" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALT="">
3 januari 1997








Jan Eise Kromkamp (41):
"In de eerste donkere uurtjes gaan de klappen vallen"

Van onze speciale verslaggevers

MAASLAND, vrijdag - Onmiddellijk gingen de ruggen recht, die van Jan Eise Kromkamp als eerste. 'Zaterdag elfstedentocht' schalde speaker Verduin senior bij de zoveelste doorkomst van de kopgroep in de Westland-marathon. De mededeling klonk het peloton als muziek in de oren. 'Op zijn gemakkie' reed de 41-jarige rechercheur uit Wolvega de daaropvolgende rondjes in Maasland. "Het zal mijn tijd wel duren, dacht ik. Later ging het tempo wel weer omhoog, maar dit was na dat bericht vooral een lekker trainingswedstrijdje. Want nu telt alleen nog maar de elfstedentocht."

Hij is 41 jaar en gaat ervan uit dat dit zijn laatste kans is om eventueel aanspraak te maken op de overwinning. "Vorig jaar werd de tocht op het laatste moment afgelast. Ik ben blij dat men het nu wel aandurft. Anders was het voor mij einde verhaal geweest," aldus de veteraan, die er ook in 1985 en 1986 al bij was. In die laatste editie werd hij zestiende, ondanks een stevige valpartij in Harlingen. "Een scheur in mijn kin. Die moest eigenlijk gehecht worden, maar daar had ik geen zin in."

Afgelopen winter was Kromkamp lange tijd de man in vorm. Half januari bij een training in het Heerenveense Thialf ging het mis. Bij een valpartij kreeg hij een schaats van iemand anders in zijn rechterkuit. De wond werd gehecht, maar zijn kansen voor de elfstedentocht leken bekeken. "De dagen erna begon het stevig te vriezen. Ik was er niet rouwig om dat die tocht er niet kwam. Daarom voel ik nu ook zo mee met Yep Kramer. Net nu hij geblesseerd is en dus niet optimaal kan presteren, wordt die tocht uitgeschreven. Erger kan haast niet voor een schaatser."

Kromkamp was voornemens om vandaag nog een schaatswedstrijd in Steenwijk te rijden, maar daar zag hij gisteren logischerwijs vanaf. "Mijn voorbereiding is simpel: ik ga op mijn kamer zitten en wachten tot het moment daar is," aldus de rijder uit de Netwerk-ploeg. "Iedereen heeft deze winter nog vrij weinig kilometers op het natuurijs gereden. Dat wordt juist het mooie van deze elfstedentocht. Ik hoop dat ik het zal volhouden. Vorige week was ik nog niet zo lekker in vorm, dacht ik dat de tocht voor mij te vroeg zou komen. Maar nu denk ik daar anders over."

Het gaat Kromkamp echter te ver om zichzelf als één van de voornaamste favorieten voor de overwinning te bestempelen. "Een elfstedentocht is uniek. Rintje Ritsma denkt er waarschijnlijk anders over, maar voor mij is het het mooiste schaatsevenement dat er is. Juist omdat de elfstedentocht zo anders is. Anders dan de Weissensee, anders dan de alternatieve elfstedentocht, anders dan wat voor wedstrijd ook. Om hoge ogen te kunnen gooien moet je niet alleen een superdag hebben, maar ook een ongelooflijk groot portie geluk. Bovendien moet je goed in het donker kunnen rijden. In die eerste uurtjes gaan er morgen grote klappen vallen. Als er dan iets tegenzit, ben je gezien. Dat is juist de charme van dit hele gedoe."

Jan Eise Kromkamp heeft één groot voordeel ten opzichte van zijn concurrenten. Door zijn avonturen op de Friese wateren van tien en elf jaar geleden kent hij de route uit zijn hoofd. "Die kan ik dromen. Voor mij valt er niets meer te verkennen."

Vandaag reist hij met zijn twee ploegmaten Henk Angenent en Peter Baars en begeleider Henk Heetebrij af naar Leeuwarden. "We gaan even de start verkennen en misschien een tochtje maken naar Sneek. Dan kunnen we daar mooi een bak snert eten. Dat is goed voor de ontspanning. Al hoeft dat eigenlijk niet, want de elfstedentocht is één groot feest. Eigenlijk hoef je hem niet eens te winnen..."