AMSTERDAM - Onder een grauw wolkendek kwam slechts 53 procent van de circa 6,5 miljoen Servische kiesgerechtigden gisteren naar de stembus om een nieuwe president te kiezen. Dat is slechts drie procent meer dan de benodigde opkomst van 50 procent om de verkiezingen een wettig karakter te geven.
Naar alle waarschijnlijkheid zullen de voornaamste kandidaten, de Joegoslavische president Vojislav Kostunica en zijn uitdager Miroljub Labus, de vice-premier van Joegoslavië, onvoldoende stemmen hebben om meteen in de gisteren gehouden eerste ronde te winnen. Over twee weken moeten de Serviërs dan opnieuw naar het stemhokje om definitief een winnaar aan te wijzen.
In 2000, toen de Serviërs het eerste parlement na de val van Milosevic mochten kiezen, was de opkomst beduidend hoger: 70 procent. Die regering heeft hen niet uit het economische moeras getrokken en kennelijk waren veel Serviërs gisteren zo teleurgesteld, dat zij thuisbleven.
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}