Wodan
Wodan (of Odin) is de oppergod van de Germanen. Hij werd door hen
voorgesteld als een forse man met baard, mantel en muts. Als hoogste god had Wodan
natuurlijk ook een gevolg. Hij reed door de hemel op zijn achtbenige paard Sleipnir
en werd bijgestaan door zijn knechtje Eckhard, zijn assistent Oel en zijn wapens
Donder en Bliksem. Tot Wodans vaste uitrusting behoorde een speer met een slang
in de top en twee zwarte raven, die hem informeerden over het gedrag van de
mensen op aarde.
De Germanen hadden groot ontzag voor Wodan en brachten hem regelmatig offers. Maar
ze wilden natuurlijk ook weten of Wodan hen gunstig gestemd was. Om dat te
achterhalen stonden ze in contact met hem via een soort voorloper van Jomanda.
Dit medium werd sjamaan genoemd en hij kleedde zich met dierenhuiden en
een zwart masker met horentjes. De sjamaan onderwees de Germanen over de natuur,
over vruchtbaarheid en de voorplanting. Zijn lessen waren een soort ritueel feest
en heel soms wilden die nog wel eens uitlopen op een orgie...