ik deze trip ook al eens gemaakt. Dat was weliswaar tijdens een busreis, maar het stukje trein was toch belangrijk en interessant genoeg om tijdelijk een ander voertuig te kiezen. Dat zegt natuurlijk wel wat. Eenzelfde route als die van de "Tranzalpine" valt voor andere voertuigen absoluut niet te nemen, zodat je veel van de betovering van het landschap zou missen.

Nu stopt de trein bij Arthur's Pass op 920 meter hoogte. De hele omgeving hier is natuurgebied met zestien bergtoppen boven de 2000 meter. Je zou mogen verwachten dat de Bloody Limit gezien zijn naam het hoogste scoort, maar die eer gaat naar Mount Murchison die 2400 meter haalt. Je ziet hier langs de spoorlijn een aantal verlaten of bijna verlaten dorpjes. De mensen leefden hier vroeger van wat mijnbouw en het spoor dat de steenkolen vervoerde. Dat is allemaal een stuk minder geworden. En dat er aan de toeristen wellicht kan worden verdiend is nog niet bij ze opgekomen. Toch krijgen we door de radio te horen dat er daar in de verte nog een hotel staat dat nog steeds is geopend. Het wordt echter bewoond door een stelletje zonderlingen die zich ieder dag in de drank verliezen en er een absolute bende van hebben gemaakt. Wie dat vuurwater dan steeds in deze van alles en iedereen verlaten omgeving dan zou moeten aanslepen wordt er niet bijverteld. Maar misschien beschikte de onderneming destijds, toen het nog goed ging, over onuitputtelijke wijnkelders.

Op de Arthur's Pass stopt de Tranzalpine om de passagiers kennis te laten maken met de sneeuw.

Het is dik vier uur treinen naar Greymouth en dan heb je anderhalf uur voor jezelf voor de terugtocht wordt ondernomen. In de stad blijven doet bijna niemand. Dit is een beetje een vergeten oord en dat zie en proef je. Gelukkig weet ik de weg naar dat ene café nog uit mijn hoofd. Er is gelukkig niets veranderd. Het bord met de oproep hier in ieder geval schoeisel en een hemd te dragen hangt er nog steeds. En nog steeds vindt de herbergier een hemd met twintig gaten ook een hemd. Wat is het toch heerlijk soms weer ergens thuis te komen als je eigenlijk nergens thuis bent.

Daar is heel Nieuw-Zeeland trouwens goed in.

Reiswijzer.

Alle inlichtingen en boekingen over treinreizen naar Nieuw-Zeeland verschaft het reisbureau Incento tel. 035-6955111, postbus 457 1400 AL Bussum.

Publicatiedatum = 20 februari 1999