&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

De Champagne-Ardenne,
meer dan bubbelwijn

door TON DE ZEEUW

REIMS
Golvende korenvelden, minuscule dorpjes, schone wegen, meren, bossen en onafzienbare wijngaarden: de Franse région Champagne-Ardenne is een plaatje. Maar ook kathedralen, musea, winkelsteden, hotels en restaurants. En vooral: champagne.

De Champagne-Ardenne strekt zich uit tussen Reims en Troyes, twee interessante historische steden met daartussen een lint van toeristische routes, allemaal dicht bij Nederland en ideaal voor een weekeindje of als tussenstop onderweg.

Champagnehuizen

Zoals de naam al doet vermoeden draait alles hier om de drank die ons op Oudejaarsavond en bij feestelijke gelegenheden, maar ook steeds meer bij smakelijke menu's, bekoort. En niet alleen ons, want als je de export van al die champagnehuizen in de streek optelt kom je aan een astronomische plas bubbelwijn die zijn weg vindt over de hele wereld. Vooral in de prachtige stad Epernay waar de meeste grote firma's hun domicilie hebben, kun je zien hoe veel werk er wordt verzet voor één zo'n fles geschikt is voor consumptie.

Kilometers ondergrondse gangen, soms op drie niveaus onder elkaar uitgehakt in de krijtbodem dezelfde die de champagne zijn smaak geeft kunnen worden bezichtigd. Hetzij onder leiding van de kleine boer die op afspraak in de kelder afdaalt, of met een van de beroeps-gidsen die, bijvoorbeeld bij een huis als Moët & Chandon, een dagtaak hebben aan het rondleiden van belangstellenden door die gangen met hun speciale geur, vochtigheid, koelte en natuurlijk de geheimen van hun doolhof met miljoenen rijpende flessen.

Ook Reims geldt als champagnestad bij uitstek, maar de grootste bezienswaardigheid is er de in 1211 gestichte kathedraal, op de plek waar in 498 de Frankische koning Clovis zich bekeerde. Alle Franse koningen sindsdien zijn in Reims gezalfd en gekroond. De kathedraal, met in het noorder zijportaal het beeld van de 'Engel met de glimlach', is nog steeds vrij toegankelijk. Ernaast ligt het Palais du Tau waar de kunstwerken uit de kathedraal worden bewaard (bekijk vooral de schitterende Salle du Tau waar de koninklijke banketten, na afloop van een kroning, plaats vonden).

Atilla

De tweede grote stad in de streek, Troyes, dateert van de Gallo-Romeinse periode voor Christus, maar werd beroemd door het tegenhouden van Atilla in 451. Hoewel dat vier eeuwen later niet lukte met de Noormannen, werd zij de hoofdstad van de Champagne. Befaamd is Troyes door een ambacht dat nergens ter wereld zo'n perfectie bereikte: brandschilderkunst. Eeuwenlang verluchtten de kunstenaars van Troyes hun omgeving door betere loodsoorten, betere soldeertechniek en duizenden kleurnuances met in totaal 9000 vierkante meter glas-in-lood. Daarvan kwam 1500 m terecht (gemaakt vanaf de 13e tot en met de 19e eeuw) in de kathedraal St. Petrus en Paulus, in het hart van de stad.

In de buurt ervan is het een bonte verzameling van vakwerkhuizen (vooral de Tourelle de l'Orfèvre, het torentje van de goudsmit, is het bekijken waard) en in het middeleeuwse voetgangersgebied is aan te raden een kijkje te nemen in de Rue des Chats, het kattenstraatje, nauwelijks een meter breed en gestut met balken om te voorkomen dat huizen te ver naar elkaar overleunen. Een prachtige stad, vol terrassen en eethuisjes, en een modern winkel- en kunstassortiment.

Rustgevende ritten door de streek, langs o.a. de kristalfabriek van Bayel, het Fôret d'Orient, het kuuroord Bourbonne-les-Bains en de wijngaarden van Coiffy, vinden bijna altijd een culinaire bekroning. Echt frans aten wij bijvoorbeeld in het restaurant van Hotel le Royal, tegenover het station van Troyes, (0)3 2573 1999. De champagne die je hier drinkt komt uit het zuidelijke gebied en doet niet onder voor zijn bekendere en duurdere broer, de keuken is die van de streek: gul, hartig en smakelijk.

Ook zulke 'simpele' kost vonden we in het stadje Soissons bij restaurant l'Avenue, tegenover het ziekenhuis aan de Av. Charles de Gaulle 35, (0)3 2353 1076. Een echte madam in de eetzaal ziet toe op een perfect verloop van uw diner (met veel ganzenlever, confit de canard en heerlijke Bourgogne).

Kasteeltje

Duurder en beter toeven is het in Château d'Etoges, het prachtige 17e eeuws kasteeltje van de graven van Anglure, ooit bezocht door Lodewijk XIV. Een lunchmenuutje kost er ƒ60, en dan zit je vorstelijk in de oud-groene eetzaal met mozaïekvloer, houten pilaren, marmeren schouwen, klassieke spiegels en kristalluchters te smullen van gemarineerde zalm, geroosterde eend en glaasjes Chablis, (0)3 2659 3008.

Een absolute schoonheid, even buiten de Champagne richting Parijs, is het kasteel van Fère en Tardenois. Naast de ruïnes van het middeleeuwse kasteel van de kleinzoon van Louis VI, staat het 'nieuwe' 16e-eeuwse gebouw met 25 verschillend gemeubileerde kamers en suites, omgeven door wat golfers De Hemel zouden noemen. Duur, maar interessant. De keuken van chefkok Dominique Quay smaakt naar twee sterren, de bediening is minder, de ambiance is betoverend (0)3 2382 2113).

Het allerbeste echter, wat de verhouding prijs-kwaliteit betreft, is Hostellerie La Briquetterie, aan de Route de Sézanne in Vinay, onder Epernay (0)3 2659 9999. Chefkok Christophe Bernard maakt hier verrukkelijke dingen als tonijntartaar met rinse tomaat, magret de canard met kersen, en gegrilde dorade. De hotelkamers zijn smaakvol en de sfeer is ontspannen chic. Dé huisdrank hier is ... champagne. Pakweg vijftig soorten!

Info: Comité Régional du Tourisme Champagne Ardenne, 0033-3-2670 3128 (2670 3161-fax).

Publicatiedatum = 6 september 1997

terug Frankrijk-intro