&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

Lekker babyhuidje na een modderbad

Middenin Israëls dorre, droge Judeawoestijn schittert de kibboets Ein-Gedi als een plotseling zichtbaar geworden smaragd op een zandkleurige deken. Komende vanuit Jeruzalem, op weg naar Eilat de temperatuur schommelt rond de 42 graden hebben de lonkende palmbomen op de rechteroever van de Dode Zee een onweerstaanbare aantrekkingskracht. We brengen een bezoek.

Achter de toegangspoorten van deze in 1956 opgerichte woon/- werkgemeenschap wachten ons vele verrassingen. Zo is dit oase-achtige oord de enige officiële botanische tuin ter wereld waarin een complete samenleving huist. Er resideren maar liefst 700 mensen. Voor gasten is er een appartementen- complex, inclusief een voortreffelijke keuken.

Voor wie wil 'onthaasten' is Ein-Gedi een ideale vakantiebestemming. Toeristen kunnen er alle kanten op: dwars door de rustieke tuinen naar de diverse bronnen bijvoorbeeld, of naar een modern ontspanningscentrum met 'modderdip'. Maar ook safari's per jeep of motor, rotsbeklimmen en boottochtjes zijn mogelijk.

De woestijn leeft in Israël

door Wouda Bouwman

EIN-GEDI
De populairste plek van Ein-Gedi is ongetwijfeld de Davidsbron, die naar een betoverende, door varens omzoomde waterval leidt. Het is een van de drie zoetwaterbronnen in de omgeving, een waar sprookje voor de romantische zwemmer! Trouwens, de beschikbaarheid van onder meer dit water is samen met de aanwezigheid van de zon en het intensieve onderhoud van de beplanting, hét geheim van de overvloedige vegetatie in deze overwegend schrale streek.

Kibboetswoordvoerster Alison Ron bij de grootste cactus verzameling van het Midden-Oosten. "Maar liefst twaalfhonderd verschillende soorten."

Woordvoerster Alison Ron legt uit dat ook hier, net als in de rest van het Beloofde Land, de geschiedenis van het gebied nauw is verbonden met de de Bijbel. Verwijzend naar het boek Samuel: "Volgens de overlevering heeft op deze plek de jonge David zich schuilgehouden voor de toorn en jaloezie van Saul. Hier sneed hij een stuk van de koningsmantel af."

Mocht het u daar te druk zijn, dan is voor de avontuurlijk ingestelde bezoekers een tocht door de kloof Nahal Arugot aan te raden, een kilometer naar het zuiden. Daar leven veel wilde dieren, waaronder adelaars en steenbokken. Laatstgenoemden zullen zich geheid laten zien, individueel of in een kudde. Overigens is een duik onderweg, in een van de diepe zwemvijvers, beslist een 'must'.

Zo wonen de bewoners van Ein-Gedi: als enigen ter wereld middenin een botanische tuin.

Welke kant u ook besluit op te gaan (de noordelijk gelegen opgravingen van een Byzantijnse kerk zijn eveneens de moeite waard), u zult steeds door de prachtige tuinen van de bevolking van Ein-Gedi komen. Behalve honderden woestijnplanten uit alle delen van de wereld, staan er overal 'kamerplanten', exemplaren die gewoonlijk worden gekweekt voor de vensterbank: crotons, sanseverias, clivias, christusdoorns, calatheas, ficussen. Met dit verschil dat ze in Ein-Gedi allemaal bloeien!

Over de daken buigt zich een bougainville, helder rood, paars of oranje; reusachtige vingerplanten verstrengelen zich met exotische palmen en rozen geuren het hele jaar door. Plotseling houdt Alison ons staande. Ze wijst of een reusachtig dikke boom en zegt: "Dit is een zogenaamde Apebroodboom, een Baobab. De vruchtmoes is eetbaar. Het is de meest noordelijke die je zult aantreffen. Doorgaans komen ze alleen op de Afrikaanse savanne voor."

Zodra ze rijp is, barst de vrucht van de Baobab, de zogenaamde Apebroodboom, open en dwarrelen de zaden weg.

Ze plukt een bol, ter grootte van een tennisbal. Binnenin zitten witte, kleverige, spinnenweb-achtige draden. Rijpere vruchten daarentegen persen hun wollige haren door de schil naar buiten. We steken heimelijk een paar los gewaaide pluizen in het plastic zakje, dat we eerder die dag met de peul van een Johannesbroodboom van een Arabier hebben gekocht. In de ijdele hoop die thuis tóch te laten wortelen.

Vol bewondering over de uitgebreide flora wandelen we richting Dode Zee en komen we langs een imposant terrein met cactussen. Het is de grootste verzameling in het Midden-Oosten: er zijn meer dan 1200 verschillende soorten (ook vetplanten) te bewonderen. Liefhebbers opgelet! Volgend jaar, in september/oktober wordt hier een cactuscongres georganiseerd.

Na de dieren van Ein-Gedi te hebben bewonderd (onder meer krokodillen, vleesetende schildpadden, papegaaien, gifkikkers en pauwen) lopen we via de kalkoenfokkerij dat is naast het toerisme een van de andere middelen van bestaan richtingDode Zee. Het ontspanningscomplex dat er enkele jaren geleden is neergezet, mag zo veel en zo vaak worden bezocht als de kibboetsgasten wensen; kosteloos.

Met name de nieuwkomers hijsen zich zenuwachtig in hun badkleding, benieuwd als ze zijn naar de werking van de heilzame modder, die in alle vroegte door de kinderen van Ein-Gedi in enkele grote buitenbakken is geschept. Onder de brandende zon wrijven we onszelf van top tot teen in. Waarom? Omdat er medicinale en kosmetische krachten aan de blubber worden toegeschreven. Niet ten onrechte overigens, psoriasis- en ook reumapatiënten vinden al eeuwen baat bij het mineraalhoudende slijk.

De zwart/bruine drab 'moet' een paar minuten intrekken, waardoor het al snel lijkt of de huid openbarst. Allemachtig, wat een gekriebel! Nadat de douches (met naar keuze zwavelhoudend- of zuiver bronwater) de smurrie hebben afgespoeld, spoedden alle enthousiaste slijksmeerders zich richting branding. Wie niet wil lopen, stapt in een treintje. En ja hoor, eenmaal in de Dode Ze blijken alle verhalen waar: het is onmogelijk daarin te zwemmen. Dus laten we ons drijven op de rustig kabbelende golven.

De kibboets Ein-Gedi, een groene smaragd in de dorre woestijn van Judea.

Verderop vaart een schip met dagjesmensen. Ook vanaf de plechten moet het uitzicht magnifiek zijn: aan de ene kant de hoge, steile kliffen van rood vuursteen, die zich scherp aftekenen tegen de beige, kalkstenen heuvels; aan de andere kant, in buurland Jordanië, de bergen Edom en Moab, waarvan naarmate de dag verstrijkt steeds meer geheimzinnige kloven en wadi's (drooggevallen rivierbeddingen) zichtbaar worden.

Zodra we zijn uitgedobberd, lopen we na een snelle douche terug naar het hoofdgebouw, waar alweer een plons in een zwembad of ontspannend zwavelbad op het programma staat. "Lekker hè, zo'n babyhuidje?", grijnst een Amerikaan als hij 'herboren' uit het mannen-gedeelte tevoorschijn komt. We geven er, ondanks zijn uitnodigende blik, de voorkeur aan ons eigen velletje te voelen. De zachtheid is verbluffend, mede dankzij het hoge magnesiumgehalte van het water.

Aan de rand van de Dode Zee smeren toeristen zich enthousiast in met modder, die een heilzame werking wordt toegeschreven.

"Is het je opgevallen hoe weinig mensen zijn ingesmeerd met anti-zonnebrand?", vraagt Alison Ron. "Deze zee bevindt zich op het laagste punt van de aarde, zo'n 400 meter onder de zeespiegel, waardoor het veel langer duurt voordat de zon haar verbrandende werking doet. Bovendien houdt het verdampte broom het schadelijke UV tegen." Lachend: "Ik zei toch al, dat een bezoek aan ons gezond is?!"

Hoewel het kuuroord ook een restaurant heeft, lokt de eetzaal van het gastenverblijf. Op de terugweg bekijken we ietwat afgunstig de energieke vakantiegangers die klaar staan om met een gids op motorsafari te gaan. Wij zijn rozig van de ont-spanning. Overigens blijkt de keuken een goede keus. Absoluut hoogtepunt zijn de botermalse dadels uit eigen tuin.

Voldaan zoeken we een uur later ons appartement op, een van de 120 rustiek gelegen bungalows. De inrichting is sober, maar absoluut voldoende voor een vakantie die zich toch grotendeels buiten afspeelt. We proberen het bed, zalig! Zodoende moet een bezoek aan de nabij gelegen kloof Nahal Hever, alsook aan de 20 kilometer zuidelijker gelegen vestingsrestanten op het rotsmassief Masada, een dagje wachten. Maar goed, we weten nu al dat we de dan uitgeruster en kwieker zullen zijn dan ooit tevoren!

Het zwavelbad in het ontspanningscomplex van Ein Gedi, waarin met het oog op eventuele hartklachten hooguit tien minuten mag worden gepoedeld.

Ein-Gedi is vanwege de zomerse woestijnhitte het best te bezoeken vanaf oktober tot juni. Informatie: het Israëlisch Nationaal Bureau voor Toerisme, 020-6128850. U kunt ook rechtstreeks bellen naar de kibboets, waar onder meer Engels wordt gesproken: 0972-7-6594760.

Publicatiedatum = 19 september 1998