" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALT="">
4 januari 1997








In de geest van Moeke Jikke

SNEEK, zaterdag

"Don mar gewoan." Met deze lijfspreuk in haar achterhoofd bleef de heldin van Sneek er tot aan haar dood stellig van overtuigd, dat de Tocht der Tochten nooit meer gereden zou worden. Jikke Ozinga, ofwel Moeke Jikke, meende dat de massaliteit en de vercommercialisering het einde van de Friese Elfstedentocht zouden betekenen.

Moeke Jikke, die afgelopen augustus op 90-jarige leeftijd overleed, was een levende legende in het pittoreske 'Snits'. Met uiterste zorgzaamheid en toewijding runde ze 66 jaar lang de befaamde Sneker Stadsherberg Hotel Ozinga. Jikke en haar hotel werden een begrip in heel Friesland. 's Land oudste hoteliere ooit en de beroemde Waterpoort van Sneek zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Haar zoon Johan en dochter Nel zetten het hotel voort, geheel in de geest van wijlen Moeke Jikke. Het valt de nazaten van de Heldin van Sneek zwaar om zo kort na het verscheiden van hun moeder over haar te praten.

"Ze was recht door zee. Ze hield niet van poppenkast en iedereen was voor haar gelijk", aldus haar dochter Nel. Toch liet het bezoek van Kroonprins Willem Alexander een paar jaar geleden haar niet onberoerd. Ze schreef er een gedicht over dat eindigt als volgt:

"Dat het voor mij wat anders lag
Zoo op m'n oude dag
En op verzoek van Van Buren
Ik daar dat pilsje bracht
Vier koninginnen maakte ik mee
Ik moet nog maar beleven
Dat dit Prinsenkind
Als koning in verschiet
Mij eens een hand mag geven"