TEL AVIV - De Amerikaanse president George Bush is er niet in geslaagd om met zijn rede over het Midden-Oosten Israël en de Palestijnen nader tot elkaar te brengen. Beide partijen hebben de tekst uitgeplozen op uitspraken die ze in hun eigen voordeel kunnen gebruiken en bestoken elkaar daar nu mee.
Voorlopig lijkt de Israëlische premier Ariel Sjaron de beste papieren te hebben. Zijn lang gekoesterde wens, een einde voor de rol van de Palestijnse leider Jasser Arafat, is door de Amerikaanse president omhelsd. Bush belooft weliswaar een Palestijnse staat binnen drie jaar, maar eist dat aan harde voorwaarden als "democratie en tolerantie" moet worden voldaan. Dat zijn waarden die geen enkele Arabische staat, inclusief sommige van Washingtons trouwste bondgenoten, typeren.
De krant Yediot Aharonot noemt Bush zelfs "het nieuwste Likoed-lid", een verwijzing naar de rechtse partij van Sjaron. Een vaststelling die in de Palestijnse 'straat' werd gedeeld. "Bush heeft ons verteld dat we uit de zee van Gaza kunnen drinken", aldus de gefrustreerde kleuteronderwijzeres Bahira Rezik in Gazastad, die daarmee een populaire uiting van wanhoop citeerde.
De Israëlische pers constateert verder dat Bush geen datum heeft vastgesteld waarop de voorlopige Palestijnse staat er moet zijn en dat Bush Israël niet direct heeft opgeroepen de acties in Palestijns gebied te staken. Bovendien rept Washington slechts over 'veilige grenzen' voor Israël en wordt niet gesproken over een terugtrekking van Israël uit het in de oorlog van 1967 veroverde gebied.
Ook heeft Bush het niet gehad over Oost-Jeruzalem als hoofdstad van de nieuwe Palestijnse staat en spreekt hij zich niet uit over het probleem van de Palestijnse vluchtelingen en een eventuele ontmanteling van joodse nederzettingen op Palestijns gebied.
Het gevoel dat de Amerikaanse politiek wel erg pro-Israël is, zit diep in de Arabische wereld. Desondanks hebben de meeste Arabische leiders gematigd gereageerd op de toespraak van Bush. De Egyptische president Hosni Moebarak zei dat de politiek van Bush "evenwichtig is, maar uitleg behoeft".
Moebarak had er samen met de leiders van Jordanië en Saoedi-Arabië bij Bush op aangedrongen een datum vast te pinnen waarop de Palestijnse staat een feit zou zijn. Hun invloed was kennelijk niet sterk genoeg. Dat ze desondanks zo rustig reageren, zegt ook veel over de positie van Arafat in de Arabische wereld, die nu niet bepaald sterk is.
Jasser Arafat deed gisteren alsof de aanval van Bush niet op zijn persoon was gericht. "Met de nieuwe verkiezingen zal het leiderschap van de Palestijnen democratisch zijn", aldus Arafat in zijn nog steeds door Israëlische tanks omsingelde hoofdkwartier te Ramallah.
Arafat noemde overigens geen verkiezingsdatum. Palestijnse waarnemers wijzen erop dat Bush gevaarlijk spel speelt met zijn wens voor veranderingen in de Palestijnse gebieden. Het is niet ondenkbaar dat Arafat de verkiezingen wint en dan wordt het wel heel moeilijk om hem nog te vervangen. Er is ook een nog zwarter scenario mogelijk en dat is dat Hamas of een andere extremistische groep de volksraadpleging wint.