door Pieter Nijdam NEW YORK - De kloof tussen de Verenigde Staten en de meeste westerse bondgenoten over de wijze waarop moet worden afgerekend met de Iraakse president Saddam Hoessein, lijkt smaller te worden. Binnen de NAVO groeit de steun voor een hardere aanpak van Bagdad. Voorwaarde is echter dat een eventuele militaire actie de instemming van de VN-veiligheidsraad heeft.
|
De Amerikaanse president Bush schudt de hand van de Canadese premier Chrétien. (Foto: EPA)
|
De Franse president Jacques Chirac heeft een twee fasen-plan voorgesteld om hervatting van de wapeninspecties in Irak op gang te krijgen. Hij wil dat de Veiligheidsraad een resolutie indient waarin Bagdad drie weken de tijd krijgt om wapeninspecteurs toe te laten. Als Irak weigert aan dit ultimatum te voldoen, moet volgens de Franse president een tweede resolutie worden ingediend die militair ingrijpen mogelijk maakt.
Het Witte Huis juicht het toe dat de bondgenoten meedenken over een hardere aanpak van Saddam Hoessein. Woordvoerder Ari Fleischer meent dat de standpunten binnen de internationale gemeenschap naar elkaar toegroeien: "Er zijn serieuze signalen dat veel landen voorstander zijn van aangescherpte VN-resoluties."
Fleischer begeleidde in Detroit president Bush voor een ontmoeting met de Canadese premier Chrétien.
Bush kreeg van Chrétien te horen dat ook Canada tegen een eenzijdige Amerikaans-Britse aanval op Irak is. De Canadese premier meent evenals de meeste NAVO-bondgenoten dat niet buiten de VN om mag worden gehandeld. Bovendien moet Bush eerst overtuigend bewijs laten zien dat Saddam over massavernietigingswapens beschikt.
Bush werd gisteren munitie aangereikt door het gezaghebbende Londense IISS, dat rapporteerde dat Irak binnen enkele maanden een kernbom kan hebben als het radioactief materiaal kan bemachtigen.