&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

ISRAËL

Archeologie en aardse geneugten
Vlotzeilen op het meer van Galilea.
Op de achtergrond de Golanhoogten.
FOTO: EPA

door PIM DONKERSLOOT

JERUZALEM - Het Beloofde Land, het Land van Melk en Honing, het Land van Contrasten, het Bijbelse Land, het Land van Verleden en Toekomst, het Heilige Land. Hoeveel benamingen Israël al niet opgeplakt kreeg, is niet meer te tellen. Maar één ding is zeker: Israël biedt de bezoeker veel, heel veel: van de spirituele hoogten van Jeruzalem tot het laagste punt op aarde bij de Dode Zee.

Onze reis begint in het wereldse Tel Aviv, wat 'lenteheuvel' betekent. Er zijn geen bijbelse aanknopingspunten, hetgeen ook weer niet zo verwonderlijk is omdat de stad aan de Middellandse Zee nog geen honderd jaar oud is.

Daarom heeft het kosmopolitische Tel Aviv zichzelf uitgeroepen tot 'non-stop-city' omdat de stad tegelijkertijd badplaats en Israëls onbetwiste centrum van vermaak, cultuur en handel is. Witte wolkenkrabbers, lange boulevards en brede zandstranden. Het Miami van het Midden-Oosten, wat 's nachts nog eens versterkt wordt als Tel Aviv zichzelf transformeert tot een stad van bars, discotheken, restaurants en theaters.

Vissersplaats

Maar loop langs het strand een paar kilometer zuidwaarts en sta verwonderd stil bij het 3500 jaar oude Jaffa, naar men zegt de oudste havenplaats ter wereld. Ooit een wonderlijke en machtige Arabische stad, nu een kleine vissersplaats met op de heuvel een pittoresk gerestaureerd stadje, waar kunstgalerieën, ambachtelijke werkplaatsen, musea en restaurants te vinden zijn.

Rijdend richting Haifa, de derde stad na Tel Aviv en Jeruzalem, hebben de beroemde sinaasappels voor het grootste gedeelte plaats gemaakt voor hard- en softwarebedrijven. Een tweede Silicon Valley waar vele Russische intellectuele emigranten werk vonden, die begin jaren negentig nog als portier of schoonmaker aan de kost moesten komen. "Aan hersenen in dit land geen gebrek," zegt onze reisleider Israel Yaoz met gepaste trots. "Trouwens ook niet aan klassiek geschoolde musici, die Israël vanuit de ex-Oostbloklanden hebben overspoeld. Als we willen, kunnen we wel twaalf top symfonie-orkesten samenstellen."

'Werkloze' joodse musici uit dee Oekraïne tovgeren de mooiste klanken it hun viool.

 

Voordat we landinwaarts gaan richting Galilea de naam alleen al is voor vele bezoekers nauw verbonden met het christelijke geloof wordt aan de noordelijke kust van Israël Caesarea bezocht.

Tweeduizend jaar geleden een schitterende en bruisende stad in de hoogtijdagen van de Romeinen. Herodes, die de 'marmeren' stad vernoemde naar zijn meester Caesar, stuwde Caesarea naar ongekende welvaart. Nu is het een indrukwekkende archeologische plaats met een amfitheater waar nog steeds muziek en toneel opgevoerd worden. Een paar honderd meter verderop ligt het eindpunt van een opmerkelijk goed bewaard gebleven, ruim tien kilometer lang aquaduct dat Caesarea vanuit het Karmel-gebergte van water voorzag.

Op weg naar het Meer van Galilea passeren we Megiddo in het Hebreeuws Armageddon geheten waar door de eeuwen heen verwoede veldslagen plaatsvonden om de strategisch zo belangrijke weg tussen het Middellandse Zeegebied en het Verre Oosten, de Via Maris, te beheersen. Nu is het een opeenhoping van ruïnes waar de verbeeldingskracht het meeste werk moet doen om het 'Einde van de Wereld' enigszins voor de geest te halen.

De katholieke begraafplaats van Jeruzalem. Het graf van Oskar Schindler, de Duitser die 1200 Poolse joden uit de klauwen van de nazi's wist te houden, wordt nog dagelijks bezocht.

 

Staande op het puin van Megiddo zien we heel in de verte de heuvel waartegen Nazareth is gebouwd. Vandaag de dag een overwegend Arabische stad met meer dan 60.000 inwoners, tweeduizend jaar terug een gehucht waar volgens de Bijbel Jezus opgroeide. Rondom de Annunciatiebasiliek, ofwel de Kerk van de Maria Boodschap, waar volgens de overlevering Maria van de aartsengel Gabriël de blijde boodschap kreeg dat zij een kind zou baren dat zij Jezus moest noemen, is het waanzinnig druk. Toeristen kunnen bij tientallen stalletjes terecht voor de meest vreemde souvenirs.

Wie de heisa rond Nazareth wil ontvluchten, rijdt binnen een half uur naar het Meer van Galilea, dat op 222 meter onder zeeniveau gevoed wordt door het water van de rivier de Jordaan. Het zichtbare geschenk van al dit water is het groen van Galilea, van de zilvergroene olijfbomen tot de diepgroene moerasgrassen en rietstengels, en de afwisselende tinten van gewassen en boomgaarden die door de bewoners van de vele kibboetsen hier vormgegeven zijn. Zelfs in de lange, droge zomer behoudt Galilea dit fraaie gewaad.

Vanuit Tiberias, de wereldlijke hoofdstad van de streek, gaan pelgrims en toeristen op weg naar plaatsen die het begin van Jezus' werk op aarde aanduiden: de berg van de Zaligsprekenden, de berg Tabor; de overblijfselen van de eeuwenoude synagoge van Capernaum, waar volgens de overlevering de zoon van God predikte. Of Kana, Tabgha en Kursi waar de wonderen werden verricht. Handige jongens zijn daar gretig op ingesprongen en wie ook over het water van het meer wil lopen, kan dat doen, zonder direct naar de bodem te zinken, omdat een paar centimeter onder het wateroppervlak een lange loopplank is aangelegd. Ook varen er vele imitatieboten die in de verte doen denken aan scheepjes van tweeduizend jaar geleden over het meer die aanleggen bij de heilige plekken die door Israël als toeristische trekpleister nadrukkelijk in beeld worden gebracht.

In Jaffa zijn de opgravingen nog altijd in volle gang. Wie zin heeft, mag meehelpen om de bodemschatten uit de Oudheid bloot te leggen.

Wat dat betreft kwam de vondst van een boot uit de tijd van Jezus als een geschenk uit de hemel. De broers Yuval en Moshe Lufan, bewoners van de kibboets Ginosar, vonden 13 jaar geleden aan de oever de unieke boot, die dankzij de modder nog in prima staat verkeerde. Wie de boot wil bewonderen, die vanaf het millenniumjaar ondergebracht wordt in de speciaal daarvoor gebouwde nieuwe vleugel van het Yigal Allon Museum, krijgt van de broers persoonlijk verslag hoe de boot geconserveerd werd.

Kuuroorden

Om zich te vertroetelen, gaan vele bezoekers naar de talrijke kuuroorden rondom het meer, maar wie zich wil laten onderdompelen in het christelijke geloof, kan terecht bij de doopplaats Yardenit, aan de zuidkust van het Meer van Galilea waar de Jordaan weer zijn eigen vorm aanneemt. Ook hier is het een drukte van belang en doet de plaatselijke bevolking goede zaken.

Toen Jezus een jaar rond het Meer van Galilea had gezworven, liep hij, met in zijn kielzog zijn discipelen, door de Jordaan-vallei via de Westbank naar Jeruzalem. Ook wij volgen in zijn voetsporen, zij het per luxueus touringbusje. Onderweg bezoeken we Bet Shean, de zeer omvangrijke archeologische opgravingen waar nog steeds nieuwe vondsten uit de Romeinse tijd worden gedaan. Tussen al dat fraais uit de oudheid, toen Bet Shean nog Scytopolis heette, zien we op de heuvel in de verte een kale boom die ons bekend voorkomt. In dat bekende decor is het de boom waaraan Judas zich verhangt in de film Jesus Christ Superstar.

De opmerkelijk goed bewaard gebleven overblijfselen van Capernaum, de plek waar Jezus volgens de overlevering predikte.

Voordat Jeruzalem bereikt wordt, dalen we eerst nog af naar de Dode Zee, waar we dobberend in het schrijnend zoute water heel decadent met een gsm naar het thuisfront bellen. Na de absoluut noodzakelijke douche om al dat zout af te spoelen, is het hooguit een half uur rijden naar onze laatste bestemming. Sinds de tijd dat koning David zo'n 3000 jaar geleden de 'gouden stad' stichtte en zijn zoon Salomon er de eerste tempel bouwde, roept Jeruzalem nog steeds beelden op van schoonheid en verering, van daden en van opschudding. Joden gaan naar de westelijke muur of Klaagmuur, islamieten belijden hun geloof rond de Rotsmoskee en de christenen gaan naar de kerk van het Heilige Graf of naar de Olijfberg, vanwaar je een adembenemend uitzicht op de stad voorgeschoteld krijgt.

Maar er is natuurlijk veel meer in Jeruzalem. Bewonder de 2000 jaar oude Dode Zeerollen in het 'Heiligdom van het Boek', bezoek het Israël-museum met zijn kunstschatten, of wees getuige van de tragedie van de holocaust in Yad Vashem.

REISWIJZER:

De beste reistijd naar Israël is het voorjaar en het begin van de herfst. In de winter is Eilat, in de zuidelijkste punt van Israël aan de Rode Zee, aan te bevelen als zonvakantie. De munteenheid is de shekel, waarvan men er ruwweg twee krijgt voor een gulden. El Al Airlines (De Boelelaan 7, 1083 HJ Amsterdam, tel 020-6440101) vliegt in de zomer zeven keer en in de winter vier maal per week van Amsterdam naar vliegveld Ben Goerion; naar Eilat wordt drie keer per week gevlogen. Voor informatie over reizen naar Israël, vertrekdata en prijzen kan contact opgenomen worden met het Israëlisch nationaal bureau voor toerisme, Stadhouderskade 2, 1054 ES Amsterdam, tel 020-6128850, fax 6894288).

De Heilige Stad mag dan een soort religieus openluchtmuseum zijn, maar is tegelijkertijd ook een moderne stad. In het Jeruzalem van vandaag is het rijke historische erfgoed verweven met het hedendaagse tempo van Israëls hoofdstad. Hotels, winkels, restaurants, bars, en dancings zijn er dan ook in ruime mate te vinden.

Wie de aardse bezigheden van Jeruzalem wil ondergaan, hoeft maar door de Damascus-poort, een van de mooiste toegangspoorten tot de oude stad te lopen om op de hectische Arabische markt verzeild te raken waar de godsdienstige souvenirs tegen elk aannemelijk bod van de hand gaan.

Ook de Via Dolorosa ooit de lijdensweg die Jezus moest afleggen is hier het slachtoffer geworden van een al te rigoureuze handelsgeest. Hij zou alles in grote woede van de schappen hebben geveegd, mijmeren wij nog hardop.

 

EIGEN FOTO'S

Publicatiedatum = 12 augustus 2000