" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALT=""> Dit verhaal is ingezonden door Emilie M. Lens-Fasting uit Lisserbroek. (fasko@xs4all.nl)


Mandawa, een Indiaas sprookje in de woestijn

Het is alweer enkele jaren geleden dat mijn man en ik een paar weken in India doorbrachten. Een in Nieuw Delhi wonende kennis had ons uitgenodigd om een kijkje te komen nemen in deze wereld op zich en half maart zijn we afgereisd. Het is dan het begin van de lente met aangename temperaturen en frisse nachten, in tegenstelling tot de snikhete zomers die door het constant uitvallen van de electriciteit en dientengevolge de airco, bepaald geen pretje schijnen te zijn.

Een van de korte tochten die we vanuit Nieuw Delhi ondernamen, ging naar Mandawa, een kleine plaats midden in de Rajahstaanse woestijn. Normaal is dat in zo’n 5 uur per auto te bereiken, maar de chauffeur van onze auto was niet de allerslimste en reed alles fout wat fout te rijden was. Ook de tientallen volgeladen karren met kamelen als trekdier die de smalle wegen volledig bezetten, weerhielden ons om enigszins op te schieten. Keer op keer moest de chauffeur de karren met luid getoeter de berm in sturen opdat we konden passeren. Stops onderweg waren niet te maken omdat er eenvoudig niets was, behalve een paar armetierige dorpjes waar weinig te halen viel. Voor de chauffeur moet het helemaal een verschrikkelijke rit zijn geweest, want pas na ruim zeven uur nonstop rijden (!) arriveerden we stijf, moe, hongerig en vooral dorstig in Mandawa.

In Mandawa, een klein dorp in het Shekhavati-gebied en vroeger een levendig kruispunt op de handelsroutes tussen het Midden-Oosten en China, staan nog heel wat “haveli’s”, oftewel koopmanshuizen uit de vorige eeuw, de gevels met vrolijke kleuren en scenes beschilderd. De meeste zagen er helaas enigszins haveloos uit, zoals op het eerste gezicht ook het enorme uit 1755 daterende kasteel dat tot hotel is omgebouwd en waar we zouden overnachten. De eigenaar en baas van het hotel, een telg uit het adellijke geslacht dat eeuwen over het wel en wee van Mandawa besliste, heette ons in goed Engels hartelijk welkom en nodigde ons uit voor de thee op het terras aan het binnenhof. Zelden hebben een eenvoudig kopje thee en de beslist geen luxe koekjes zo lekker gesmaakt als na die lange rit!

De gastenkamers die hij ons vervolgens met enige trots toonde, ademden een voorbije stijlvolle weelde en glorie uit. Het waren echt vorstelijke vertrekken met antiek Indiaas meubilair. Grote marmeren plateau’s met matrassen en fleurige Indiase spreien deden dienst als bedden. Daar er weinig andere gasten in deze uithoek waren, mochten we kiezen in welk vertrek we wilden overnachten. We kozen uiteindelijk een grote kamer die met de minste trappetjes en wandelingen over smalle paadjes langs de kantelen van het inmense kasteel te bereiken was. Dat leek ons veiliger als ‘s avonds onverhoopt de electriciteit weer eens mocht uitvallen.

Laat in de middag maakten we nog een wandeling door het dorp om de toch wel mooie beschilderde haveli’s nader te bekijken. Er was in heel Mandawa geen bestrating, zelfs niet in de nabijheid van het kasteel dat aan één van de rommelige en drukke ‘hoofdstraten’ lag.Veel straatverkopers van allerhande eetwaar, ontelbare kinderen, maar ook kamelen, heilige koeien - zelfs een schattig heilig kalfje -, geiten, ossen en veel pauwen vormden er het straatdecor. Er werd vooral door vrouwen en kinderen nogal agressief gebedeld. Vervelend, maar ook begrijpelijk in dit dorre gebied waar veel armoede heerst.

Het avondmaal in het kasteel werd een voor ons onvergetelijke belevenis. Het vond plaats op de binnenplaats van de ‘zenana’ (het vroegere vrouwenverblijf), waar men in het midden een groot vuur had gestookt. Dat was best aangenaam want het koelde behoorlijk af ‘s avonds. Hoewel er wel enkele tafels met stoelen klaar stonden, werden we door de eigenaar uitgenodigd om, net zoals vroeger gebeurde, op kussens op de grond bij het vuur plaats te nemen.

Langs de kantelen op de bovenste etage begon op gegeven moment - zoals lang geleden bij hoog bezoek - een optocht van in kleurig Rajahstaanse kleding gestokken mannen, voorafgegaan door een opa met de meest indrukwekkende snor ooit gezien, die met fakkels het eetspektakel aankondigde. De mannen droegen ieder met opgeheven arm hoog boven hun hoofd een schaal met wat ons avondmaal zou gaan worden. Zo kwamen ze met luide Indiase muziek naar beneden en zetten de schalen op kleine vuurtjes aan de kant van de binnenplaats. Nadat we onze borden hadden gevuld met allerhande gerechten en ietwat ongemakkelijk op de kussen de diverse curry’s zaten te proeven, verscheen een zangeres met een muzikant ten tonele om ons aangenaam te verpozen. Nou ja, aangenaam...., het klonk een beetje als kattengejank, terwijl de muzikant erachteraan huppelde als een gedresseerde aap!

Nadat we hadden gegeten, werd er koffie geserveerd en kwam een oude baas een poppenspel opvoeren dat wel iets weg had van het Indonesische Wajang Golekspel. Dit poppenspel werd in Mandawa al van generatie op generatie opgevoerd, vertelde de hoteleigenaar ons. Hoewel onverstaanbaar, was het een kostelijke vertoning. Er kwam schijnbaar nogal wat humor in voor, want er werd veel gelachen door de aanwezige personeelsleden. We werden echter steeds stijver van de ongemakkelijke kleermakerszit en waren blij om niet al te laat naar onze kamer te kunnen gaan.

Vorstelijk lagen we even later op het grote marmeren plateau dat achteraf echter toch wel een heel erg harde ondergrond bleek te zijn. Moe als we waren, namen we dat graag voor lief en de nacht had waarachtig sprookjesachtig kunnen zijn, ware het niet dat een luidruchtige moskee ons nog urenlang uit de slaap hield. We werden niet bepaald uitgerust de volgende morgen wakker.

Het uitgebreide Engelse ontbijt (koloniale naweeën) dat op het hoogste dakterras werd geserveerd, maakte alles gelukkig weer goed. Het was nog behoorlijk fris, maar het schitterende en wijdse uitzicht over de Rajahstaanse woestijn in de opkomende zon maakte het tot een mooi slot van ons korte verblijf in dit verafgelegen kasteel.

We hebben natuurlijk nog veel meer gezien en beleefd in dit bijzondere land, maar de avond en nacht in Hotel Castle Mandawa waren in vele opzichten onvergetelijk en ... we zagen er zowaar geen andere Nederlanders! Gegevens Hotel Castle Mandawa:
35 kamers met badkamer (warm&koud water), Westerse en Rahjastaanse maaltijden, op verzoek: volksdansen, poppenspel, ritten per rijtuig of op een kameel, klein inpandig museum
Informatie: Hotel Castle Mandawa, Jhunjhunu, Sehkavati, Rajahstan-333 704, India; tel. 24
Reserveringen: Mandawa House, Sansar Chandra Road, Jaipur 302 001, India; Tel. (041)-75358/65901