AMSTERDAM - Aanstaande maandag opent kroonprins Willem-Alexander het nieuwe hoofdkantoor van bankverzekeraar ING Groep. Deze week leggen bouwvakkers uit binnen- en buitenland de laatste hand aan wat in de volksmond wel 'de klapschaats' wordt genoemd. Het 'glazen muiltje' aan de Amsterdamse Zuid-as past dan ook nog niet iedereen, leert een rondleiding één week voor de opening.
Hoewel het gebouw opfficieel nog niet geopend is zijn sommige afdelingen van ING Groeps afgeslankte stafdiensten al 'over'. Ruim twee weken geleden liep ook financieel directeur Cees Maas al rond in het glazen complex en werd geconfronteerd met een liftstoring. Onderweg naar de tiende zakte de liftcabine héél langzaam weer terug naar beneden. Maas kon vervolgens met de trap.
Kinderziektes waar er nog wel meer van zijn, zegt bestuursvoorzitter Ewald Kist. "Je struikelt nog wel eens over een draad, of het licht werkt niet, en vanochtend moest ik bellen met de computerafdeling omdat bij mij op de kamer de lamellen dichtgingen terwijl dat helemaal niet de bedoeling was."
Ruim twee weken geleden werden ook de halfjaarcijfers van ING Groep al in het nieuwe hoofdkantoor gepresenteerd. In een heus 'auditorium', met 150 stoelen, een balkon (100 zitplaatsen) en een foyer. Kist en Maas zaten op een podium achter tafels, maar wel zodanig dat de in de zaal aanwezige pers - als ze recht vooruit keek - vrij zicht had op schoenen en sokken van beide ING-bestuurders.
Volledig in lijn, zou je zeggen, met "één van de belangrijkste kenmerken" van het nieuwe ING-gebouw: transparantie. Maar voor de gebruikers van het auditorium kennelijk wat té transparant, want volgens binnenhuisarchitecte Trude Hooykaas moeten de 'schaamschotjes' onder de tafels wat groter, zodat schoenen en sokken - en vooral ook het voortdurend bewegen van de voeten door de ING'ers - verborgen blijven.
Een minder cosmetische ingreep is het installeren van toiletten op de begane grond.
Een dergelijke voorziening is tot dusver afwezig. Bezoekers, maar ook het eigen receptiepersoneel, zijn daardoor gedwongen om naar de derde (!) etage af te reizen voor een sanitaire stop. Vergeten is er volgens de architecten Roberto Meyer en Jeroen van Schooten niets, maar de receptionistes denken daar toch echt anders over.