Politiek-commentaar

Ministers te vaag over agenda 2000

door Kees Lunshof

Meer dan vroeger was de troonrede dit jaar een opsomming van belangrijke en minder belangrijke beleidsvoornemens voor het volgende jaar en een te lange aaneenschakeling van vaak plechtig geformuleerde open deuren. Met een wat lossere schrijfstijl en meer uitleg van beleid en toelichting daarop had die rede, het enige stuk waarin het gehele regeringsbeleid in zijn samenhang wordt gepresenteerd, aan kracht kunnen winnen.

Inhoudelijk was de toonzetting van de troonrede en de miljoenennota bescheiden van aard, terwijl er voor Kok en zijn kabinet toch behoorlijk veel reden tot tevredenheid was. Alles wat moet dalen daalt, zoals de werkloosheid, het aantal uitkeringstrekkers, het schatkisttekort en de staatsschuld. En wat moet stijgen, gaat ook omhoog, zoals de groei van de economie en de werkgelegenheid.

Te veel borstklopperij zou echter hebben verhuld dat het kabinet goed profiteert van de voorspoedige economische groei. Verder heeft het voortgeborduurd op het beleid van loonmatiging, lastenverlichting en bezuinigingen van vroegere kabinetten waarvan nu de vruchten worden geplukt.

Werkloosheid
De ontwikkeling van de belangrijkste economische en financiële indicatoren mag dan in een goede richting wijzen waar het buitenland jaloers op kan zijn, de absolute niveaus zijn, zoals Kok, Zalm en Melkert ook benadrukten, nog veel te hoog. Zo is de werkloosheid, als wordt gekeken naar het absolute aantal mensen met een uitkering, naar de verborgen werkloosheid in de wao en naar de velen die geen baan zoeken omdat ze die toch niet vinden, veel te hoog.

Omdat uiteindelijk te weinig mensen werken, die bovendien velen moeten onderhouden, blijft het welvaartsniveau per hoofd van de bevolking hier 5% achter bij het gemiddelde van de omringende landen. Ook dat dwingt tot enige bescheidenheid, evenals de hoge omvang van de totale staatsschuld, de nog steeds hoge collectieve lasten en de wel zeer beperkte ruimte voor koopkrachtgroei die groter had kunnen zijn als het kabinet zich aan zijn bezuinigingsdoelstelling had gehouden.

De voorstellen zijn politiek opvallend evenwichtig. Voor alle regeringspartijen zit er iets in. De PvdA krijgt koopkrachthandhaving voor bijna iedereen en wat extra geld voor de laagste inkomens, terwijl de VVD tevreden is met de daling van het EMU-tekort, de staatsschuld en het huurwaardeforfait. D66 is blij met meer geld voor de volksgezondheid. Extra geld voor justitie en politie wilden ze ook allemaal.

Aanpak files
Jorritsma krijgt ƒ2 miljard extra voor de aanpak van de steeds erger wordende files, waardoor zij onder meer een aantal doorgangswegen kan verdubbelen, wat PvdA en D66 slikken omdat er ook extra geld is voor de bestrijding van de CO2-uitstoot en voor openbaar vervoer. Bovendien stijgt de benzineaccijns, wat ze bij die partijen prachtig vinden. Die prijzen moest de VVD betalen om Jorritsma, die aan de files ten onder dreigt te gaan, aan een succes te helpen.

Al die politieke evenwichtigheid zal de regeringsfracties niet beletten elkaar de komende tijd op onderdelen te bevechten. Volgend jaar moeten de kandidatenlijsten voor de Tweede Kamerverkiezingen 1998 worden opgesteld. Wie nu scoort, zit dan goed. Bovendien moeten de partijen, nu zij alle het op hoofdlijnen zo eens zijn, iets doen om zich te profileren.

Een bedroevend stuk is de nota over de toekomst van de sociale zekerheid. Daarin worden reeksen knelpunten aangegeven met wat bouwstenen voor de oplossing. Dat is wel erg weinig voor een kabinet. Alleen over het pensioenbeleid zijn wat afspraken gemaakt, echter zonder een al te grote politieke binding. Kennelijk konden of durfden PvdA en VVD geen meer concrete afspraken te maken gezien hun verschillende kijk op de toekomst van de sociale zekerheid.

Een even akelige voorzichtigheid toont het kabinet als het gaat om wat Kok de "agenda 2000 plus" noemt. Hij erkent dat er meer moet gebeuren dan de voortzetting alleen van het huidige, op tekort- en schuldreductie, loonmatiging en lastenverlichting gerichte werkgelegenheidsbeleid. Met dat laatste duwt Kok de PvdA in een richting die velen daar helemaal niet willen.

Infrastructuur
Er is de komende vijftien jaar een omvangrijk investeringsprogram nodig voor onder meer de infrastructuur, de scholing en de grote steden. Daarnaast wordt ook de opvang van de kosten in de volksgezondheid als gevolg van de vergrijzing een steeds nijpender probleem. Om ook het verwijt te voorkomen louter op de winkel te passen nu het regeerakkoord is uitgewerkt, zijn de ministers al wel met deze problemen bezig. Maar het heeft iets te vrijblijvends.

Ook hier is het probleem dat de regeringspartijen geen echt mandaat hebben van hun achterbannen welke richting ze precies uit moeten gaan en hoe een en ander te betalen valt en ten koste waarvan. Partijleiders en ministers hebben echter ook de plicht hun achterbannen daarin voor te gaan en hun de weg te wijzen.

Er is enige haast geboden met het opstellen van plannen, daar de uitvoering ervan in dit land door allerlei inspraakprocedures altijd lang duurt. Anders gaat er tijd verloren. Dat het kabinet dan over zijn eigen graf heen zou regeren, is een onzinnig verwijt. Elk kabinet heeft tot taak te doen wat goed is voor het land. Aanpak nu van de agenda 2000 plus hoort daar zeker bij.